Groepen, organisaties opkomst van de netwerksamenleving - Sociale groepen
5 belangrijke vragen over Groepen, organisaties opkomst van de netwerksamenleving - Sociale groepen
Definieer 'the social construct'
• Mutuele verwachtingen spelen een grote rol:
Mensen gaan bewust of niet uit van rollen om aan die verwachtingen te voldoen (Goffman)
Interacties beïnvloeden op hun beurt het zelfbeeld en daarmee, als het consequent gebeurt, deels iemands persoonlijkheid
Randal Collins legt dit uit vanuit de emotionele energie die interacties opleveren
Definieer 'the social construct of reality'
Omschrijf het symbolische interactie en de rol van 'the self' van Mead
Basis concept = het "zelf"
Het kenmerkende menselijke vermogen reflecterend te zijn en zich in te leven in anderen.
Het 'zelf' is grondig sociaal:
Het 'zelf' (en het bewustzijn zelf) ontstaat door sociale interactie
Onderscheiding in the 'self': the I (spontaneous, creative) and the Me (sociaal geconditioneerd deel van het zelf)
Sociale interactie veronderstelt communicatie en uitwisseling van symbolen = symbolische interactie
Symbolische interactie veronderstelt betekenis en interpretatie. Hiervoor moet men zich inleven in de percepties van anderen (kijkglas zelf)
Door je je voor te stellen hoe anderen ons zien, ontwikkelt dit zelf zich
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Omschrijf de theorie van beschaving van Elias uit
Historisch-sociologisch perspectief
Attitude, gedrag (zelf) bewustzijn, emoties, passies hangen allemaal af van hoe mensen met elkaar leven
De toenemende (ketens van) onderlinge afhankelijkheden in de samenleving worden geassocieerd met toenemende zelfdiscipline en een groeiend besef van individualiteit
Refinement en terughoudendheid / reserve voor anderen nemen toe
En kan dan voorzichtig worden vrijgegeven bij gelegenheid
Definieer het begrip sociale groep en noem vijf kenmerken
Sociale groep: Elk cluster van twee of meer mensen die op een speciale manier met elkaar omgaan omdat ze min of meer bewust met elkaar omgaan en elkaar dus kennen en herkennen
Vijf kenmerken:
1. primaire groep (familie, vrienden)
2. secundaire groep (collega's, klasgenoten)
3. groep conformisme (mensen willen graag 'individualiteit' benadrukken, maar vermoedelijk idiosyncratisch gedrag, keuzes, meningen ... komen vaak tot stand onder impliciete of expliciete vormen van groepsdruk)
4. referentiegroepen (om hun gedrag, overtuigingen of voorkeuren te evalueren, vergelijken mensen zichzelf met een of meer referentiegroepen (in plaats van het toepassen van 'absolute' standaarden))
5. grootte van de groep (
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden