Huwelijksvermogensrecht en fiscaal partnerbegrip

17 belangrijke vragen over Huwelijksvermogensrecht en fiscaal partnerbegrip

Joost en Marjolein treden in het huwelijk. Joost bezit € 25.000. Marjolein heeft van haar suikeroom een aanzienlijk vermogen geërfd en bezit circa € 5.000.000.

a. Wat zijn de civielrechtelijke gevolgen van hun huwelijk?

b. Is sprake van een schenking door Marjolein aan Joost? Waarom (niet)?

A. Door het aangaan van het huwelijk ontstaat van rechtswege een algehele gemeenschap van goederen, waartoe beiden bij ontbinding voor de helft zijn gerechtigd (art. 1:93 lid 1 BW).

B. Bij het aangaan van het huwelijk is nog geen sprake van een definitieve vermogensverschuiving (besluit 5 juli 2010, BNB 1959/122 en BNB 1971/94 en 95)

Stel dat Kees en Miep onder huwelijkse voorwaarden met elkaar zijn gehuwd. Op enig moment besluiten zij alsnog een algehele gemeenschap van goederen aan te gaan. Is sprake van een schenking? Noem de grondslagen.

Nee, bij het aangaan van een algehele gemeenschap van goederen is geen sprake van een voltooide vermogensverschuiving (Besluit 5 juli 2010, BNB 1959/122 en BNB 1971/94 en 95).

Wat is het risico van het niet uitvoeren van een Amsterdams of periodiek verrekenbeding? Noem het relevante artikel?

Het bewijsvermoeden van art. 1:141 lid 3 BW: het bij het einde van het huwelijk aanwezige vermogen wordt vermoed te moeten worden verrekend.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Joop en Tineke zijn gehuwd in algehele gemeenschap van goederen. Op enig moment maken ze huwelijkse voorwaarden op en besluiten ze bij het einde van het huwelijk de verdeelsleutel 70/30 te hanteren. Is sprake van een belaste schenking? Waarom (niet)?

Geen sprake van een voltooide vermogensverschuiving, BNB 1959/122 en BNB 1971/94 en 95. Zie voor een schriftelijke toezegging nr. DB/2012/34.

Welk principe huist achter art. 11 lid 4 SW?

Art. 11 lid 4 SW regelt dat indien de langstlevende krachtens huwelijksvermogensrecht méér toekomt dan de helft van de gemeenschap, zodat dit niet als erfrechtelijke verkrijging kan worden belast, alsnog over het meerdere erfbelasting wordt geheven.

Wat is een verplicht eenzijdig finaal verrekenbeding? Waarom is een dergelijk verrekenbeding zeldzaam?

Bij een verplicht eenzijdig verrekenbeding krijgt de echtgenoot op voorwaarde van overleving een verrekeningsvordering op de eerststervende.

Het ontstaan van een vordering op voorwaarde van overleving is op grond van art. 11 lid 3 SW belast met erfbelasting.

Wat is het onderscheid tussen een legataris en een lastbevoordeelde?

De legataris heeft een vorderingsrecht (art. 4:117 BW), de lastbevoordeelde heeft daarentegen géén vorderingsrecht. De lastbevoordeelde moet het hebben van de dreiging van de vervallenverklaring.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen een 'harde' en een 'zachte' uitsluitingsclausule. Wat houdt het onderscheid in? Wanneer adviseert u een zachte uitsluitingsclausule?

De harde uitsluitingsclausule houdt in dat het goed altijd tot het privévermogen van de begiftigde zal behoren. De zachte uitsluitingsclausule houdt in, dat de helft van de waarde bij overlijden van de begiftigde of zijn partner (naar keuze) dient te worden verrekend. Gesproken wordt in dit kader van een 'verrekenlast'

Maurice heeft van zijn vader een schenking van € 100.000 gekregen onder uitsluitingsclausule. Maurice is in gemeenschap van goederen getrouwd met Klara. Op enig moment besluit Maurice een gloednieuwe Tesla aan te schaffen. Het huwelijk botert niet en Maurice en Klara gaan uit elkaar. Kan Klara aanspraak maken op de helft van de Tesla? Noem de relevante wetsartikelen.

Nee. Een goed verkregen onder uitsluitingsclausule gaat niet tot de gemeenschap van goederen behoren (art. 1:94 lid 2 onderdeel a BW). De Tesla is op grond van zaaksvervanging óók tot het privévermogen van Maurice (art. 1:95 lid 1 BW). Klara kan géén aanspraak maken op de Tesla.

Bert en Tessa hebben in de huwelijkse voorwaarden een finaal verrekenbeding laten opnemen. Op enig moment schenkt de moeder van Tessa haar een mooi bedrag. In de schenkingsakte is een uitsluitingsclausule opgenomen. Stel dat sprake is van een 'harde' uitsluitingsclausule.

Tessa komt te overlijden. Verkrijgt Bert een verrekeningsvordering ten aanzien van de goederen die Tessa onder uitsluitingsclausule zijn geschonken?

Nee. Het verrekenbeding ziet niet op goederen die onder uitsluitingsclausule zijn geschonken (Blokland, Estate Planning, p. 182).

De heer Wilg is weduwnaar en vader van drie zonen. Hij hertrouwt met mevrouw Bloem. De drie zonen zijn boos en menen dat zij hierdoor worden benadeeld. Kunnen meneer en mevrouw Wilg hun fout nog herstellen?

De overgang van gemeenschap van goederen naar huwelijkse voorwaarden kan volgens de staatssecretaris een schenking zijn. In het besluit van 5 juli 2010 keurt hij echter goed dat alsnog huwelijkse voorwaarden worden opgemaakt indien bij het aangaan van het huwelijk geen rekening is gehouden met de aanspraken van de kinderen op vermogen uit een eerder huwelijk.

Kunnen huwelijkse voorwaarden staande huwelijk worden opgemaakt? Noem de wettelijke grondslag. Welk vereiste wordt gesteld aan huwelijkse voorwaarden?

Ja. Art. 1:114 BW. Ze dienen bij notariële akte te worden opgesteld (art. 1:115 lid 1 BW).

Welk risico dreigt indien staande huwelijk huwelijkse voorwaarden worden opgemaakt? Nuanceer.

Dat sprake is van een voltooide vermogensverschuiving en dus van een schenking. In het Besluit van 5 juli 2010 zijn goedkeuringen opgenomen indien sprake was van een misverstand/het opmaken van huwelijkse voorwaarden dient om de claims van kinderen uit een eerder huwelijk te herstellen.

Lennart en Polleke wonen vier jaar samen. Ze hebben een onderhandse samenlevingsovereenkomst opgesteld, krachtens welke de gezamenlijke woning aan de langstlevende verblijft. Lennart overlijdt. Is sprake van een erfrechtelijke verkrijging voor de Successiewet?

Nee! Lennart en Polleke zijn voor de Successiewet geen partners (art. 1a SW). Nu ze geen partners zijn is op voet van art. 11 lid 2 jo. lid 5 SW geen sprake van een erfrechtelijke verkrijging!

Peter en Petra hebben een notarieel samenlevingscontract. De overeenkomst bevat een verblijvensbeding, op grond waarvan de gezamenlijke goederen aan de langstlevende verblijven. Petra overlijdt. Is sprake van een belaste verkrijging voor de Successiewet?

Ja. Op grond van art. 11 lid 2 SW dient het verbleven deel te worden aangemerkt als een erfrechtelijke verkrijging. Peter en Petra zijn immers partners (art. 11 lid 5 SW jo. art. 1a SW).

Waarom komt een testamentaire last in de praktijk niet vaak voor?

Omdat degene ten behoeve van wie de verplichting is opgelegd, geen nakoming kan vorderen (Speetjens, Estate Planning 2014, p. 248).

Hanko en Margriet wonen 18 jaar samen. Door omstandigheden zijn ze nooit getrouwd. Hanko is uitgegroeid tot een succesvolle ondernemer met een volle bankrekening. Hanko laat door een echtscheidingsadvocate uitrekenen wat volgens trema-normen de uitkering zou zijn die hij aan Margriet had moeten betalen zouden zij getrouwd zijn. Wat zijn de fiscaalrechtelijke gevolgen indien Hanko deze uitkering aan Margriet toekent?

Het lijkt erop dat sprake is van een natuurlijke verbintenis en de verkrijging voor de schenkbelasting uit dien hoofde is vrijgesteld. Voor zover een periodieke uitkering wordt toegekend, dient de gekapitaliseerde waarde van deze uitkering te worden bepaald aan de hand van het Uitvoeringsbesluit SW.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo