Stuvia 2090605 Samenvatting Psychopathologie Bij Kinderen En Adolescenten Inclusief Artikelen...

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Stuvia 2090605 samenvatting psychopathologie bij kinderen en adolescenten inclusief artikelen pm0922212514

• 1 Thema 1 - Angst en obsessieve-compulsieve stoornissen

  Dit is een preview. Er zijn 177 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is angst en hoe kan het worden omschreven?

  - Angst is een op de toekomst gerichte emotie met gevoelens van oncontroleerbaarheid en onvoorspelbaarheid van potentieel gevreesde gebeurtenissen.
  - Dit omvat snelle aandachtsverschuiving naar potentieel gevaarlijke gebeurtenissen of de eigen affectieve reactie hierop.

• Welke stoornissen vallen onder geïnternaliseerde stoornissen bij jonge, angstige mensen?

  - Geïnternaliseerde stoornissen bij jonge, angstige mensen omvatten emotionele stoornissen die ze op zichzelf afreageren.
  - Dit omvat niet alleen angststoornissen, maar ook andere stoornissen.

• Welke verschillen zijn er in angsten en zorgen tussen meisjes en jongens?

  - Meisjes hebben over het algemeen meer angsten dan jongens.
  - Dit verschil wordt duidelijker bij oudere kinderen.
  - Op basisschoolleeftijd is er al een sekseverschil, mogelijk gerelateerd aan genderspecifieke verwachtingen.

• Waarom is het lastig te differentiëren tussen diagnostische categorieën bij internaliserende stoornissen?

  1. Risicofactoren kunnen bijdragen aan veel verschillende stoornissen
  2. Comobiditeit
  3. Er moet niet worden gedacht in verschillende stoornissen maar in bepaalde aanleg voor het internaliseren van moeilijkheden (een cultuur kan dit bijvoorbeeld beïnvloeden)

• Wanneer is interventie nodig bij angst bij kinderen?

  - Interventie is nodig als angst aanzienlijk lijden veroorzaakt, het functioneren belemmert en niet past bij de ontwikkelingsfase van het kind.
  - Onbehandelde angststoornissen kunnen chronisch worden en extra belemmeringen veroorzaken.

• Welke classificatie van angststoornissen hanteert de DSM?

  - De DSM classificeert angststoornissen zoals separatie-angststoornis, specifieke fobie, sociale angststoornis, paniekstoornis, agorafobie, en gegeneraliseerde angststoornis.
  - Deze stoornissen hebben betrekking op angst voor object/situatie of vermijdend/angst-reducerend gedrag.

• Wat is de epidemiologie van angststoornissen bij kinderen en adolescenten?

  - Angststoornissen zijn een van de meest voorkomende stoornissen bij kinderen en adolescenten.
  - Prevalentiecijfers variëren van 2,5% tot 12% en hoger.
  - Meisjes hebben vaker angststoornissen dan jongens.
  - Het is onduidelijk of er verschillen zijn tussen etnische groepen in de prevalentie van angststoornissen.

• Hoe beïnvloeden cultuur en etniciteit de kinder- en adolescentenpsychopathologie?

  - Separatieangst en sociale angst verschillen per cultuur
  - Somatische klachten komen vaker voor bij bepaalde culturen/etnische groepen
  - Verschillen in uiting van symptomen en angstige cognities
  - Discriminatie en acculturatie kunnen angstgevoelens beïnvloeden
  - Symptomen kunnen niet op dezelfde manier worden ingedeeld voor alle culturen/etnische groepen
  - Cultureel sensitieve assessments vergroten behandeleffectiviteit
  - Culturele verschillen beïnvloeden behandelingzoekgedrag

• Wat is de prevalentie van specifieke fobieën en hoe verschilt het tussen geslachten en culturen?

  - Prevalentie van 3-4%
  - Vaker bij meisjes dan jongens
  - Overeenkomsten tussen culturen
  - Vaak comorbiditeit met andere stoornissen, zoals angst en depressie
  - Helft van jongeren voldoet aan criteria voor andere angststoornissen

• Wat zijn de gedragskenmerken van jeugdigen met specifieke fobieën?

  - Proberen de fobische situatie/object te vermijden
  - Mogelijk ervaren van spanning, paniek, afkeer
  - Fysieke reacties bij blootstelling, zoals misselijkheid, snelle hartslag, ademhalingsproblemen
  - Beperking van levensstijl en activiteiten van gezinsleden