Samenvatting: Taal-Eigen Vaardigheid

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 61 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Taal-Eigen vaardigheid

  • 1 Redenkundig ontleden (1)

    Dit is een preview. Er zijn 19 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is de bijvoeglijke bepaling

    Bvb voegen iets bij een znw en bepalen het znw nader. Het verschil met andere zinsdelen is dat zij altijd deel uitmaken van een ander zinsdeel.
    Een bvb kan onderdeel uitmaken van he ow, het lv, het mv , het vv  of het nw deel van het gezegde.

    VB: De oude man met het grijze haar eet een lekkere appel.  

    Om de bvb te vinden zoek je alle znw en bestudeert welke informatie daarover wordt gedeeld.
  • Wat is de beste volgorde om een zin te ontleden.

    • Zinsdelen
    • pv
    • ow
    • (nw en ww) gez
    • lv
    • mv
    • vv
    • bwb
    • bvb
  • 1.2 Zinnen en zinsdelen

    Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe vind je de persoonsvorm (pv)?

    De zin in de vragende vorm zetten:  pv komt voorop in de zin.
    De zin in een andere tijd te zetten: dan verandert de pv van tijd.
    Het onderwerp(ow) van getal veranderen: de pv verandert mee met het andere getal van het ow
  • Hoe vind je het onderwerp (ow)?

    1. Zoek de pv en zet er wie voor: antwoord is ow
    2. Zoek de pv, verander hem van getal, het woord dat niet meer klopt is ow
  • Wat is het werkwoordelijk gezegde (wwg)?

    Een gezegde dat uitsluitend bestaat uit werkwoorden
  • Wat zijn de 2 kanttekeningen die bij het wwg worden gemaakt?

    - woorden die bij het ww horen (te, me, zich) horen bij het wwg
    -ww die in de zin een andere functie hebben, horen niet bij het wwg (bijv zelfstandig naamwoord)
  • Wat is een kenmerk van een voorzetsel?

    Dat het een relatie uitdrukt met het woord dat erachter staat; voorzetsels kunnen we ook plaatsen achter het woord waar ze bijhoren.
  • Wat is een bijwoordelijke bepaling (bwb)?

    Zegt iets over de handeling, het gebeuren of de toestand en geven antwoord op vragen als waar, wanneer, waarom, waarheen, hoe, etc (bijvoorbeeld op zolder, slordig, om een uur of vier)
  • Wat is een bijvoeglijke bepaling (bvb)?

    Voegt iets bij een zelfstandig naamwoord en bepalen het zelfstandig naamwoord nader. (bijvoorbeeld oude, jongste)
  • 2 Redekundig ontleden (2)

    Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is een nominale constituent?

    Nominale=naamwoordelijke
    Bouwstenen die altijd een znw of een voornaamwoord(personen of dieren) bevatten.

    VB: de gebroken dakpannen van de schuur.
LET OP!!! Er zijn slechts 61 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart