Socialisatiefunctie - Etnische diversiteit in het onderwijs
12 belangrijke vragen over Socialisatiefunctie - Etnische diversiteit in het onderwijs
Is er een verband tussen het onderwijsstelsel en etnische ongelijkheid?
Als we de sociale herkomst van de leerlingen in beschouwing nemen, resteert er dan nog een samenhang tussen schooluitkomsten en de etnische achtergrond?
Hierop komen in verschillende onderzoeken, verschillende antwoorden naar boven:
- lln uit etnische minderheidsgroepen hebben een streepje voor op autochtone leerlingen met eenzelfde sociale herkomst.
- lln uit etnische minderheden zitten vaker op gesegregeerde scholen, waar een dynamiek ontstaat die de schoolprestaties naar beneden haalt.
Wat is de invloed van de toegenomen diversiteit op onderwijsprocessen?
Verschillen de schoolprestaties tussen autochtone en allochtone leerlingen?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
In welke mate versterken of neutraliseren onderwijsprocessen de individuele verschillen op basis van etnische achtergrond?
Wat is de invloed van schoolverlaten op de arbeidsmarktpositie?
Wat is de relatie tussen deficit-denken & model van structurele uitsluiting?
Wat is de culturele reproductietheorie?
Wat zijn de belangrijkste beleidsinstrumenten om onderwijsongelijkheid te reduceren en interculturele socialisatie/integratie te bevorderen?
- Onderwijsfinanciering: Extra middelen voor scholen op basis van achtergrond leerlingen.
- Schoolsamenstelling: Maatregelen om schoolsegregatie te verminderen.
- Intercultureel/multicultureel onderwijs: Focust op multiculturalisme en kennisoverdracht.
- Talige diversiteit: Gericht op taalondersteuning en meertaligheid.
Waarom werkt de bevordering van de sociale mix aangegeven door het GOK decreet niet?
Wat zijn kritieken & mechanismen van 'model van structurele uitsluiting' die de ongelijkheden juist versterkt?
Dit kan bestaande ongelijkheden bestendigen wanneer het structureel verklaren van ongelijkheid ervoor zorgt dat het verantwoordelijkheidsgevoel daalt bij de lln en ouders. Lln kunnen ervan uitgaan dat ze slachtoffer zijn van het systeem en hun inzet zal dalen. Nochtans is individuele inzet vaak een manier om de cirkel te doorbreken.
Hoe scoren en verklaren wij etnische ongelijkheid in onderwijsprestaties?
Wat houdt de positieve kijk in op blootstelling aan een vreemde moedertaal?
- Linguïstische argumenten (afhankelijkheidshypothese): Taalvaardigheid in moedertaal (T1) is gerelateerd aan taalvaardigheid in andere gerelateerde taal (T2). Leertijd in moedertaal zou Nederlands stimuleren
- Neurologische argumenten (cognitieve controle): Tweetalige kinderen ontwikkelen cognitieve mechanismen voor betere hersenontwikkeling.
- Sociologische argumenten (multicultureel kapitaal): Moedertaal als multicultureel kapitaal voor betere sociale binding en academische prestaties.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden