Samenvatting: Stof Week 1 (Hoofdstuk 2)
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Stof week 1 (Hoofdstuk 2)
-
1 Stof week 1 (Hoofdstuk 2)
Dit is een preview. Er zijn 31 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Ambiguïteit(dubbelzinnigheid) komt voor in doelstellingen, technologie en participatie. Noem bij ieder onderstreept woord een voorbeeld van ambiguïteit.
Dubbelzinnigheid in doelstellingen:
- Doelstellingen zijn onduidelijk of vaag
- Mensen geven er hun eigen uitleg aan
Dubbelzinnigheid in technologie:
- Processen zijn onduidelijk of contraproductief
- Mensen pakken het werk op hun eigen manier aan
Dubbelzinnigheid in participatie:
- Wie zit er bij de vergadering, en wie beslist er? -
Wat verklaart Karl Weick met losjes gekoppelde systemen?
Dubbelzinnigheden en de irrationaliteit van organisaties. -
Noem een aantal implicaties voor de veranderaar bij organisaties met los gekoppealde systemen
1. Veranderaars kunnen zich niet beperken tot top-down beslissingen
2. Er moet een verband gelegd worden tussen doelstellingen - uitvoering(gedrag)- en competenties -
Welke problemen kunnen voorkomen bij managen en gemanaged worden (in vooral professionele organisaties) (noem er 3)
- Autonome medewerkers VS hiërarchische managers
- Oerconflict
- Pocket veto -
Waarom is het moeilijk voor managers om autonome medewerkers(professionals) te sturen?
- Medewerkers ervaren een hoge mate van autonomie in hun werk, ontwikkeling en omgang met klanten
- Daarom voelen deze medewerkers zich als vrije beroepsoefenaars
- managers en medewerkers hebben weinig gemeenschappelijkheid -
Leg uit wat Pocket Veto betekend
Wanneer managers of medewerkers ja zeggen maar nee doen. Dat ontstaat door
- te veel hiërarchie,
- te veel meningsverschillen,
- door onvoldoende respect, acceptatie en dialoog
-"Alleen als de leidinggevende het zien, wordt er gewerkt zoals hij het wilt" -
Noem 2 implicaties voor een veranderaar wanneer er sprake is van moeilijkheden tussen managen en gemanaged worden in een organisatie.
- Accepteren dat er altijd spanningen zijn
- Laat partijen zich bezig houden met de kern van hun functie: inhoud/expertise of management
- Laat beide partijen zich bewust zijn van het oerconflict, ken elkaars rol en respecteer deze
- Zorgen voor een forum voor overleg,met afspraken en positieve agendapunten. -
Stelling(juist of onjuist): Statisch evenwicht kan verstikkend zijn
Juist -
Stelling (juist of onjuist): Ver uit evenwicht zijn kan het einde betekenen van een organisatie
Juist -
Zuijderhoudt stelt dat wanneer een organisatie een crisis heeft ondergaan er 3 mogelijkheden zijn hoe het met de organisatie zal aflopen. Noem deze drie.
1. De organisatie stagneert en verstart, (tegen beter weten in, vast blijven houden aan het bestaan van de organisatie
2. De organisatie vernieuwt
3. De organisatie sterft
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden