Theoretisch Kader en achtergrond

11 belangrijke vragen over Theoretisch Kader en achtergrond

Noem de onderdelen van het centrale zenuwstelsel

  • De grote hersenen (cerebrum)
  • de kleine hersenen (cerebellum)
  • het limbische systeem (emotionele brein)
  • de hersenstam (truncus cerebri)
  • het ruggenmerg (medulla spinalis)

Wat is de hersenstam (truncus cerebri)?

- loopt over in het ruggenmerg
- de hersenstam (reptielenbrein) vervult een centrale rol in de homeostase. VB: hartritme, bloeddruk, spijsvertering, hormonaal evenwicht.
- in de hersenstam ligt ook de locus coeruleus, deze regisseert enkele hormonale effecten van stress als reactie op activiteit in de amygdala en hypothalamus.
- hier wordt vooral noradrenaline vrijgemaakt = neurotransmitter van de stressrespons.

Wat is de functie van de orthosympaticus?

- speelt een essentiële rol in de stressreactie en is onderdeel van het autonome/vegetatieve zenuwstelsel.
- de orthosympaticus speelt een belangrijke rol bij stress en de parasympaticus in rust ze werken antagonistisch (tegengesteld)
- de zogenaamde schakelcellen zorgen voor vele verbindingen tussen de motorische, sensibele en orthosympatische vezels. Dit betekent o.a. Dat stress onze motoriek en waarneming beïnvloedt.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is nocisensoriek & sprouting?

  • Nocisensoriek: het vermogen om (dreigende) weefselschade waar te nemen. (pijnwaarneming, pijnbeleving, pijngedrag)
  • sprouting:
    • perifeer gelegen neuronen kunnen zich hierdoor herstellen.
    • uit de beschadigde uiteinden groeien nieuwe zenuwen op zoek naar het herstel van het contact.
    • binnen optimale omstandigheden kan het axon uitgroeien met 2-3 mm per dag.

Wat is vegetatieve samenhang?

- de parasympathicus staat in grote lijnen voor alle rust, herstel en groeiprocessen.
- de orthosympaticus heeft de overhand wanneer het lichaam in actie is.
complementaire werking. Beide vullen elkaar perfect aan.

Waarom moet een burn-out coach kennis hebben van het hormonale- en zenuwstelsel (regulatiesysteem)?

  1. Het vormt het verbindende element in de reacties op stress.
  2. verstoring binnen belasting-belastbaarheid laten zich goed duiden door kennis van dit regulatiesysteem.
  3. geeft inzicht in processen van gedrag en motivatie.
  4. leert je de verschillen onderscheiden tussen gedrag, gedachten, gevoelens en emoties.
  5. biedt houvast om tot goede parameters te komen voor je interventiekeuze. De individuele reactiepatronen op stress en de moeilijkheden van een persoon zijn bepalend voor de behandeling en niet de klacht of diagnose.

Wat zijn de fasen van de stressreactie binnen het drieluik van: stressoren - stressrespons - stress?

  1. Alarmfase
  2. adaptatiefase (handelen en aanpassen)
  3. rust & herstelfase
  4. uitputtingsfase

Waar moet je op letten bij burn-out coaching?

  • Kennis van het brein is noodzakelijk.
  • besef dat alles bewust en onbewust invloed kan uitoefenen.
  • werking van het brein is heel complex.
  • beïnvloeding en zelfs verandering van structuren binnen het brein zijn mogelijk.
  • noodzaak is vertrouwen en veiligheid (anders gaat de stressresponse aan).

Noem de ergotrope katabole hormonen die belangrijk zijn bij stress

  • Adrenaline (hartfrequentie)
  • cortisol (brandstof)
  • glucagon (bloedsuikerspiegel)
  • thyroxine (stofwisseling)
  • ADH en aldosteron (water vasthouden)

Kenmerken van een hoge selectiviteit?

  • een belangrijk kenmerk is dat een selectief werkend zenuwstelsel de problematiek weet af te bakenen.
  • de pijnklachten zijn nauw omschreven en goed benoembaar.
  • men voelt precies waar de pijn zit en kan deze duidelijk aanwijzen.
  • pijn is slechts op bepaalde momenten aanwezig, het zenuwstelsel kan de pijn bij tijd en wijlen dempen. Men wordt niet constant beperkt door de pijn.
  • 's nachts kan gewoon doorgeslapen worden.
  • men heeft zelf een goed idee van de oorzaak van de klacht, weet op welk tijdstip de klacht is ontstaan en heeft het gevoel er zelf wat aan te kunnen doen.

Kenmerken van een lage selectiviteit

  • Pijnklachten bestrijken een groter gebied en zijn moeilijk te lokaliseren.
  • men kan niet goed aangeven om wat voor soort pijn het gaat en hoe het aanvoelt.
  • de pijn is vaker wel dan niet aanwezig, het zenuwstelsel weet de pijn moeilijk buiten de deur te houden.
  • de getroffen persoon wordt zeer beperkt door de pijn in het dagelijks leven, soms 'wordt' iemand bijna zijn pijn.
  • men heeft weinig weet van oorzaak of waarvan van de pijnklachten.
  • vaak is de pijn geleidelijk aan ingeslopen en steeds verder verergerd.
  • men slaapt slecht.
  • veel kenmerken van de alarmfase zijn aanwezig.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo