Verenigingsrecht verdiept. 64 goede vragen, hier goed beantwoord

Q: Wat zijn de taken en bevoegdheden van het bestuur van een vereniging?

De taak van het bestuur is het besturen van de vereniging (artikel 2:44 lid 1 BW), hieronder vallen: 1. Het algemeen beleid van de vereniging 2. Het organisatorische 'reilen en zeilen' 3. Het beheer van het vermogen 4. Deelname aan het rechtsverkeer.... .... dit alles voor zover er in de statuten geen beperkingen zijn neergelegd (artikel 2:44 lid 1 BW).

Q: Wat is het verschil tussen de tegenstrijdig belang regeling die geldt bij de vereniging en de tegenstrijdig belang regeling die geldt bij de NV en BV?

In geval van de vereniging gaat het om vertegenwoordiging , bij de NV en de BV gaat het om besluitbevoegdheid. In nieuwe consultatie zal dit ook veranderen, en dan gaat het ook bij de vereniging om besluitbevoegdheid en niet meer om vertegenwoordigingsbevoegdheid.

Mag een vereniging een onderneming drijven?

Ja, een vereniging is bevoegd een onderneming te drijven, maar zij mag geen winst uitkeren aan haar leden, artikel 2:26 lid 3 BW.

Valt elke uitkering die door een vereniging aan een persoon wordt gedaan onder winstuitkering?

Wanneer je een vergoeding krijgt voor bepaalde werkzaamheden dan valt dit niet per definitie onder winstuitkering. Het moet echter wel duidelijk uit de administratie naar voren komen welke werkzaamheden zijn verricht, hoeveel uur, etc.

Hoe zit dat met de OWM en coöperaties?

Veel van de bepalingen zijn 1 op 1 van toepassing op de OWM en coöperaties, artikel 2:53a BW. Met uitzondering van het winstuikeringsverbod, dat geldt niet voor coöperaties. Binnen coöperaties mag er dus gewoon winst worden uitgekeerd.

Wat is er bepaald in artikel 2:53a BW?

In artikel 2:53a BW is bepaald dat de bepalingen van de vereniging van toepassing zijn op de coöperatie en de WM met uitzondering van artikel 2:26 lid 3 BW (winstuitkeringsverbod) en artikel 2:44 lid 2 BW (gaat over vertegenwoordigingsbevoegdheid van het bestuurd van een vereniging m.b.t. het aangaan van bepaalde overeenkomsten/het uitvoeren van bepaalde handelingen).

Wat zijn de taken en bevoegdheden van het bestuur van een vereniging?

De taak van het bestuur is het besturen van de vereniging (artikel 2:44 lid 1 BW), hieronder vallen:

1. Het algemeen beleid van de vereniging

2. Het organisatorische 'reilen en zeilen'

3. Het beheer van het vermogen

4. Deelname aan het rechtsverkeer....

.... dit alles voor zover er in de statuten geen beperkingen zijn neergelegd (artikel 2:44 lid 1 BW).

Welke wettelijke beperkingen gelden er voor het bestuur van de vereniging m.b.t. tot het besturen van de vereniging?

Die wettelijke beperkingen zijn neergelegd in artikel 2:44 lid 2 BW. Daarin is bepaald dat het bestuur slechts bevoegd is wanneer uit de statuten blijkt dat zij bevoegd is om te besluiten tot het aangaan van:

1. overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen; of

2. overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt. De statuten kunnen deze bevoegdheid aan beperkingen en voorwaarden verbinden.

Wat is het verschil tussen de tegenstrijdig belang regeling die geldt bij de vereniging en de tegenstrijdig belang regeling die geldt bij de NV en BV?

In geval van de vereniging gaat het om vertegenwoordiging, bij de NV en de BV gaat het om besluitbevoegdheid. In nieuwe consultatie zal dit ook veranderen, en dan gaat het ook bij de vereniging om besluitbevoegdheid en niet meer om vertegenwoordigingsbevoegdheid.

Aan wat voor beperking moet je denken m.b.t. de zin die in artikel 2:44 lid 1 BW staat: bestuurders zijn bevoegd te besturen 'behoudens beperkingen volgens de statuten'?

Een voorbeeld is het goedkeuringsrecht dat in de statuten regelmatig wordt gegeven aan de algemene vergadering. Dit leidt tot een beperking van het bestuur. Voordat het bestuur een besluit door kan voeren moet zij dan eerst toestemming vragen aan de algemene vergadering. Wanneer het bestuur dan een besluit doorvoert zonder dat zij de toestemming van de algemene vergadering heeft verkregen, daar dit krachtens de statuten wel is vereist, dan is er sprake van een nietig besluit in de zin van artikel 2:14 lid 1 jo 2:14 lid 2 BW.

Wat is het uitgangspunt bij artikel 2;44 lid 2 BW?

Daarin zijn de wettelijke beperkingen voor het bestuur neergelegd m.b.t. het besturen van de vereniging. Bij deze wettelijke beperkingen is het uitgangspunt dat het bestuur niet bevoegd is deze besluiten te nemen. Maar wie is dan bevoegd wanneer het bestuur bijvoorbeeld een pand wil kopen? In artikel 2:40 lid 1 BW is de restbevoegdheid van de algemene vergadering neergelegd: de algemene vergadering is bevoegd tot al hetgeen waartoe de andere organen niet bevoegd zijn.

Wat als het bestuur wettelijk is beperkt m.b.t. het aankopen van een pand, wie is daar dan toe bevoegd?

In artikel 2:44 lid 2 BW is de wettelijke beperking neergelegd dat het uitgangspunt is dat het bestuur niet bevoegd is tot het aankopen van een pand. In artikel 2:40 BW is de restbevoegdheid van de algemene vergadering neergelegd: de algemene vergadering komen alle bevoegdheden toe die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.

Wat als het bestuur van een vereniging besluit om een registergoed te kopen, terwijl dit niet in de statuten tot haar bevoegdheden behoort?

In het geval van artikel 2:44 lid 2 BW (de besluiten die het bestuur niet bevoegd is om te nemen tenzij het in de statuten is bepaald) tast een besluit of handeling van het bestuur omtrent de daar genoemde onderwerpen ook de vertegenwoordigingsbevoegdheid aan! Die beperking is dus wel extern. Wanneer je als bestuur dus besluit tot het kopen van een registergoed, terwijl dit niet bij de statuten is bepaald dat jij dit mag doen dan kan de vereniging het ontbreken van die goedkeuring ook tegenwerpen aan die derde.

Is het bestuur van een coöperatie of OWM bevoegd tot het aankopen van een registergoed?

Ja, artikel 2:53a BW zegt dat artikel 2:44 lid 2 BW niet van toepassing is op de coöperatie en OWM.

Wat is het richtsnoer van het bestuur bij haar taakvervulling?

Bij de NV en BV is het richtsnoer van de bestuurders het vennootschappelijk belang = het belang van de vennootschap en de met haar verbonden onderneming. M.b.t. de vereniging is dit richtsnoer niet neergelegd in de wet, je kan zeggen dat het bestuur van de vereniging moet handeling in overeenstemming met het belang van de vereniging en de met haar verbonden onderneming. In het consulatiewetsvoorstel wordt dit richtsnoer waarschijnlijk in Titel 1 opgenomen zodat het geldt voor alle rechtspersonen.

Wat als de statuten bepalen dat er 5 bestuurders zijn, en er zijn 2 vacatures, kan je dan nog besluiten nemen?

Uit arrest Meaijer/Martin (17-09-1993) is bepaald dat het bestuur dan gewoon bevoegd blijft om besluiten te nemen, tenzij de statuten adners bepalen.

Kan de bestuurder van een vereniging een meervoudig stemrecht krijgen?

Bij de BV/NV is het toegestaan dat de bestuurder een meervoudig stemrecht krijgt toebedeeld, in het verenigingsrecht is een dergelijke bepaling niet te vinden. Kan je die bepaling van de NV/BV dan toepassen op de bestuurder van de vereniging? Dat is mogelijk zegt men in de literatuur, omdat de regeling van het collegiaal bestuur niet verschilt van de NV/BV.

Hoe is het bestuur van een vereniging samengesteld?

Het bestuur van een vereniging is samengestel duit bestuurders en di e zijn leden van de vereniging. Het is mogelijk dat er niet-leden in het bestuur zitten, zie artikel 37 lid 1 BW.

Wat voor soort vereniging zal een niet-lid benoemen tot bestuurder?

Dit gebeurt vooral bij grote verenigingen die een 'professionele' bestuurder nodig hebben. Als de leden die kennis niet hebben dan kan die professionele bestuurder die taak vervullen.

Kunnen statuten van de vereniging kwaliteitseisen bevatten m.b.t. de bestuurders?

Ja dat is mogelijk. Dit beperkt dan de kring van mensen waaruit een bestuurder kan worden gekozen.

Wie is bevoegd om het bestuur van de vereniging te benoemen?

De Algemene vergadering is bevoegd het bestuur van de vereniging te benoemen. Het kan zijn dat de statuten anders bepalen, dat is mogelijk mits elk lid middellijk of onmiddellijk kan deelnemen aan de stemming over ten minste de helft van het aantal bestuurders. Middellijk houdt in dat elk lid zijn stem moet kunnen uitbrengen t.a.v. de persoon die de bestuurder benoemt. Het kan zijn dat een extern persoon (van buiten de vereniging) de mogelijkheid heeft om een bindende voordracht te doen.

IS het mogelijk dat een extern persoon een bindende voordracht kan doen m.b.t. de benoeming van een bestuurder van een vereniging?

Ja dat is mogelijk wanneer dat in de statuten is neergelegd.

Wie benoemt het bestuur wanneer er een Raad van Toezicht is?

Wanneer er een RvT is dan benoemt de RvT de leden van het bestuur.

Wie benoemt de RvT?

De leden van de vereniging zijn bevoegd de RvT te benoemen.

Welke variaties zijn er mogelijk bij de benoeming van het bestuur?

Bij de benoeming van het bestuur zijn er vele variaties mogelijk onder meer:

1. De getrapte benoeming via de RvT die op hun beurt door de leden van de vereniging zijn benoemd.

2. De getrapte benoeming vai het bestuur van een afdeling (bijvoorbeeld een bestuur voor noord- oost- zuid- en west-Nederland apart, gebeurt op die manier bij de ANWB).

3. De benoeming van het bestuur door een derde is zelfs mogelijk.

Wie is bevoegd om het bestuur te ontslaan?

Degene die het bestuur benoemt is ook bevoegd het bestuur te ontslaan, artikel 2:37 lid 6 BW.

In welk artikel is neergelegd dat het orgaan dat de bestuurder heeft benoemd, ook bevoegd is de bestuurder te ontslag?

Artikel 2:37 lid 6 BW.

Wanneer een derde bevoegd is het bestuur te benoemen en te ontslaan, is die derde dan ook bevoegd het bestuur te ontslaan?

Ja zegt de docent. Wellicht dat je in het geval van een vereniging kan bepalen dat een derde wel bevoegd is te benoemen, maar niet bevoegd is te ontslaan in verband met het belang van de vereniging en haar leden. Wanneer een bestuurder echter is ontslagen is die derde wel weer bevoegd een nieuwe bestuurder te benoemen.

Wat is het bijzondere bij een combinatie van een algemeen en dagelijks bestuur?

Bij het algemeen/dagelijks bestuur is er sprake van een algemeen bestuur dat in de praktijk eigenlijk alleen toezichthouder is, maar in de zin van Boek 2 BW wel wordt gezien als 'het bestuur'. Daarom is het beter dat 'algemeen bestuur' te benoemen als toezichthouder, anders geldt de aansprakelijkheid uit Boek 2 BW voor het Algemeen Bestuur terwijl zij in de dagelijkse praktijk slechts toezichthouder zijn en niet dicht genoeg op het dagelijks bestuur zitten.

Wat is het verschil tussen het bestuur van een vereniging dat bestaat uit een algemeen en een dagelijks bestuur en het bestuur van een vereniging dat bestuur uit een bestuur en en directie?

Bij een AB/DB is er sprake van een directeur die afkomstig is uit het AB.

In geval van 'een bestuur en een directie' is de directeur niet afkomstig uit het AB en is hij derhalve geen statutair bestuurder.

Hoe zit het wanneer het bestuur van een vereniging bestaat uit een one-tier board?

IN dat geval is er 1 bestuur dat bestaat uit uitvoerende en niet-uivoerende bestuurders (de taakverdeling in de zin van artikel 2:9 BW. In geval van de vereniging is er geen sprake van een wettelijke regeling van een one-tier board.

Hoe zit het model van het bestuur van een vereniging eruit wanneer er sprake is van een bestuur en een Raad van Toezicht?

In geval er sprake is van een Bestuur en een Raad van Toezicht is er geen specifieke wettelijke regeling voor de vereniging in de wet neergelegd, hiervoor moet je volgens de docent kijken naar de bepalingen omtrent de coöperatie en de OWM. In artikel 2:57 en 2:57a BW is een regeling voor de RvT neergelegd m.b.t. de coöperatie.

Wat zijn de kerntaken van de RvT?

De kerntaken van de RvT zijn te vinden in artikel 2:57 BW: toezicht, advies en eventuele aanvullende taken die in de statuten neer zijn gelegd. In geval er sprake is van een Tegenstrijdig belang (2:47 BW) bij het bestuur is de RvT bevoegd de vereniging te vertegenwoordigen.

Heeft een commissaris in geval van een vereniging stemrecht?

Artikel 2:38 lid 3 BW bepaalt dat een commissaris in beginsel geen stemrecht heeft. Een commissaris heeft wel een raadgevende stem.

Wanneer ben je als commissaris van een vereniging aansprakelijk?

Daarvoor zijn bepalingen 2:50a jo. 2:149 jo. 2:9 BW van belang. Dit is alleen het geval wanneer het gaat om een vereniging die onderworpen is aan de vennootschapsbelasting en een vereniging die dus een onderneming drijft.

Heeft de RvT stemrecht in de Algemene Vergadering?

Nee, in beginsel niet, artikel 2:38 lid 3 BW.

Hoe wordt bij 'originaire verkrijging' lidmaatschap verkregen?

Bij originaire verkrijg wordt lidmaatschap verkregen door toetreding. Een verplichte toetreding is niet toegestaan

Wat is opgenomen in artikel 2:34 lid 1 BW?

In artikel 2:34 lid 1 BW is opgenomen dat lidmaatschap van een vereniging persoonlijk is, tenzij de statuten anders bepalen. Statuten kunnen dus ook bepalen dat lidmaatschap wel gewoon vrij overdraagbaar is, maar hoe dat dan precies moet worden opgenomen in de statuten is niet in Boek 2 BW te vinden.

Wat is er bepaald in artikel 2:34 lid 2 BW?

IN artikel 2:34 lid 2 BW is bepaald dat wanneer een onderneming lid is van een vereniging en die onderneming wordt overgedragen, dat het lidmaatschap dan overgaat op de verkrijgende rechtspersoon. In de statuten van de vereniging kan echter wel anders zijn bepaald.

Is het mogelijk om een 'meervoudig lidmaatschap' bij een vereniging te hebben?

Het is niet mogelijk volgens de docent om een meervoudig lidmaatschap te hebben.

Is het mogelijk om een zekerheid te vestigen op een lidmaatschap?

De basis is: om iets te kunnen bezwaren moet het overdraagbaar zijn, bij een corporatie zie je dit weleens gebeuren.

Wat hangt samen met 'het lidmaatschap' van een vereniging?

Wanneer je lid bent van een vereniging verkrijg je stemrecht in de algemene vergadering. Elk lid heeft tenminste 1 stemrecht. Het is wel mogelijk hiervan af te wijken door een lid meer dan 1 'stem' te geven, maar het is niet mogelijk om een lid van de vereniging helemaal geen stemrecht toe te kennen.

Welke artikelen zijn van belang bij het verdelen van stemrecht?

Bij het verdelen van stemrecht is het van belang dat het gelijkheidsbeginsel in acht wordt genomen dat is neergelegd in artikel 2:101 en 2:211 BW.

Kunnen er verplichtingen aan de leden worden opgelegd?

Het is afhankelijk van het type vereniging, er kunnen daarbij verschillende soorten verplichtingen denkbaar zijn. Er zijn twee soorten verplichtingen voor de leden te onderscheiden:

1. Verplichtingen ten opzichte van de vereniging en/of medeleden (artikel 2:27 lid 4 onder c en 2:34a BW.

2. Verplichtingen die vereniging aangaat met derden namens haar leden (artikel 2:46 en arrest Belangenvereniging Herikeres (13/01/2012).

Willen er verplichtingen opgelegd worden aan de leden of t.o.v. derden, dan is een statutaire basis vereist (zie artikel 2:27 lid 4 onder c BW).

Welke bepaling is van belang wanneer het gaat om de verplichtingen die een vereniging aangaat namens haar leden ten opzichte van derden?

Artikel 2:46 BW.

Wanneer eindigt het lidmaatschap van een vereniging?

Er is sprake van een 'negatieve verenigingsvrijheid: een lid van een vereniging is te allen tijde bevoegd zijn lidmaatschap op te zeggen. Je kan niet gedwongen worden om 'verenigd' te blijven.

Wat is bepaald in artikel 2:36 BW

In artikel 2:36 BW is bepaald dat het lidmaatschap kan worden opgezegd tegen het einde van het jaar en met inachtneming van een opzegtermijn van 4 weken, tenzij de statuten ten aanzien van deze twee punten iets anders bepalen. Opzegging is in ieder geval mogelijk tegen het einde van het boekjaar, volgend op dat jaar waarin wordt opgezegd. Ook is directe opzegging mogelijk indien redelijkerwijs niet kan worden gevergd dat het lidmaatschap te laten voortduren.

Wanneer kan een lid zijn lidmaatschap van de vereniging met onmiddellijke ingang opzeggen?

Een lid van een vereniging kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen wanneer:

1. Redelijkerwijs niet van hem kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren (artikel 2:36 lid 1 laatste zin BW);

2. Wanneer er een besluit is genomen als gevolg waarvan zijn rechten zijn beperkt of zijn verplichtingen zijn bezwaard (artikel 2:36 lid 3 BW);

3. Wanneer hem een besluit is meegedeeld tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing (artikel 2:36 lid 4 BW).

Wat is er bepaald in arrest Oud Volendam?

Het arrest Oud-Volendam gaat over lidmaatschap. De HR heeft in dita rest paalt dat er niet altijd sprake hoeft te zijn van een heel duidelijk besluit van het bestuur tot toelating. Het kan ook zijn dat lidmaatschap uit de omstandigheden en gedragingen kan worden afgeleid en dat het lid daaruit op mag maken dat hij lid is geworden en hij daarop mocht vertrouwen. In dit arrest was er echter geen sprake van een lidmaatschap.

Wat is kort gezegd de rechtsregel die volgt uit arrest Oud Volendam?

Uit arrest Oud Volendam valt op te maken dat er niet altijd sprake hoeft te zijn van een specifiek besluit van het bestuur dat een persoon lid is geworden. Het kan ook zijn dat een lid uit de omstandigheden en gedragingen af mag leiden dat hij lid is geworden en dat hij hierop mag vertrouwen.

Wat zijn de taken en bevoegdheden van de algemene vergadering?

De taken en bevoegdheden van de algemene vergadering zijn:

- Intern toezicht (dualistisch stelsel)

- De benoeming en het ontslag van de bestuurders (en toezichthouders)

- Als laatste heeft de algemene vergadering een restbevoegdheid die voortvloeit uit artikel 2:40 lid 1. BW, ofwel alle bevoegdheden die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen komen toe aan de algemene vergadering.

Mogen allen niet-leden stemmen in de algemene vergadering bij de vereniging?

Het kan zijn dat ook niet-leden met stemrecht deel uitmaken van de algemene vergadering o.g.v. artikel 2:38 lid 3 BW. Beperking hierbij is dat die wel deel uit moet maken van een ander orgaan van de vereniging en dat deze niet-leden nooit meer dan de helft van het aantal stemmen mogen vertegenwoordigen en zij dus geen doorslaggevende invloed hebben, dit alles i.v.m. de ledendominantie bij de vereniging).

Waar is de ledenraad in de wet neergelegd?

Een ledenraad is neergelegd in artikel 2:39 lid 1BW

Wie zijn afgevaardigden bij een vereniging en door wie worden zij benoemd?

Het woord 'afgevaardigden' staat in artikel 2:39 lid 1 BW, dat gaat over afgevaardigden in de ledenraad. De afgevaardigden van de ledenraad worden gekozen door en uit de leden.

De afgevaardigden worden gekozen door de leden. De afgevaardigden zijn daarnaast ook afkomstig uit de leden.

Hoeveel stemmen kan een afgevaardigde van de ledenraad uitbrengen?

In geval van die vereniging van de VU behoorde er ongeveer 55 leden tot die ledenraad. Stel dat een lid uit een bepaalde afdeling komt dan wordt er gekeken hoeveel procent van de leden afkomstig zijn uit die afdeling en aan de hand daarvan wordt bepaald hoeveel stemmen dat lid kan uitbrengen. In de statuten is dan een formule opgenomen afruit kan worden opgemaakt hoeveel stemmen dat lid uit kan brengen. Er geldt dus vrijheid in het bepalen van hoeveel stemmen er per afgevaardigde gelden. Dit wordt vastgelegd in de statuten.

Wat wordt bedoeld met 'afdelingen' waaruit er afgevaardigden in de ledenraad zitten?

Net als bij de ANWB is er bijvoorbeeld een onderverdeling van afdelingen aan de hand van de provincies.

Wat is het nadeel wanneer je betoogt dat een lid van de ledenvergadering zijn stem moet uitbrengen zoals is besloten in een regionale vergadering?

Dan gaat dat lid van de ledenraad met die stem in zijn achterzak naar de ledenvergadering. Op die vergadering ontstaan discussies en na een aantal discussie is hij er misschien wel van overtuigd dat hij anders moet stemmen. Wanneer in de statuten dan is opgenomen dat je niet af mag wijken van hetgeen is besloten in de regionale vergadering, dan kan het erg inflexibel worden en kan verlammend werken wanneer de afgevaardigde geen eigen afweging meer kan maken.

Wat houdt de gecombineerde structuur van algemene vergadering en ledenraad in?

Deze combi kom je weinig tegen, het is echter naar verenigingsrecht wel mogelijk. Wanneer het echter zo is dat het gaat om heel erg wezenlijk besluiten, zoals bijvoorbeeld ontbinding van de vereniging, dan kan het zijn dat je dat soort zware besluiten aan alle leden van de vereniging voor wilt leggen. Dus de statuten kunnen dan bepalen dat t.a.v. die besluiten de algemene vergadering bevoegd is (dus waar alle leden aanwezig zijn) in plaats van de ledenraad.

Wat is het onderscheid tussen bijeenroeping en oproeping van de algemene vergadering?

De wet is een zooitje wat betreft deze twee begrippen. In tijdsvolgorde komt eerst de bijeenroeping: de oproeping geschiedt door het orgaan dat bevoegd is bijeen te roepen (volgens de wet is dat het bestuur, hiervan kan je echter in de statuten afwijken). Daarnaast moeten er ook nog uitnodigingen de deur uitgaan en dat is dan de oproeping.

Waarom is het verschil tussen bijeenroeping en oproeping van belang?

Het verschil is van belang in geval er een gebrek is.

Wanneer er een gebrek is in de oproeping, wat is dan het gevolg voor de besluitvorming? Wanneer je 10 dagen voor de algemene vergadering oproept, terwijl je 14 dagen in acht moet nemen, dan is er een gebrek in het totstandkomingsvereiste van artikel 2:15 BW en is het besluit vernietigbaar.

In geval van een onjuiste bijeenroeping kan er helemaal geen besluit worden genomen, omdat er dan geen sprake is van een vergadering.

Wat is een voorbeeld van een artikel waarin de wet de begrippen 'oproeping' en 'bijeenroeping' door elkaar haalt?

Artikel 2:41 lid 5 BW is een voorbeeld van een wetsartikel waarin de begrippen 'oproeping' en 'bijeenroeping' door elkaar worden gehaald. De wet spreekt in dat artikel namelijk over bijeenroeping terwijl het wel heel duidelijk gaat om oproeping.

Hoe moet men bij een bijeenkomst van de algemene vergadering omgaan met amendementen en moties?

Zijn amendementen (= de formele wijziging van een officieel document) toegelaten tijdens de bijeenkomst van de algemene vergadering? Da tis lastig, de voorzitter van de algemene vergadering is bevoegd hierover te oordelen. Over het algemeen worden amendementen wel toegelaten, mits ze niet leiden tot een wezenlijk ander voorste.

Worden amendementen tijdens een algemene vergadering toegelaten?

Over het algemeen worden amendementen tijdens een ledenvergadering toegelaten. De voorzitter is bevoegd te beoordelen of een amendement is toegelaten. Het voorstel mag inhoudelijk niet gewijzigd worden, want dan moeten de leden opnieuw worden opgeroepen, tenzij alle leden op de algemene vergadering aanwezig zijn.

Moet in het geval van een wijziging van het voorstel tijdens een algemene vergadering altijd een nieuwe oproeping plaatsvinden?

Nee, wanneer alle leden op de ledenvergadering aanwezig zijn hoeft er geen nieuwe oproeping plaats te vinden.

Is een stemvolmacht toegelaten in geval van een vereniging?

Bij een BV en NV is een stemvolmacht heel gebruikelijk. Bij een vereniging is het toegelaten voor zover dit een stemvolmacht door de statuten is toegelaten. Je kan het wel aan een ander geven, maar dan moet dit een medelid zijn, het mag geen derde zijn. Bij de statuten kan je dit uitbreiden en dus ook zeggen dat volmacht mogelijk is om aan een ander te geven. Bij een NV en BV is dit dus anders, daar kan je de volmacht aan ieder ander geven en de statuten kunnen dat dan beperken, dat is dus de omgekeerde situatie.

Is het verplicht om in de statuten op te nemen voor welke besluiten je een referendum organiseert?

De HR heeft bepaald dat je niet in de statuten vooraf hoeft te bepalen welke besluiten je aan een referendum onderwerpt, het bestuur kan dat gewoon per geval bepalen. De docent adviseert echter wel om in de statuten op te nemen welke besluiten aan een referendum kunnen worden onderworpen. De leden nemen dat besluit dan niet opnieuw, maar bevestigen het besluit of wijzen het af.

Verenigingsrecht verdiept

64 belangrijke vragen over Verenigingsrecht verdiept