Samenvatting: Superdiversiteit
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van superdiversiteit
-
Superdiversiteit
Dit is een preview. Er zijn 43 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 22/03/2016
Laat hier meer flashcards zien -
In de jaren 90 was er een kantelpunt en het begin van de superdiversiteit door:
Globalisering, hierdoor kunnen migranten makkelijker van A naar B reizen.
Oorlogen en conflicten, waardoor migranten sneller vertrokken uit hun thuisland op zoek naar een betere toekomst (pushfactor).
Van van de Berlijnse muur, hierdoor konden migranten vanuit het oosten makkelijker richting Nederland komen. -
Wat zijn kenmerken van superdiversiteit?
Versnippering van:
- Taal
- Etnische achtergrond
- Religieuze achtergrond
- Culturele achtergrond
- Nationaliteiten
- Migratie motieven
- Diversiteit van verblijfsstatuten
- Sociaal economische posities
- Transnationalisme en circulaire migratie -
Welke drie vormen van transnationalisme zijn er en leg die uit.
Sociaal-cultureel transnationalisme: dit bestaat uit het kijken naar bijvoorbeeld Turkse tv, het contact hebben met de familie in het buitenland.
Economisch transnationalisme: dit bestaat uit het sturen van geld en goederen naar het buitenland.
Politiek transnationalisme: dit bestaat uit de actieve betrokkenheid bij de politiek in landen van herkomst. -
Ondanks een groeiende middenklasse bevindt de meerderheid van de mensen met een migratieachtergrond zich aan de onderkant van de sociale ladder. Noem de kenmerken/oorzaken van 'gekleurde armoede'.
Oorzaken van gekleurde armoede zijn:
- veel werkeloosheid
- jongeren groeien op in sociaal kwetsbare gezinnen
- grote schoolachterstand
- mismatch tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt
- discriminatie op de arbeidsmarkt
- culturele verschillen (bijvoorbeeld: de vrouw moet thuis blijven). -
Waar ligt de noodzaak voor het kijken met een nieuwe (kosmopolitische) blik?
De noodzaak voor deze nieuwe blik ligt bij 'hokjesdenken'. Het behoren tot een groepering geeft zekerheid en een sociaal kapitaal. Echter kijken we en spreken we over mensen alsof ze makkelijk in hokjes zijn in te delen. We kijken door een verouderde bril met stereotiepe beelden en denken in wij/zij termen. -
Hoe wordt het hokjesdenken gebruikt bij rechts en links politieke partijen en door burgers?
Rechts: Als instrument om verschillen uit te vergroten, vijandsbeelden te creëren of te cultiveren. Ze kloppen wij/zij tegenstellingen op om conflicten uit te vergroten en het failliet van de multiculturele samenleving aan te tonen.
Links: Wil de kloof tussen wij en zij overbruggen, maar blijven wel in tegenstellingen denken.
Burgers: stigmatiseren (foutieve labels opplakken) en demoniseren. -
Waarom kloppen de hokjes niet?
Hokjes maken ons blind voor de veel complexere realiteit, want:
- veel mensen zijn moeilijk in hokjes in te delen
- veel mensen hebben een meervoudige/gelaagde identiteit -
Bij hokjes denken wordt de natie-staat te belangrijk gemaakt (methodologisch nationalisme). Waarom is dat verkeerd?
Dat is verkeerd omdat:
- de grenzen (tussen de oorspronkelijke bewoners en migranten) in praktijk steeds minder belangrijk zijn
- binnen de natie-staat vaak culturele homogeniteit (gelijksoortigheid) wordt verondersteld
- de identificatie op lokaal niveau soms sterker is dan op nationaal niveau
- transnationalisme wordt genegeerd
- het kijken naar nationaliteit vaak weinig zegt over de diversiteit daarbinnen, want de diversiteit wordt genegeerd -
Wat betekent de kosmopolitische blik voor mij als hulpverlener?
- aandacht voor meerdere identiteiten van mijn client en mij
- bewustwording van eigen beeldvorming en gehanteerde stereotypes. Deze ook durven los te laten
- vragen naar de andere denkbeelden, overtuigingen etc. in plaats van culturaliserend te werk gaan
- oog hebben voor structuren die effect hebben op positie, rol en ervaring van mijn client en mij -
Welke drie kritieken zijn er op het integratiebeleid en leg deze uit.
1. Zorgt het daadwerkelijk voor integratie of leidt het onbedoeld tot uitsluiting?
Het integratiedebat heeft tot een viertal ongewenste effecten geleid, namelijk:
- een versterking van de wij/wij-deling
- men problematiseerde voortdurend het niet geïntegreerd zijn van nieuwkomers en migranten en versterkt zo stigmatisatie.
- het debat vertrok vanuit een westerse superioriteit
- dit alles leidde tot een klimaat van wantrouwen
2. Is integratie nog bruikbaar in deze fase van superdiversiteit?
3. Hoe houdbaar is integratie in een wereld van groeiende transnationaliteit en transmigratie?
Is er niet een te sterke focus op een homogeen beeld van cultuur en natie.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden