Samenvatting: Taalkunde Voor De Tweede Fase Van Het Vwo | Hulshof

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Taalkunde voor de tweede fase van het vwo | Hulshof

• 1 Taal en communicatie

  Dit is een preview. Er zijn 37 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Waarom is het signaalgedrag van dieren in eerste instantie vaak niet communicatief?

  In eerste instantie zijn de signalen van dieren vaak gericht op het voortbestaan en de voortplanting van het dier zelf en niet gericht op het andere dier.Wanneer de signalen succesvol zijn en geritualiseerd worden in het nageslacht krijgt het een communicatief doel voor andere dieren.

• waarom duiden we de gewone menselijke communicatie niet aan het als het uitwisselen van signalen?

  Wij maken gebruik van woorden en woordgroepen om elkaar een boodschap over te brengen, wat ons onderscheidt van de dieren.

• Noem de belangrijke verschillen tussen menselijke communicatie en dierlijke communicatie

  - Menselijke taal is productief: Signalen hebben in hun geheel 1 functie en staan los van elkaar. Woorden kun je op veel verschillende manieren gebruiken en samenstellen om verschillende boodschappen mee te creëren. 

  - Bij menselijke communicatie is er sprake van culturele transmissie: mensentaal wordt overgedragen door leren, dierentaal wordt overgedragen door genen.
  - Bij menselijke communicatie is verplaatsing mogelijk: het kunnen communiceren over dingen die niet van het hier en nu zijn

  - Mensen hebben vaker emotionele lading in hun taalgebruik.

• Geef een voorbeeld van productiviteit in de Nederlandse taal.  

  Je kunt verschillende soorten taarten bakken. Het woord taart is een verzamelnaam waar je steeds nieuwe samenstellingen van kunt maken wanneer je nieuwe soorten taarten bakt: appeltaart, perentaart, ijstaart etc. 

• Wat is een typisch voorbeeld van culturele transmissie bij mensen?

  Het onderwijssysteem: kinderen gaan naar school waar ze niet alleen taal, maar ook een heleboel andere dingen leren die eerst door mensen ontdekt zijn.

• Mensenapen leren hun kinderen misschien niet de geleerde gebarentaal, maar ze leren hun kinderen wel andere trucs. Is dat ook culturele transmissie?

  Het kan wanneer het gaat om specifieke handelingen die de apen niet uit zichzelf vertonen. Er zijn ook verschillen in de manier waarop apen de specifieke handelingen uitvoeren: iedereen doet het op zijn eigen manier en geeft die maniertjes door aan het nageslacht.

• Leg uit hoe culturele transmissie talige verschillen tussen mensen, zoals dialecten, mogelijk maakt.

  Als je met een taal geboren zou worden, zou iedereen die taal hetzelfde spreken. Leer je je taal in interactie met je omgeving, dan leer je dus ook de taal van je omgeving en dat kan voor verschillen zorgen tussen mensen uit verschillende gebieden.

• Waarom is het voor je taalvermogen van belang te kunnen inschatten wat anderen weten en niet weten?  

  Als je niet weet wat een ander weet weet je ook niet welke informatie je met de ander moet delen om ervoor te zorgen dat de boodschap overkomt. 

• Wat is ' gearticuleerd' en ' dubbel gearticuleerd'  ?

  Gearticuleerd is een boodschap waarin onderdelen met een specifieke waarde te herkennen zijn. Dubbel gearticuleerd zijn boodschappen die zijn opgebouwd uit betekenisvolle kleinere eenheden, die zelf weer zijn opgebouwd uit betekenisloze kleinere eenheden.

• Waarom worden belgische tv programma's in Nederland ondertiteld?

  Omdat er toch grote verschillen zijn (of ervaren worden) tussen de spreektaal van Belgen en Nederlanders. Ook is het tegenwoordig minder gewoon om iemand met een accent te horen.