De constructie van het strafbare feit - Meerlagige invloed van Europees strafrecht in de Nederlandse rechtsorde

10 belangrijke vragen over De constructie van het strafbare feit - Meerlagige invloed van Europees strafrecht in de Nederlandse rechtsorde

Artikel 55, tweede lid, Sr is weinig tot niet van belang wanneer het om een gekwalificeerd delict gaat.

Eens, want het tweede lid wordt doorkruist door het opportuniteitsbeginsel (De mogelijkheid die het OM heeft om niet tot vervolging over te gaan), aangezien een lichtere straf ook mogelijk is.

De uitsplitsing van delicten in bestanddelen, in combinatie met de vraag wat wel en niet een bestanddeel is, is in het materiële strafrecht van groot belang voor de tenlastelegging. Waarom?

De rechter beoordeeld het bewijs op grondslag van de tenlastelegging. De tenlastelegging kan worden aangepast tijdens het proces, maar de rechter heeft niet de mogelijkheid om (ver) buiten het ten laste gelegde te oordelen.

De OvJ moet in termen van het feitelijk voorgevallene alle bestanddelen van het strafbare feit in zijn tenlastelegging vermelden. Als één van de bestanddelen mist dan zou het door de OvJ gestelde eventueel geen strafbaar feit op kunnen leveren en daarmee dient de verdachte van alle rechtsgevolgen te worden ontslagen.

Welke stappen worden omschreven van opsporingsdaad tot en met de tenuitvoerlegging van de straf

1) voorbereidend onderzoek
2) Zijn de feiten, waarschijnlijk, voldoende voor een strafbaar feit?
3) Aanhangig maken dmv een dagvaarding met daarin de tenlastelegging (omschrijving van de vermoede feitelijke werkelijkheid a.d.h.v. de delictsomschrijving). Dit wordt aan de rechter ter toetsing voorgelegd.
- Technisch gesproken het eindpunt, het proces is gericht op een gerechtvaardigde veroordeling van de verdachte.
4) De rechter doet uitspraak
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Het OM is enkele bestanddelen vergeten, kan een verdachte alsnog worden veroordeeld?

Nee, de bestanddelen moeten ten laste zijn gelegd en tevens kunnen ontbrekende bestanddelen niet meer worden bewezen. Het komt soms nog wel eens voor dat ontbrekende bestanddelen opdoemen bij de feitelijke gedragingen van een dader.

De rechter doet uitspraak uit hoofde, op grondslag en n.a.v. wat?

- Uit hoofde van art. 350 Sv
- Op grondslag van de tenlastelegging
- N.a.v. Het onderzoek op de terechtzitting

Welke 2 aspecten van de tenlastelegging zijn in het bijzonder van belang bij het beantwoorden van vraag 1 350 Sv?

A) De inhoud
- Alle bestanddelen van de delictsomschrijving moeten worden opgenomen.
- Krachtens art. 261 Sv moet er een tijd en een plaats waarop de feiten plaatsvonden vermeld worden.
- Daarnaast de wettelijke voorschriften waarbij de feiten strafbaar gesteld zijn


B) Het bewijs van die inhoud
- Het feit, zoals ten laste gelegd.
- Op de aangegeven tijd en plaats
- Door de verdachte zijn begaan,

Strafbaarheid van het feit (vraag 2) kan op verschillende gronden ontbreken.

1) 1 of meer bestanddelen van het bedoelde delict is niet opgenomen in de tenlastelegging.
2) Hetgeen dat feitelijk bewezen is wordt niet 'gedekt' door een bepaalde wettelijke term.
3) Strafuitsluitingsgronden
- Rechtvaardigingsgronden (Ontnemen wederrechtelijke karakter, leiden tot niet-strafbaarheid van het feit)
- Schulduitsluitingsgronden (Heffen schuldverwijt op, niet-strafbaarheid van de dader)

De tenlastelegging is een belangrijk fundament voor de uiteindelijke uitspraak voor de rechter. Welke zaken zijn opvallend als het gaat om de inhoud en de verantwoordelijkheid daarover

- De rechter heeft de taak om de 'juiste inhoud van de tenlastelegging' vast te stellen, taalfouten, verschrijvingen en andere fouten kunnen zelfstandig verbeterd worden.
- Een gekwalificeerd delict bevat ook altijd impliciet de tenlastelegging voor het gronddelict.
- Tekortkomingen zijn, binnen zeker grenzen, herstelbaar. Anders gebleken feiten maar ook verschillende soorten fouten kunnen aldus tijdens het proces worden hersteld c.q. verbeterd. Het moet wel blijven gaan om hetzelfde historische gebeuren.

Wat is de tirannieke werking?

Dit betekent dat de rechter bij zijn beslissing ook over de eerste vraag van art. 350 Sv gebonden is aan de woorden van de tenlastelegging zoals deze met inbegrip van mogelijke wijzigingen tijdens de procesvoering op dat moment luidt.

De vraag of een feit strafbaar is, kan evenals dat met de eerste vraag van art 350 Sv, op verschillend gronden  negatief beantwoord worden: gevolg is ontslag van alle rechtsvervolging wegens niet strafbaarheid van feit. Wanneer wordt dit uitgesproken?

A. Als de OvJ nagelaten heeft om in zijn tenlastelegging 1 of meer bestanddelen van het door hem bedoelde delict uit de strafwet op te nemen.  De rechter kan  wegens werking tirannieke niet meer bewezen verklaren dan de OvJ gesteld heeft.

b. Vaak komt voor dat een bewezenverklaring, die in het licht van de delictsomschrijving wel alle feiten omvat maar geen strafbaar feit oplevert. (bewezen feit niet gedekt door wettelijke term)

c. Door straf uitsluitende gronden (bv rechtvaardigingsgrond of schulduitsluitingsgronden)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo