Zinsbetekenis in relatie tot woordbetekenis, betekenis en bedoeling
8 belangrijke vragen over Zinsbetekenis in relatie tot woordbetekenis, betekenis en bedoeling
Als we zeggen dat een woord iets betekent en dat een zin iets betekent, hebben we het dan over eenzelfde soort betekenis of niet?
Is de betekenis van een woord primair aan die van een zin of is het andersom?
Waardoor hebben deze zinnen geen betekenis?
Colorless green ideas sleep furiously.
Man de de hond bijt.
De vlek blakt de mukken.
Man de de hond bijt. In de volgorde van het Nederlands klopt dit niet. Woorden moeten in een volgorde staan die tot betekenis kan leiden.
De vlek blakt de mukken. Er ontstaat een probleem met de woordbetekenis.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wanneer ontstaat betekenis? Gebruik in je antwoord de begrippen woordbetekenis en zinsbetekenis.
In een zin zit altijd een illocutie.
In samenhang met elkaar kunnen woorden een nieuwe betekenis krijgen. De betekenis van de zin ligt niet vast.
Als je iets zegt, dan vormen de woorden het feitelijke niveau van wat je zegt, het conceptuele niveau zit gevangen in de zinsbetekenis. (Is het een vraag? Is het een bevel? Is het ..?)
Van welke drie zaken is zinsbetekenis afhankelijk?
Er staat een klok in de gang
Er staat een paard in de gang
2. Woordvolgorde (compositionaliteit) De woordvolgorde bepaalt dus ook de betekenis van de zin.
Suske verleidt Wiske
Wiske verleidt Suske
3. Intentie/illocutionaire handeling van de spreker
'Het is koud hier': verschillende illocuties mogelijk.
Wat houdt het begrip (conversationele) implicatuur in?
Als de zinsbetekenis en sprekersintentie te ver uiteen liggen of er context ontbreekt ontstaan er conversationele implicaturen. Geef de twee oorzaken van deze conversationele implicaturen.
1. De ontelbaarheid (onderdeterminering) van de illocutionaire kracht. Zinsbetekenis is niet in staat de illocutie duidelijk te maken.
Er zijn meerdere illocuties mogelijk. Het gevolg hiervan is een grote afstand tussen propositie en illocutie en dus onvermijdelijk conversationele implicaturen.
2. Onderdeterminering van de propositionele betekenis.
De uiting 'Inderdaad, dat is zo' kan een schier oneindig aantal propositionele inhouden tot uitdrukking brengen. Er is dus veel context nodig om de intentie te verduidelijken. Ook hier krijgen we te maken met onvermijdelijk conversationele implicaturen.
Wat is er bij de uitspraak 'Kennst du das Land, wo die Zitronen blühen' aan de hand (situatie soldaat).
De zinsbetekenis zit de sprekersintentie ernstig in de weg.
De uitgesproken zin heeft ook al een andere, conventionele betekenis.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden