Hartklepafwijkingen
22 belangrijke vragen over Hartklepafwijkingen
Wat is het verschil tussen laagfrequent en hoogfrequent geruis?
- laagfrequent = lager drukverschil, zoals bij aortaklepstenose tussen linkerventrikel en aorta
- hoogfrequent = hoger drukverschil, zoals bij mitralisklepstenose (dus hogere druk gradient).
Wat kan je bij lichamelijk onderzoek vinden bij iemand met aortaklepstenose?
- kortademigheid, bleekheid, duizeligheid door laag SV
- AP door relatieve coronairinsufficientie (door hypertrofie hebben meer cellen O2 nodig)
- linksfalen: moeheid, dyspnoe d'effort, orthopneu, longstuwing.
- hartkloppingen (atriaal/ventriculair)
- embolien door trombi op aortaklep
- rechtsfalen: door pulmonale hypertensie -> RV moet hogere druk genereren -> dilatatie -> oedemen aan onderbenen, hepatomegalie, ascites, verhoogd CVD
- systolische 'thrill' parasternaal, suprasternaal door turbulentie van bloed bij aortaklepvernauwing = fremissement of shudder
- heffende ictus door LVH
- syncope
- pulsus parcus en tardus
- eerst ejectieklik en daarna zachtere S2 (harder hoorbaar bij verlkalkte klep)
Benoem de klassificatie van de luidheid van de geruisen?
- niet te horen door coassistenten
- lage intensiteit, wel hoorbaar
- gemiddeld, makkelijk te horen, zonder palpabele thrill
- gemiddelde intensiteit met palpabele thrill
- luide intensiteit met palpabele thrill, hoorbaar zelfs aan de rand van diafragma
- luidste intensiteit met palpabele thrill, hoorbaar met stethoscoop in de lucht.
dus als er een thrill is, dan is het echt een graad 4.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat voor afwijkingen vindt je op X-thorax bij aortaklepstenose?
- evt dilatatie LV
- tekenen van longstuwing
- verkalkte aortaklep
- post-stenotische dilatatie aorta ascendens
Wat voor afwijkingen vindt je op ECG bij aortaklepstenose?
- tekenen van LVH (negatieve T-toppen en piekende QRS complexen)
- linker-as
- 'strain-patroon' in laterale afleidingen als teken van overbelasting
- ritme- en geleidingsstoornissen (LBTB, AV-blok)
- atriumfibrilleren
Wat voor afwijkingen vindt je op ene echo bij aortaklepstenose?
- LVH
- stenose-ernst
- functie van RV en LV afgenomen
- hogere stroomsnelheid bloed
- dilatatie aorta ascendens (maar eerst hypertrofie)
Wat gebeurt er bij een inspannings-ECG bij een aortaklepstenose?
Wat zijn de typische alarmsymptomen van iemand met een aortaklepstenose?
- AP, doordat als gevolg van LVH er ischemie is
- syncope: door verminderde CO hyperperfusie van de hersenen
- hartfalen: door dilatatie LV. eerst diastolisch hartfalen, later ook systolisch (doordat hart door hypertrofie minder goed kan samenknijpen)
prognose: hartfalen 1, syncope 2, AP 3 jaar
Wanneer is een behandeling noodzakelijk bij een aortaklepstenose?
medicijnen als ACEremmers kunnen een gevaarlijk effect hebben, omdat de bloeddruk dusdanig verlaagd kan worden, dat de weefselpersusie afneemt en de ventrikel bij de stenose toch al amper SV toe kan laten nemen.
je kan wel diuretica geven of digoxine.
Waarom kan je op 23-jarige leeftijd geen klepplastiek meer doen?
Waarom komen er bij aortaklepinsufficientie minder angineuze klachten voor dan bij stenose/
Als je een klepruis hoort bij aortaklepinsufficientie: wil je dan liever dat deze kort of lang is? en bij een stenose?
bij een stenose met kort geruis: LV is dusdanig gefaald dat er niet voldoende druk kan worden opgebouwd, dus geruis duurt dan maar kort
Wat kan je bij een aortaklepinsufficientie zien op ECG?
- LVH (dus hoge QRS, linker-asdeviatie door toegenomen massa LV, negatieve T-golven)
- linkerboezemdilatatie bij hartfalen
Wat kan je bij rontgen zien bij aortaklepinsufficientie?
- vergrote hartfiguur (vooral LV)
- verwijde aorta ascendens (door groot SV)
- soms kalk
Wat kan je bij echo zien bij aortaklepinsufficientie?
- afmetingen en functie hartholten (LV vergroot)
- ernst (met doppler) en hemodynamische gevolgen
Wat kan je bij CT zien bij aortaklepinsufficientie?
- anatomie van de klep
- afmeting aorta
- aanwezigheid bijkomend coronairlijden
Wanneer moet je behandelen bij iemand met aortaklepinsufficientie en wat doe je?
- arteriele vaatverwijders (afterload verlagers) -> dihydropyridine Ca antagonisten of ACE-remmers (niet bij lage BP!)
- hartfalen medicatie
- profylaxe endocarditis
- dobutamine: verhoging HF
opereren indien de eindsystolische diameter LV >55 mm is en/of einddiastolische diameter >70 mm is.
of wanneer EF <50% is.
Wat zijn typische endocarditis verschijnselen?
- Osler's noduli: bruine rondjes op handen en voeten die erg pijn doen = neerslag van immuuncomplexen in vaten met kleinste diameter
- Janeway laesie: iets grotere petechiae en iets minder fel
- Roth's pot: septische retina embolus
verder: koorts, gewrichtspijn, gewichtsverlies, souffles doordat de vegetaties voor insufficientie zorgen, longcrepitatie, geleidingsstoornissen, malaise, neurologische problemen, hematurie, hartfalen, splenomegalie, cerebrale aandoening door trombi
Waarom kan je een LBTB of AV-block krijgen van endocarditis?
Bij welke mensen is endocarditis-profylaxe geindiceerd?
- eerder doorgemaakte endocarditis
- hartklepprothese
- bepaalde aangeboren hartafwijkingen
bij ingreep aan gebit moet je andere profylaxe geven dan bij ingreep aan geinfecteerde teen, omdat het om andere bacterien gaat.
- flucoxacilline tegen S. aureus
mensen die geen endocarditis profylaxe nodig hebben:
- mensen met klepafwijkingen zonder hartklepprothese
- mensen met CABG
Verklaar waarom de LV EF geen goede maat is voor de LV functie bij een pt met een belangrijke mitralisklepinsufficientie, terwijl de LV functie bij een pt met een aortaklepstenose wel redelijk goed met bepaling van de EF kan worden ingeschat
bij een mitralisklepinsufficientie zal de hypertrofie en dilatatie van LV pas veel later optreden.
EF = aan de hand van volumes en knijpkracht van LV. bij een mitralisklepinsufficientie gaat je EF pas bij een hele ernstige vorm achteruit, maar blijft eigk gelijk. bij een aortaklepstenose gaat de EF wel veel eerder achteruit en is daarom wel een goede maat voor de functie van LV
Welke medicijnen geef je wel bij een aortaklepinsufficientie en niet bij aortaklepstenose?
voor een lagere bloeddruk kan je bij aortaklepstenose wel diuretica geven om de overvulling tegen te gaan.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden