Samenvatting: Stof Week 1

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 43 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Stof week 1

  • 1 Stof week 1

    Dit is een preview. Er zijn 33 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Stelling (juist of onjuist): Belangrijke beslissingen over mensen worden steeds meer gebaseerd op de uitkomsten van onderzoek met gedegen professionele instrumenten

    juist
  • Theorieën over besliskunde leren ons hoe beoordelingen en beslissing tot stand komen. In elke voorspellingsproces spelen 2 variabelen een hoofdrol. Welke variabelen zijn dat?

    - Een beoordelingsmoment nu --> TEST
    - Een beoordelingsmoment in de toekomst --> CRITERIUM
  • Welk begrip hoort bij het volgende:De mate van overeenstemming zegt iets over de kwaliteit van de test.

    Predictieve validiteit
  • Stelling:Psychodiagnostiek kan bijdragen aan de kwaliteit van beslissingen

    Juist
  • Stelling:De kwaliteit kan bepaald worden door de voorspellingen met de uiteindelijke gebeurtenis te vergelijken (VP, VN, FP, FN)

    Juist
  • Talita maakt een intaketoets en krijgt vervolgens een negatieve score. Dus volgens de score zou Talita haar propedeuse niet binnen 1 jaar kunnen halen. Talita start met de opleiding en vervolgens heeft ze haar propedeuse aan het eind van het jaar wel gehaald. Welk begrip betreft de besliskundematrix hoort hierbij en waarom?

    False negatives, want de voorspelling is negatief maar bleek later niet waar te zijn.
  • Stelling:De correlatiecoëfficiënt is 0.7 wanneer het gaat om het verband tussen een IQ test en de toetsscore(Vrij sterk positief verband). Dan kan er worden gezegd dat:'Iemand die hoog scoort op een IQ test heeft waarschijnlijk ook een hogere toetsscore'

    Onjuist! Ook andere factoren spelen een rol dus dit hoeft niet zo te zijn
  • Stelling:In natuurkunde tref je perfectie relaties aan.

    Juist, bijvoorbeeld tussen lengte en gewicht

    Bij menswetenschappen bestaan geen perfecte verbanden
  • Leg aan de hand van een voorbeeld uit wat er wordt bedoeld met wel correlatie maar geen causaal verband

    1. Uit de wetenschap is gebleken dat op plaatsen waar meer ooievaars zijn, ook meer kinderen worden geboren. Er is dus wel een correlatie omdat er meer kinderen worden geboren wanneer er meer ooievaars zijn. Toch is het geen causaal verband (oorzaak gevolg) omdat ooievaars meer te vinden zijn op het platteland. en op het platte land worden ook gemiddeld meer kinderen geboren dan in steden.

    2. Wanneer er in een organisatie meer zieke zijn wanneer er ook meer HRM'ers zijn, wilt dat nog niet zeggen dat het een oorzaak-gevolg is.
  • Bij beoordelen zijn er structurele mankementen in de manier waarop we tot inschattingen en voorspellingen komen. Benoem de (6) meest voorkomende beoordelingsfouten.

    1. Verstandige fouten
    2. Overschatten van specifieke kansen
    3. Beschikbaarheidsheuristiek
    4. Regressie naar het gemiddelde
    5. Eerste en laatste indruk
    6. Voorbarige reductie van cognitieve dissonantie
LET OP!!! Er zijn slechts 43 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart