Samenvatting: Termen Toets Pathologie 2
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Termen toets pathologie 2
-
1 Obesitas & voedingsproblemen
Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer en hoe wordt Ghreline aangemaakt?
Ghreline wordt aangemaakt door cellen bij een lege maag.
Aanmaak neemt af bij hoge bloedsuikers. -
Waar ligt het hongercentrum en wat doet het?
Het hongercentrum bevindt zich in de hypothalamus. De hypothalamus geeft hormonen (ghreline/leptine) af om honger te controleren. -
Waar krijgt je Vitamine D door en wat doet het? Wat zijn de effecten bij tekort aan Vitamine D en wat zijn de effecten bij teveel aan Vitamine D?
Vitamine D krijg je door zonlicht. Het zorgt voor botgroei.
Tekort: Rachitis --> botten worden zwakker en buigzamer
Teveel: calciumafzetting in weefsels -
Waar krijgt je Vitamine B1 door en wat doet het? Wat zijn de effecten bij tekort aan Vitamine B1 en wat zijn de effecten bij teveel aan Vitamine B1?
Vitamine B1 zit in melk, vlees en brood. Het zorgt voor stofwisseling van koolhydraten en voor een normale werking van zenuwen en het hart.
Tekort: Beriberi --> aantasting hart/vaatstelsel, met neurologische symptomen
M. Korsakov --> geheugenverlies
Teveel: lage bloeddruk -
Waar krijgt je Vitamine C door en wat doet het? Wat zijn de effecten bij tekort aan Vitamine C en wat zijn de effecten bij teveel aan Vitamine C?
Vitamine C komt uit citrusvruchten. Het zorgt voor de vorming van bot en van het bindweefsel. Tevens helpt het bij genezing van (brand)wonden.
Tekort: Scheurbuik
Teveel: Nierstenen -
Wanneer spreek je van een normale, vergrote en ernstig vergrote buikomvang?
Zie afbeelding voor schema. -
2 Diabetes & andere endocriene aandoeningen
Dit is een preview. Er zijn 18 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de kenmerken van diabetes type 1?
- Insuline afhankelijk; > 90% van insuline-producerende cellen van alvleesklier zijn vernietigd
- Jeugddiabetes
- Ongeveer 10% van mensen met diabetes hebben type 1
- Behandeling start met insuline toediening
-
Wat zijn de kenmerken van diabetes type 2?
- Niet insuline afhankelijk; alvleesklier maakt wel insuline aan maar tekort of cellen nemen minder goed op
- Ouderdomsdiabetes
- Symptomen kunnen jarenlang onopgemerkt aanwezig zijn
- Behandeling start met leefstijladviezen en dieet. Daarna pas orale medicatie.
-
Wat zijn kenmerken van een hyper?
- veel plassen (polyurie)
- veel drinken (polydipsie)
- vermoeidheid
- humeurig
- misselijk
- naar gevoel
-
Wat is diabetische ketoacidose?
Diabetische ketoacidose kan zich voordoen bij diabetes type 1.
Bij tekort aan insuline zijn cellen niet in staat glucose uit bloed te halen. Om toch energie te verkrijgen, begint lichaam vet af te breken en te verbranden. Bij verbranding komen ketonen vrij. Ketonen leveren energie maar maken ook het bloed zuur; ketoacidose.
Symptomen: overmatige dorst en urineren, gewichtsverlies, misselijkheid, braken, vermoeidheid. Dit kan overgaan in Kussmaul ademhaling (snelle en diepe ademhaling; lichaam tracht zuurgraad van bloed te corrigeren). De adem ruikt naar aceton door vrijkomende ketonen.
Zonder behandeling kan ketoacidose verergeren en leiden tot coma en overlijden.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden