Samenvatting: Talent. | 9789034551139 | Clary Ravesloot, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Talent. | 9789034551139 | Clary Ravesloot ... [et al. ; foto's: 10minutenbewegen.nl ... et al. ; ill.: Stang Gubbels].
-
1 Spelling
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer gebruik je géén hoofdletters?
Bij;
- windrichtingen
- namen van dagen, maanden en seizoenen
- namen van munten
- eigennamen die soortnamen zijn geworden (cognac)
- ambten en functies (burgemeester)
-
Wanneer schrijf je aaneen?
- Bij samenstellingen
- Bij voorzetsels (erin, eropuit, erdoorheen)
- Getallen, maar na het woord duizend volgt een spatie
-
Wat zijn voorbeelden van woorden die eigenlijk een tussen -n moeten hebben?
Koninginnedag, maneschijn en zonneschijn
-
Als het eerste deel een versterkende betekenis heeft bij het 2e deel en als het hele woord een bijvoeglijk naamwoord is, moet je dan een tussen -n schrijven?
Nee dan moet je geen tussen -n schrijven.
-
Wanneer schrijf je een tussen -s?
Je schrijft een tussen -s als je ook daadwerkelijk hoort dat je een s nodig hebt zoals; stationshal.
-
Wat houdt een samenstelling met koppelteken in?
Als beide delen gelijkwaardig zijn, zoals minister-president en chef-kok, schrijf je een koppelteken. Ook bij samenstellingen met letters, cijfers of tekens gebruik je een koppelteken zoals e-mail.
-
Wat houdt een woord + naam in? (met koppelteken natuurlijk)
Als een samenstelling op een naam eindigt schrijf je een koppelteken. Voorbeeld; kabinet-Balkenende.
-
Wat houdt 'koppelteken met voorvoegsels' in?
Achter woorden die beginnen met niet, oud, non, adjunct en Sint staat een koppelteken.
-
Wat houdt 'afleidingen van aardrijkskundige namen' in?
Bijvoorbeeld bij Noord-Holland schrijf je Noord-Hollander ook precies hetzelfde.
-
1.1 Werkwoordsvervoeging
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Medeklinker in het kofschip, een D of een T?
EEN T
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden