Samenvatting: Straf(Proces)Recht Begrepen | 9789462902169 | Johannes Harm Ja Verbaan
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Straf(proces)recht begrepen | 9789462902169 | Johannes Harm Ja Verbaan
-
1 Algemene inleiding: wat is strafrecht?
Dit is een preview. Er zijn 19 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke soort strafrechtstheorie hoort bij wat voor soort strafrechtsrichting? Wat houden zij in?
Absolute theorie; klassieke richting; straffen is wraaknemen.
Relatieve theorie; moderne richting; straffen is verbeteren.
Verenigingstheorie; beide richtingen; straffen is deels wraak, deels verbeteren. -
Wat betekent de preventiegedachte van het strafrecht? Noem een voorbeeld van een straf die preventie op het oog heeft.
Verbeteren van de misdadiger; leerstraf. -
Wat is het verschil tussen absolute en speciale preventie?
Absolute preventie ziet toe op de werking van de straf in zijn geheel, terwijl speciale preventie toeziet op de werking t.o.v. de misdadiger. Het strafrecht bestaat vanuit de gedachte dat burgers niet zelf (meer) kunnen straffen. -
Wat betekent het voorkómen van eigenrichting in het strafrecht? Hoe beoogt het Nederlandse strafrecht eigenrichting te voorkomen?
Het strafrecht bestaat vanuit de gedachte dat burgers niet zelf (meer) kunnen straffen. -
Wat is het verschil tussen commuun en bijzonder strafrecht? Kunt u een aantal voorbeelden van zowel commuun als bijzonder strafrecht noemen?
Commuun is formeel en materieel strafrecht; strafrecht welke in het Wetboek van Strafrecht staat geschreven, diefstal, moord etc.
Bijzonder zijn strafrechtelijke bepalingen die over specifieke onderwerpen gaan; strafrecht buiten het Wetboek van Strafrecht, zoals in Opiumwet, het bezitten van harddrugs of Wegenverkeerswet, rijden onder invloed. -
Benoem de bestanddelen van de bepaling van de artikelen 287, 350 en 468 Sr.
287: Hij die een ander van het leven beroofd is schuldig aan doodslag.
350: Hij die enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt.
468: De ambtenaar van de burgerlijke stand, nalaat aan het bevoegde gezag opgave te doen, die enig wettelijk voorschrift van hem vordert. -
Benoem de elementen van de bepaling van de artikelen 150, 225 en 410 Sr.
150: wederrechtelijkheid en schuld.
225: wederrechtelijkheid en schuld.
410: wederrechtelijkheid en schuld. -
Hoe kunnen we beoordelen of een bepaalde gedraging als overtreding of misdrijf dient te worden aangemerkt?
Afhankelijk van de plaats in het wetboek, boek 2 is misdrijven, boek 3 is overtredingen. (wetsduiding) -
Hoe kunnen we beoordelen of een bepaalde gedraging als materieel of formeel delict dient te worden aangemerkt?
Formeel stelt handelingen centraal waarbij niet naar de gevolgen wordt gekeken, bij materiële handelingen juist wel. -
Hoe kunnen we beoordelen of een bepaald gedraging als gekwalificeerd of geprivilegieerd delict kan worden aangemerkt?
Gekwalificeerd is een strafbaar feit als gevolg van een ander strafbaar feit en verzwaard het gronddelict. Gekwalificeerd is een ergere vorm van een basaal delict.
Geprivilegieerd verlaagd de strafbaarheid van het gronddelict. Geprivilegieerd delict is een minder erge vorm van een basaal delict.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Straf(Proces)Recht Begrepen
-
Algemene inleiding: wat is strafrecht?
-
Materieel strafrecht: de structuur van het strafbare feit
-
Materieel strafrecht: opzet en schuld - Opzet (dolus)
-
Materieel strafrecht: opzet en schuld - Schuld (culpa)
-
Materieel strafrecht: causaliteit - Het causaal verband
-
Materieel strafrecht: inperking strafbaarheid (strafsluitingsgronden) - Strafuitsluitingsgronden
-
Materieel strafrecht: inperking strafbaarheid (strafsluitingsgronden) - Rechtvaardigingsgronden - Overmacht (rechtvaardigende noodtoestand)
-
Materieel strafrecht: inperking strafbaarheid (strafsluitingsgronden) - Rechtvaardigingsgronden - Noodweer
-
Materieel strafrecht: inperking strafbaarheid (strafsluitingsgronden) - Aanvullende voorwaarden voor strafuitsluitingsgronden; proportionaliteit en subsidiariteit
-
Materieel strafrecht: inperking strafbaarheid (strafsluitingsgronden)
-
Materieel strafrecht: uitbreiding strafbaarheid - Uitbreiding strafbaarheid I: poging en voorbereiding - Poging
-
Materieel strafrecht: uitbreiding strafbaarheid - Uitbreiding strafbaarheid I: poging en voorbereiding - Voorbereiding
-
Materieel strafrecht: uitbreiding strafbaarheid - Uitbreiding strafbaarheid II: plegen en deelneming
-
Materieel strafrecht: uitbreiding strafbaarheid - Uitbreiding strafbaarheid III: van natuurlijke persoon tot rechtspersoon
-
Formeel strafrecht: inleiding en hoofdrolspelers in het strafprocesrecht - Het strafprocesrecht
-
Formeel strafrecht: inleiding en hoofdrolspelers in het strafprocesrecht - Hoofdrolspelers in het strafprocesrecht: de verdachte, het Openbaar Ministerie, de politie, de rechter advocaat
-
Formeel strafrecht: de strafprocedure (opsporing, vervolging en berechting) - Voorbereidend onderzoek - Personen met opsporing belast
-
Formeel strafrecht: de strafprocedure (opsporing, vervolging en berechting) - De vervolging
-
Formeel strafrecht: de strafprocedure (opsporing, vervolging en berechting) - De berchting en tenuitvoerlegging - De berechting: onderzoek ter terechtzitting, beraadslaging en uitsrpaak
-
Formeel strafrecht: dwangmiddelen - Vrijheidsbenemende dwangmiddelen - Het algemene systeem van gronden, gevallen subject en bevoegde instantie
-
Formeel strafrecht: dwangmiddelen - Vrijheidsbenemende dwangmiddelen - Ophouden voor onderzoek
-
Formeel strafrecht: dwangmiddelen - Vrijheidsbenemende dwangmiddelen - De inverzekeringstelling
-
Formeel strafrecht: dwangmiddelen - Vrijheidsbenemende dwangmiddelen - De voorlopige hechtenis
-
Formeel strafrecht: dwangmiddelen - Inbeslagneming en doorzoeken, onderzoek aan kleding en persoon, binnentreding en DNA onderzoek - Inbeslagneming en doorzoeking
-
Formeel strafrecht: de berechting 1 (dagvaarding) - Dagvaarding
-
Formeel strafrecht: de berechting 2 (het onderzoek ter terechtzitting)
-
Formeel strafrecht: de berechting 3 (beslissingsmodel 348/350)
-
Materieel strafrecht: sancties