Samenvatting: Sprekend Verleden Klas 2 Havo/vwo | harald buskop, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van sprekend verleden klas 2 havo/vwo | harald buskop en leo dalhuisen en roen van der geest

• 1 Hoofdstuk 1 tm 5

  Dit is een preview. Er zijn 51 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wie voelden zich aangetrokken tot de Grieks-Romeinse invloeden? Waarom?

  1. geleerden, ze wilden onderzoek doen naar dingen die ze zelf wilden
  2. kunstenaars, wilden een eigen stijl ontwikkelen
  3. 'vorsten en edelen, wilden meer macht
  4. kooplieden, wilden van hun rijkdom genieten

• Waarom verkenden de Portugezen de Afrikaanse kust?

  1. Op zoek naar visgronden
  2. Op zoek naar volken om handel mee te drijven
  3. Steun van volken tegen moslims
  4. specerijen en zijde

• Hoe werden de mensen over de wereld verspreid onder blanke leiding?

  1. Afrikanen -> Amerika (als slaven)
  2. Aziaten -> Afrika/Amerika (als goedkope arbeidskrachten)

• Door welken ziektes sterfden milnjoenen mensen?

  Malaria, Mazelen, Gele koorts, Waterpokken  

• Welke producten gingen van Amerika naar Europa en andersom?

  Amerika -> Europa: Mais, Tabak, Katoen, Ananas
  Europa -> Amerika: Koeien, Kippen, Koffie, wijnstokken

• Wat waren de voordelen en nadelen van de wereldeconomie

  Voordelen: Meer banen, producten en rijkdom
  Nadelen: Mensen werden gedwongen om producten te verbouwen, wanneer ze dit niet deden werd geweld tegen ze gebruikt.

• Waardoor was de handel in de 17e eeuw nog niet zo groot.

  Er waren minder schepen en de schepen hadden een kleinere laadcapaciteit.

• Waardoor kwam in de 18e eeuw de handel in producten uit koloniën toe?

  - Producten werden gewoon en populairder.
  - Meer handel door de populariteit (hierdoor werden de nieuwe producten betaalbaar)
  - Er werden door de Engelsen, Fransen en Nederlanders meer plantages aangelegd in het Caribisch gebied.

• Van welke twee bevolkingsgroepen kreeg de koning kregen?

  1. Bovenlaag -> De koningen kon het best hun handelsbelangen beschermen.
  2. Edelen -> kregen belangrijke taken

• Wanneer spreken we van een Nationale staat?

  Als het volk voelt dat ze door gemeenschappelijke ervaringen en belangen één volk vormen.