Network level strategy
9 belangrijke vragen over Network level strategy
In het boek worden 8 relationele actoren genoemd waarmee een organisatie kan samenwerken. Beschrijf de industrie outsider, socio-culturele actoren en technologische actoren.
- Socio-culturele actoren; individuen of organisaties met impact op normen ,waarden, gedrag zoals media, maatschappij, goede doelen.
- Technologische actoren; universiteiten of onderzoeksinstituten.
Er zijn drie manieren waarop bedrijven onderling synergie kunnen creëren: leveraging resources, integrating activities en aligning positions. Licht deze manieren toe.
Samenwerken op het niveau van resources.
- Leren of lenen
Integrating activities:
Samenwerken op het niveau van activiteiten
- Linken of lumping (schaalvoordelen, e.g. Gedeeld logistiek systeem)
Aligning positions:
Samenwerken op het niveau van marktpositie
- leunen (Betere onderhandelingspositie), lobbyen (sterker staan t.o.v. Concurrenten).
Een samenwerkingsrelatie ontstaat door legitimiteit, noodzaak, frequentie of macht. Wat betreft macht kan je samenwerkingen indelen in de volgende vier opties;
2. Niet gebalanceerde onafhankelijkheid; de een is net iets meer onafhankelijk dan de ander.
3. Wederzijdse afhankelijkheid
4. Niet gebalanceerde afhankelijkheid; de een domineert de ander.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
De verschillende soorten overeenkomsten zijn te onderscheiden in equity, non-equity, bilaterale samenwerking en multilaterale samenwerking. Wat wordt hiermee bedoeld?
Een non-equity samenwerking is een contractuele of geen contractuele samenwerking, waarbij partijen in ieder geval niet financieel afhankelijk zijn van elkaar. Een voordeel is dat je deze samenwerking makkelijker kan stoppen. Indien er geen contract is, is er sprake van lobbying.
Een bilaterale samenwerking betreft twee partijen.
Een multilaterale samenwerking betreft meer dan 2 partijen.
Welke paradox hoort bij het onderwerp Network level strategy?
Competitie;
- Win-verlies verhouding
- Macht (hoe onafhankelijker een bedrijf, hoe meer macht)
- Coalities, onderhandelen etc.
Samenwerking;
- Win-win
- Men heeft elkaar nodig om succesvol te zijn. Samen is meer succesvol dan alleen.
- Netwerkeffect; succes in het een heeft een positief effect op het ander, e.g. Complementaire goederen.
Welke twee perspectieven horen bij de paradox competition en cooperation?
- Win-lose
- Agency theory
- Eigenbelang
- Tactische alliantie
- Duidelijke grenzen, zodat de organisatie afgebakend is van de omgeving
- Interacties zijn vooral transactioneel
Embedded organizational perspective
- Win-win
- Samenwerking zorgt ervoor dat je je kan specialiseren
- Geïntegreerd netwerk van afhankelijke organisaties
- Relational view
- Strategische alliantie
Hoe wordt de paradox competitie en coöperatie gemanaged?
- Parallel processing, co-opetition. E.g. Samsung en Apple
- Juxaposing, concurrenten kunnen partners worden en andersom.
Wat is het verschil tussen Aziatische en Westerse landen m.b.t. Samenwerken?
Volgens het artikel is een strategisch centrum nodig om succesvol, innovatief en leidend te zijn bij samenwerkingen. Welke rollen heeft een strategisch centrum?
- outsourcen; de juiste partners zoeken en verwachten dat zij creatief, probleemoplossend en initiërend zijn.
- Capaciteitenontwikkeling; competenties van partners ontwikkelen.
- Technologie exploitaties; ideeën van elkaar gebruiken om nieuwe strategieën te creëren.
- competitie; rivaliteit in het netwerk aanmoedigen.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden