Werboek I - Organisatie van opsporing en vervolving - De opsporingsdiensten

42 belangrijke vragen over Werboek I - Organisatie van opsporing en vervolving - De opsporingsdiensten

Wat doen bijzondere ambtenaren van de politie?

 Verrichten strafrechtelijk en disciplinair onderzoek binnen het politieapparaat zelf (art. 3, lid en art. 43 Polw.).

 

NB: in Politiewet 1993 is term bijzondere opsporingsambtenaar vervangen door buitengewone opsporingsambtenaar.

 

Wat houdt de geschillenprocedure in als er omtrent bestuurs- en beheerskwesties problemen zijn waar men  op regionaal niveau niet uit komt?

Geschillenprocedure waarbij (art. 29 en 32 Polw.):

 

In eerste instantie het geschil beslechten:

- College van Procureurs-generaal,

- Commissaris van de Koning

 

 In tweede instantie het geschil beslechten:

- minister van BuZa

- minister van Justitie

 

Waarom wordt de minister van BiZa wel aangeduid als 'ooperbeheerder politie'?

Omdat door minister BiZa jaarlijks financiering regionale korpsen plaats vindt (art. 44 Polw,)

 

Ook toezicht op financiële beheer regionale korpsen is in handen van minister van BiZa.

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wie heeft een sterke invloed op regionale korpsen?

Het rijk.

 

In zowel:

 

1. financieel opzicht

2. personeel opzicht

    - max. formatie leiding regionale politiekorps door minister BiZa vastgesteld (art. 45, lid 2 Polw.)

    - korpschefs benoemd/ontslagen bij K.B. (art. 25 Polw.)

Wat doet het landelijk politiekorps?

Heeft specifieke taken (art. 38 e.v. Polw.):

- verzamelen en verstrekken van informatie nationaal/internationaal

- waken veiligheid leden Koninklijk Huis

 

Het Korps landelijke politiediensten omvat diverse diensten, o.a. NRI (= Dienst Nationale Recherche Informatie).

 

Aantal taken van dienst luchtvaar zijn naar Marechausse overgeheveld (art. 6, lid 1, sub c, Polw.)

- beveiliging luchthaven Schiphol

 

Enkele resterende taken luchtvaart betreffende:

- toezicht op Luchtvaardwetgeving

- politiële ondersteuning vanuit lucht (o.a. waarneming en luchtfotografie)

- assisteren bij luchtvaartrampen

Wat houdt daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde in?

Tot daadwerkelijke handhaving (art. 2 Polw) kan pas komen als een verstoring wordt geconstateerd.

Politie wordt geacht actief toezicht te houden of rechtsorde wellicht wordt verstoord.

Dit toezicht kan specifiek gericht zijn op constatering van strafbare feiten, dan wel voorkomen van ordeverstoringen ('suveillance').

Zodra toezicht leidt tot vaststelling van (vermeende) storing rechtsorde is de vraag of en zo ja hoe moet worden opgetreden: strafrechtelijke handhaving (opsporing) ot (louter) handhaving openbare orde?

Wat valt onder strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde?

1. opsporing van strafbare feiten

2. opsporing van bepaalde toekomstige feiten (zie art. 13a Sv)

3. tul beslissingen rechter of OM in strafzaken

4. (velen) hulp aan slachtoffers van strafbare feiten

5. toezicht (surveillance) voorzover specifiek gericht op ontdekking strafbare feiten

Wat is het doel van opsporing?

Welke bevoegdheden worden daarvoor verleend?

Vinden van bewijs.Ten behoeve daarvan verleen WvSv aan politie (soms aan een ieder) bijzondere bevoegdheden tot hanteren van dwangmiddelen.

Algemene regeling daarvan in het Wetboek is in bijzondere wetten aangevuld met specifieke, uitsluitend voor handhaving van die wetten te hanteren bevoegdheden.

 

Voor reguliere politie zijn in dit opzicht vnl. van belang:

- WVW

- Opiumwet

- WWM

 

 

 

 

Welke taken heeft de politie ten dienste van Justitie?

Tul rechterlijke beslissingen of beslissingen OM (art. 556 Sv).

 

Dit geschiedt op last OM (art. 13, lid 1 Polw.)

 

Art. 1, lid 1, onder g, sub 1, Polw bepaalt nader wat moet worden verstaan onder 'taken ten dienste van justitie'.

a. betekening (uitreiking) dagvaardingen of verstekmededelingen (wat in regel door PTT gebeurd)

b uitvoering arrestatiebevelen

 

Wat betekent 'openbare orde' in kader handhaving van de openbare orde?

Openbare orde = hier: orde en veiligheid: ordelijke gang van zaken op straat en op andere publieke plaatsen en zekere bescherming van persoon en goed.

 

Handhaving geschiedt door:

a. daadwerkelijk (politie)optreden

b. preventieve maatregelen (waaronder zichtbaar toezicht kan vallen)

 

 

Bij handhaving van de openbare orde kunnen allerlei bestuurlijke maatregelen worden getroffen.

Tot wiens werkterrein behoort dit?

Het college van B&W. Het zijn niet-daadwerkelijke maatregelen en behoren ook niet tot werkterrein politie.

Zie voor voorbeelden blz. 118.

Welke gedachtegang is af te leiden uit de MvA bij de (oude) Politiewet mbt ordendend optreden politie?

(...) taak en bevoegdheden van politie zijn zozeer afhankelijk van toevallig zich voordoende situatie, dat het onmogelijk is daarover concrete voorschriften te geven (...)

(...) concrete voorschriften, die teveel macht leggen in handen van de politie, zijn uit oogpunt van rechtsbescherming verwerpelijk (...)

(...) concrete voorschriften die politie teveel binden, zijn uit oogpunt van verrichten politietaak niet aanvaardbaar (...)

Om welke bevoegdheid politie gaat het mbt MvA bij politietwet (oud)?

 

HR 24 okt. 1961 (Zeijense nachtbraker) (blz. 118)

- beetpakken en naar huis geleiden

 

HR 12 nov. 1963 (blz. 118)

- vastgrijpen en buiten de woning brengen

 

HR 22 febr. 1977 (Rode Vlag) (blz. 118, 119)

- in beslag nemen van een voorwerp

 

text-decorationNB: uit deze opsomming blijkt dat het niet eenvoudige zou zijn tot wettelijke regeling te komen.

 

In deze voorbeelden gaat het om hándelen van politieambtenaren.

Het belemmeren van handelen van poltieambtenaar kan strafbaar zijn (art. 184 Sr) - onduidelijk is of art. 2 Polw. daarvoor als voldoende basis geldt.

 

 

Waar wordt de hulpverlening als politietaak nader uitgewerkt?

In de ambtsinstructie.

Wat zijn toezichthoudende taken van de politie?

a. gewone politieserveillance

b. gerichte observatie van potentiële verdachten

c. buitengengewone opsporingsambtenaren FIOD-ECD doen ook onderzoek naar boekhoudingen

 

Soms is (bijzondere) toezicht zelfs opgedragen aan functionarissen die geen politieambtenaren zijn.

Toezicht is taak politie, maar geen specifieke taak.

 

Wanneer spreken we van toezichthoudende bevoegdheden?

Veel bijzondere wetten geven, naast opsporingsbevoegdheden, ook bevoegdheden die specifiek kunnen worden uitgeoefend bij het zocht = text-decorationtoezichthoudende bevoegdheden.

 

Lijken op opsporingsbevoegdheden, maar onderscheiden zich daarvan omdat zij mogen worden gehanteerd, ongeacht of verdenking bestaat.

 

Voorbeeld: art. 160 WVW.

 

 

 

Wat zijn de verschillen tussen opsporingsbevoegdheden en toezichthoudende bevoegdheden?

text-decorationOpsporingsbevoegdheden:

 

- minder grote vrijheid bij uitoefening

- niet vormvrij

- scherper geformuleerd

- wat is verricht moet bij proces-verbaal worden vastgelegd

- gebruik wordt achteraf beoordeeld door hogere autoriteit (hulp)OvJ; uitzondering staande houden (art. 52 Sv)

 

 

text-decorationToezichthoudende bevoegdheden:

 

- grotere vrijheid bij hantering ervan

- uitoefening vormvrij

- minder scherp geformuleerd

- was is verricht hoeft niet bij proces-verbaal te worden vastgelegd

- geen beoordeling achteraf door hogere autoriteit

 

 

 

Onder wiens gezag valt toezicht?

Dat in onduidelijk.

In de praktijk betrekt men OM zelden in vraag of, waar, wanneer en hoe toezicht moet worden gehouden.

Toch is dat van wezenlijk belang.

Wat is preventief, repressief, proactief en reactief optreden?

Hoe wordt dit ook wel in politiekringen genoemd?

- preventief optreden (= ter voorkoming misdrijven)

- repressief optreden (= ter bestraffing daders)

- proactief optreden (= voordat politie van strafbaar feit kennis draagt)

- reactief optreden (= nadat strafbaar feit ter kennis van politie is gekomen

 

In politiekringen spreekt men ook wel van:

- haalwerk - proactief optreden

- brengwerk - repressief, proactief en reactief optreden

 

 

Waartoe kan proactief optreden van de politie in uitmonden, als het al vóór het plegen van een strafbaar feit plaatsvond?

1. preventief optreden, of

2. repressief optreden

Wat heeft de wetgever naast het plegen van bepaalde delicten nog meer strafbaar gesteld?

Noem een voorbeeld.

Daarop gerichte voorbereidingshandelingen.

 

- art. 10a Opiumwet

- art. 46 Sr

Waarvoor zijn bepalingen in APV's mbt voorbereidingshandelingen van belang?

1. verleggen strafbaarheid naar voren

2. vergemakkelijken toepassing van strafvorderlijke dwangmiddelen

    - zijn al mogelijk als 'hoofddelict' nog niet gepleegd is

 

Ook voor bewijsproblemen van belang:

- slaagt OM er niet in hoofddelict te bewijzen, dan lukt dat vaak wel tav voorbereidingshandeling.

 

Wie mogen opsporingsactiviteiten verrichten?

1. opsporingsambtenaren (taak die in eerste plaats op overheid drukt, maar)

2. burgers

3. soms aan anderen dan ambtenaren worden opgedragen (bedrijfspolitie)

Wie zijn met opsporing van strafbare feiten belast?

1. helder is opsomming in art. 141 Sv

Van de ambtenaren die belast zijn met en bevoegd zijn tot opsporing van alle strafbare feiten.

 

2. Meer moeilijkheden biedt opsomming art. 142 Sv

Worden buitengewone opsporingsambtenaren opgesomd.

Maar buitengewone opsporingsambtenaren zijn alleen met opsporing belast tav strafbare feiten in een bijzondere wet of verordening waartoe hun opsporingsbevoegdheid zich uitdrukkelijk uitstrekt.

 

text-decorationLet wel: anders dan art. 141 maakt art. 142 Sv het mogelijk dat ook opsporingstaken op te dragen aan personen die geen ambtenaar zijn.

 

Welke functionarissen hebben beperkte en welke functionarissen hebben volledige opsporingsbevoegdheid?

Ambtenaren met beperkte opsporingsbevoegdheid (art. 142 Sv).

Ambtenaren met volledige opsporingsbevoegdheid (art. 141 Sv).

 

Deze terminologie is niet geheel zuiver.

Er zijn bijzondere wetten die opsporing van bepaalde strafbare feiten aan gespecialiseerde opsporingsambtenaren voorbehouden.

Er moet telkens, van delict tot delict, worden bepaald wie terzake van dat delict als opsporingsambtenaar kan worden aangemerkt.

 

Van daar dat art. 127 Sv zegt: opsporingsambtenaar zijn alle personen met de opsporing van het strafbare feit.

 

Waarom is het eigenlijk niet juist te spreken van opsporingsbevoegdheid in artt. 141 en 142 Sv?

De artt. scheppen geen bevoegdheid, maar leggen slechts taak op.

Wanneer is een wettelijke grondslag nodig als ik een inbraak zie plegen?

Als ik een inbraak zie plegen en ik loop dader achterna om te zien waar hij heen gaat, zodat hij kan worden aangehouden, spoor ik op. Dat mag.

Pas wanneer ik inbreuk wil maken op grondrechten van anderen, is daarvoor wettelijke grondslag nodig.

Ook aan burger worden enkele bijzondere bevoegdheden toegekend (art. 53 e.v. Sv).

Wet schept vele van dergelijke bevoegdheden (dwangmiddelen) die echter 'alle' zijn voorbehouden aan opsporingsambtenaren.

 

Betekent het dat, een der ambtenaren bedoeld in de artt. 141 en 142 tav bepaald delict geen opsporingsbevoegdheid heeft, hij dat delict niet mag opsporen?

Nee, hij is daartoe alleen niet uit hoofde van zijn functie geroepen, en mist bevoegdheid in kader opsporing ambtshandelingen te verrichten, en in het bijzonder dwangmiddelen te gebruiken.

Waarom wordt dan toch art. 141 Sv jo art. 2 Polw. gebruikt als grondslag voor uitoefening van bevoegdheden?

Deze grondslag wordt hiervoor gebruikt, zij het met restrictie dat opsporingsambtenaren (omdat deze bepaling slechts taakomschrijving geeft en geen bevoegdheidsgrondslag) niet meer dan slechts geringe inbreuken op grondrechten mag maken (zie voorbeeld lokfiets, L4).

Het verschil tussen opsporingsambtenaar met volledige en met beperkte opsporingsbevoegdheid mbt toepassen dwangmiddelen en bijzondere bewijskracht art. 334, lid 2 Sv is hierin gelegen:

1. met volledige opsporingsbevoegdheid

- van (nagenoeg) alle delicten dwangmiddelen mag hanteren

- bijzondere bewijskracht art. 334, lid 2 altijd toekomt aan proces-verbaal

 

2. met beperkte opsporingsbevoegdheid

- alleen ter opsporing van delicten waarvan hij in het bijzonder is belast

- bijzondere bewijskracht art. 334, lid 2 alleen toekomt, voorzover hij in het bijzonder is belast (...); voor het overige geldt voor

  deze verbalen niet art. 334, lid 2 maar art. 344, lid 1, onder 5e Sv: hebben bewijskracht, maar alleen in   

  combinatie met ander bewijsmateriaal  

Welke soorten opsporingsdiensten zijn er?

1. reguliere politie

 

2. landelijke bijzondere opsporingsdiensten:

    a. FIOE-ECD (= Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst- Economische Controledienst)

    b. AID-DO (= Algemene Inspectiedienst, Dienstonderdeel Opsporing)

    c. VROM-IOD (Inlichtingen en opsporingsdienst)

    d. SIOD (Sociale inlichtingen- en Opsporingsdienst)

 

3. Particuliere bewakingsdiensten 

Aan wie is de opsporing van strafbare feiten primair opgedragen?

Aan de reguliere politie.

Heeft doorgaans opsporingsbevoegdheid krachtens art. 141 Sv en nooit krachtens art. 142 Sv.

Wat is de taak van de vier landelijke bijzondere opsporingsdiensten?

En wat valt er over deze diensten te vertellen (opsporingsbevoegd, gezag etc.)?

Ambtenaren bezitten opsporingsbevoegdheid op grond van art. 141 Sv.

 

Taak is vooral strafrechtelijke handhaving rechtsorde op het betreffende beleidsterrein.

 

OvJ heeft over deze opsporingsdiensten dezelfde bevelsbevoegdheid over de regulier politie (art. 3 en 4 Wet op de bijzondere bevelsbevoegdheid).

 

Hoewel zij formeel onder bevel OvJ staan, werken zij gezien specialistische kennis vrij zelfstandig.

 

Regelmatig vindt overleg plaats tussen landelijke diensten en OM via contactambtenaren.

Dit overleg is van belang voor:

a. goede afwikkeling processen-verbaal

b. voor OM om aan opsporings- en vervolgingsbeleid gestalte te kunnen geven

 

 

 

Heeft de politie opsporingsbevoegdheid op terrein bijzondere wetten?

Ja.

 

Maar in praktijk beperkt activiteit zich tot wetten voor handhaving waarvan:

a. geen specialistische kennis is vereist

b. in bijzondere wet geen opsporingsambtenaren zijn aangewezen

 

Tenzij uit de bijzondere wet ondubbelzinnig het tegendeel blijkt, hebben algemene opsporingsambtenaren (politie) net zoals buitengewone opsporingsambtenaren in bijzondere wet aangegeven controlebevoegdheid.

 

Hebben particuliere veiligheids- en bewakingsdiensten opsporingsbevoegdheden?

Wie beslist over toelating ervan?

Wie oefent toezicht op deze bedrijven uit?

Zij hebben geen (beperkte) opsporingsbevoegdheden.

 

Maar wel bevoegdheid die elke burger heeft, zodat zij bij ontdekking op heterdaad verdachte mogen aanhouden (art. 53 Sv).

 

Zij vallen onder regiem Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus.

Minister van Justitie beslist over toelating en oefent globaal toezicht uit.

 

Onder deze rubriek vallen:

- bedrijfsbeveiligingsdiensten

- geld- en waardetransportbedrijven

 

Welke soorten politiebijstand worden onderscheiden?

1. Bijstand voor handhaving openbare orde

Commissaris Koning treft dan nodige voorzieningen op verzoek van korpsbeheerder die dit verzoek doet op aanvrage burgemeester.

 

2. Bijstand voor opsporing strafbare feiten of tul rechterlijke beslissingen

College van PG's beslist, na overleg met betrokken korpsbeheerders en Commissaris Koning over te verlenen bijstand (art. 56Polw).

 

 

'Wie verlenen er allemaal bijstand?

1. politiekorpsen (over en weer)

2. Koninklijke marechaussee

3. Militaire bijstand

Waarvoor is bijstand van de Koninklijke marechausse vooral voor bedoeld?

Voor bijzondere gevallen (art. 58 Polw,).

Welke (politie) taken heeft de Koninklijke marechaussee?

1. bijstandverlening

2. politietaken op Schiphol en andere luchtvaarttereinen

Wat houdt militaire bijstand in?

Bestrijding van bijv. gijzelingen en andere terreuracties.

 

Daarvoor zijn speciale eenheden in het leven geroepen, waaraan o.a. mariniers deelnemen (art. 59 Polw.)

Mag ambtenaar belastingdienst (niet zijde FIOD-ECD) die heeft geconstateerd dat transportonderneming op diverse manieren belasting heeft ontdoken en daarvan proces-verbaal opmaakt, tevens vermelden dat uit administratie is gebleken dat onderneming ook regelmatig Rijtijdenwet overtreedt?

Ja.

Waarom is het belangrijk dat bepaalde ambtenaren zijn aangewezen als opsporingsambtenaar?

Omdat:

1. tal van bevoegdheden, die gewone burger niet heeft, zijn gebonden aan kwaliteit van opsporingsambtenaar

    (zie art. 55: aanhouding)

2. processen-verbaal grotere bewijskracht toekomt dan aan die van andere burgers.

 

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo