Dwangmiddelen - Schets van enkele verdragsrechten - EVRM

Question

Waar gaat art. 5 EVRM over?

Answer 1

Hierin wordt garantie van persoonlijke vrijheid toegekend, er wordt bepaald dat niemande van zijn vrijheid mag worden beroofd dan in een aantal in het verdragsartikel limitatief opgesomde gevallen. Art. 5 beperkt zich tot vrijheidsbeneming. Voor de minder vergaande vrijheidsbeperking is art. 2 van het Vierde Protocol bij het Verdrag geschreven, dat betrekking heeft op de 'liberty of movement'. Het belang v.h. onderscheid tussen vrijheidsbeneming en vrijheidsbeperking is gelegen in het beschermingsregime. Het strenge regime van art. 5 EVRM geldt niet voor beperkingen v.d. bewegingsvrijheid.

Answer 2

Vrijheidsbeneming wordt veel strenger beschermd: dat mag alleen in de limitatieve gevallen uit 5 EVRM.

Answer 3

Materieel (lawfulness): materiële inhoudelijke criteria voor vrijheidsbeneming
Formeel (procedure prescribed by law): gebeurt het volgens de juiste procedure.

Answer 4

Het normale voorarrest, preventieve detentie, detineren van personen om te beletten dat ze na het plegen van een strafbaar feit de benen nemen. MAAR art. 5 erkent de preventieve detentie en opsluiting om ontvluchting te verhinderen niet als zelfstandige vormen.

Answer 5

Het moet gebeuren volgens de regels van het nationale recht en dat nationale recht moet voldoende bescherming bieden tegen willekeurige vrijheidsbeneming.

Answer 6

Iemand opsluiten als preventie voor criminele handelingen of vluchten mogen alleen aanvullende redenen zijn. Vasthouden om iemand te berechten houdt in dat je promptly de rechter de rechtmatigheid laat beoordelen en iemand binnen een redelijke termijn berecht.