Samenvatting: Statistiek
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van statistiek
-
Week 1 HS 1
-
Wat is het verschil tussen methodologie en statistiek? Noem 2 punten
- Statistiek is gereedschapskist om onderzoek uit te kunnen uitvoeren.
- Methodologie is de wijze waarop je onderzoek moet uitvoeren. -
Wat is betrouwbaarheid? En hoe kan je de betrouwbaarheid controleren? Noem 3 puntne
Betrouwbaarheid = ook welconsistentie of precisie genoemd, is de mate waarin meerdere metingen hetzelfde resultaat geven.
Betrouwbaarheid controleren:
-Test-hertest betrouwbaarheid = twee metingen van hetzelfde gedrag op verschillendetijdstippen .
-Interbeoordelaars betrouwbaarheid = minimaal twee verschillende waarnemers/beoordelaars meten hetzelfde gedrag.
- Interneconsistentie = onderlinge samenhang van afzonderlijke items van een meet instrument. -
Wat is validiteit? En wat zijn twee bedreigingen van de validiteit?
Validiteit = juistheid/meet de test wat het beoogt te meten
Bedreigingen validiteit:
- Afwijking meetapparatuur;
- Systematische fouten. -
Wat is statistiek? Je hebt beschrijvende en inferentiele statistiek. Beschrijf het verschil van deze twee soorten
Statistiek = is de wetenschap van het verzamelen, organiseren en interpreteren vannumerieke feiten, die gegevens of data worden genoemd.
Twee soorten statistiek:
-Beschrijvende statistiek = je hebt informatie over iedereen in de groep waarover je een conclusie wilt trekken. Het is eennumerieke samenvatting (dataset ) van desteekproef of populatie in nummers,tabellen of grafieken.
-Inferentie ̈le statistiek = conclusie trekken / voorspelling doen over een populatie op basis van de informatie verkregen uit eensteekproef . Meer onzekere versie, omdat je niet zeker weet of de populatie eruit ziet zoals jesteekproef . -
Je hebt 3 soorten statistische methodes. Welke zijn dit?
- Design
- Beschrijvende statistiek- Inferentie ̈le statistiek. -
Wat is een populatie? En waar bestaat dit uit (vul 3x aan)
Populatie = de totale set van deelnemers, relevant voor deonderzoeksvraag .
- Parameter = de numerieke samenvatting van de gehele populatie (populatiegrootheid ).
- Populatie gemiddelde = μ
- Populatiestandaarddeviatie = σ2 -
Wat is een sample? En waar bestaat dit uit? Vul 2x aan
Sample = desteekproef , deel van de populatie waarover het onderzoek gegevens verzamelt. Op basis van desteekproef wordt een uitspraak gedaan over de gehele populatie, het is daarom van belang dat desteekproef representatief is. Dat betekent dat de kenmerken uit de populatie, bijvoorbeeld de verdeling in leeftijd enopleidingsniveau , terugkomen in de steek- proef.
• Steekproef gemiddelde = x met streepje erboven
• Steekproefstandaarddeviatie = s Observatie = de waarde uit een bepaalde proef (of op een bepaald tijdstip) van een bepaaldevariabele . -
Wat is kansrekening? Waar gaat het vanuit? Noem tevens 3 punten
Kansrekening = gaat veelal uit van deductie = voorspellingen doen over specifieke gevallen, je weet al hoe de wereld eruit ziet.
- Algemeen —> specifiek.
- Populatie —> steekproef.
- Model —> data. -
Wat is statistiek? Waar gaat het vanuit? Noem tevens 3 punten
Statistiek = gaat veelal uit vaninductie = je hebt een hypothese en daarop ga je eensteekproef afnemen.
- Specifiek —> algemeen.
- Specifiek —> algemeen.
- Steekproef —> populatie.
- Data —> model. -
Noem drie overeenkomsten tussen kansrekening en statistiek. Wat is de beslisregel?
- Rekenen met toeval (randomness ).
- Statistische technieken worden gebruikt om de hele populatie te beschrijven (bijvoorbeeld gemiddelde leeftijd).
- Sommige statistische technieken maken eerst bepaaldeaannames over de populatie om vervolgens op basis van eensteekproef te bepalen hoe onwaarschijnlijk het is dat deaannames opgaan. =
Beslisregelfalsificatie —> het trekken van conclusies aangaande een populatie op basis van eensteekproef zijn gebaseerd op weerleggen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden