De Nederlandse consument onder de sociologische loep
15 belangrijke vragen over De Nederlandse consument onder de sociologische loep
Consumptie wordt pas sinds de vorige eeuw als fundamenteel onderdeel van de samenleving gezien, dit startte bij de industriele revolutie. Vanaf die tijd werd er op grote schaal geproduceerd en ook geconsumeerd. Maar de massale productie zegt niet alles over het op grote schaal consumeren. Wat zei Marx hierover?
Volgens Veblen wordt economisch gedrag sociaal bepaald in plaats van op individuele basis op basis van innerlijke persoonlijke motivatie. Hij schreef hierin in zijn wek: The theory of the leisure class. Wat is volgens Veblen de drijvende kracht?
Hij stelde dat (opzichtige) consumptie wordt ingezet als een manier om status te winnen en te bevestigen.
Veblen verafschuwde het resultaat van opzichtige consumptie, namelijk: opzichtige verspilling. Hoe kon volgens Veblen de financiele draagkracht van iemand worden afgelezen?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
In zijn boek 'Hidden Persuaders (1957) wist Vance Packard de kritiek op het consumentisme in een stroomversnelling te brengen. Volgens hem speelde men middels reclame bewust in op de zwakke of tere plekken van de burgers, welke sterker zijn dan rationaliteit. Packerd beschreef de volgende affectieve verlangens:
2. verlangen gerespecteerd te worden, zelfrespect te verschaffen
3. behoefte aan zelfvoldoening
4. verlangen naar creativiteit
5. behoefte aan liefde en vriendschap
6. behoefte aan macht en controle
7. oorspronkelijkheid en degelijkheid
8. eeuwig leven, jeugd en gezondheid
Wat was volgens Douglas en Isherwood de essentie van consumptie?
--> dit betreft een meer antropologische benadering
Wat wordt verstaan onder het Malthusiaans plafond?
--> critici stellen dat er gestreefd moet worden naar een nul procent economische groei als alternatief voor het consumentisme.
Volgens Gilding is de meeste bepalende factor voor een gelukkig leven het gevoel verbonden te zijn met anderen: met gezin, vrienden en de samenleving. Aan de hand van welk agadium stelt hij dit?
--> volgens Gilding is het een bevrijding hier niet langer aan mee te doen
--> initiatieven hierop worden nu al vormgegeven in onze huidige samenleving en geven vorm aan de nieuwe werkelijkheid.
In economische zin verwijst het consumentisme naar het economische beleid dat de nadruk legt op consumptie. Wat is volgens Paul EKins de consumptiemaatschappij?
Naast de 4p's wordt er tegenwoordig vaak een 5e P toegevoegd, deze staat voor participatie. Welke ontwikkeling ligt hieraan ten grondslag?
Het consumentengedrag beschrijft het aankoopgedrag van mensen. Het gaat dan over:
- wat ze kopen
- waar ze kopen
- wanneer ze kopen
- waarom kopen
Er bestaan twee stromingen die de consument op twee uiteenlopende manieren beschrijven, welke zijn dit?
--> de klant als autonoom wezen
- behaviorisme
--> de makkelijk en sterk beinvloedbare klant
Het aankoopproces kan uiteengezet worden in een aantal stappen. Vooral bij duurdere aankopen worden alle stappen ook (bewust) doorlopen. Wat zijn deze 6 stappen?
2. belangstellingsfase, waarbij hetgeen aangeboden wordt, onderling vergeleken wordt.
3. beoordelingsfase
4. evocatiefase, selectie van goederen/aanbieders voor uiteindelijke keuze
5. beslissingsfase (wat doorslaggevend is is nog steeds een wetenschappelijk raadsel)
6. bevestigingsfase (cognitieve dissonantie)
Het is de wetenschap nog niet gelukt te verklaren hoe een mens tot een beslissing komt. Hierdoor wordt het beslissingsproces vergeleken met een black box; zicht op wat er precies gebeurd blijft achterwege. Wel zijn er een aantal factoren die een koopbeslissing beinvloeden. Deze zijn:
- referentiegroepen (individu, gezin, face to face groepen, referentiegroepen, sociale klassen, subcultuur, cultuur)
- inkomen (te verdelen naar welstandsklassen)
Een welstandsklasse is een verdeling gemaakt op basis van de componenten beroep, opleiding en inkomen. Geef de 5 klassen:
- klasse B1 --> bovenlaag middengroep. Hoge ambtenaren, middle managers, directeuren kleinere organisaties
- klasse B2 --> onderkant middengroep. Bijv kleine zelfstandige, lage ambtenaren, leraren.
- klasse C --> minder welgestelden. Bijv administratief medewerkers,winkelpersoneel en geschoolde arbeiders.
- klasse D --> minst welgestelden. Bijv mensen met AOW, ongeschoolden en mensen aangewezen op een uitkering.
--> bij deze indeling wordt wellicht onterecht geen rekening gehouden met het vrij besteedbaar inkomen.
Er kan gesteld worden dat de meer bewust consument in opkomst is. De omslag die zich afspeelt is de transformatie van 'mindless consumption' naar 'mindfull consumption'. Deze wordt gevoed door de volgende 4 ontwikkelingen:
2. de consument kijkt naar de waardebijdrage van een organisatie aan de maatschappij. Deze ontwikkeling noemt men 'ethics and fair play'.
3. durable life. De consument doet weer langer met zijn bezittingen
4. return to fold. Alleen peers worden nog vertrouwd en onderlinge organisatie om doelen gerealiseerd te krijgen.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden