Startpagina / Samenvattingen / Class notes - Strafprocesrecht / bewijsuitsluiting-rechtsgevolg-vormverzuim

Sanctionering van vormverzuimen

4 belangrijke vragen over Sanctionering van vormverzuimen

Problematiek van de verboden vruchten

Het vereiste van een causaal verband tussen het vormverzuim - de onrechtmatigheid en het verkregen bewijsmateriaal voor bewijsuitsluiting.

Koers HR ter zake art. 359a Sv

Terughoudende opstelling ter zake van het verbinden van rechtsgevolgen aan gebleken onrechtmatigheden. Slechts in uitzonderlijke gevallen bewijsuitsluiting en in nog meer uitzonderlijke gevallen niet-ontvankelijkheidsverklarign van het OM. Lijkt strafvermindering 'over te blijven' maar is ook zeker geen stoplapcategorie - worden ook eisen aan gesteld. Wel: constateren zonder rechtsgevolg.
De veronderstelling dat bewijsuitsluiting een logisch gevolg is van onrechtmatig handelen door de politie is grosso modo onjuist - Buruma

Systematiek HR en wet

Voorkomen dat er disproportionele reacties worden gegeven op vormverzuimen.
Eerst bekijken of er kan worden volstaan met slechts constateren
Strafvermindering
Bewijsuitsluiting
Niet-ontvankelijkheid van het OM
Complicaties:
--> Rechter is gehouden in te gaan op de verdediging, wanneer zij aan voeren niet ontvankelijkheid van het OM, begint de rechter daar.
--> Op het moment dat volstrektduidelijk is dat een bepaald vormverzuim tot een bepaald rechtsgevolg moet leiden bijvoorbeeld - cautieverzuim --> bewijsuitsluiting.

Zware stelplicht bij rechtmatigheidsverweren

Afvoerpijp arrest: van de verdediging die een beroep doet op schending van een vormverzuim in de zin van art. 359a Sv mag worden verlangd dat zij dit duidelijk en gemotiveerd aangeven aan de hand van de factoren uit lid 2 tot welk rechtsgevolg dit dient te leiden. Alleen dan is de rechter gehouden een met redenen omklede beslissing te geven

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Strafprocesrecht

Bekijk samenvatting