Startpagina / Samenvattingen / Testtheorie / theorie-validering-testgedrag

Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit - Begripsvalidering

9 belangrijke vragen over Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit - Begripsvalidering

1. Leg uit waarom betekenisanalyse en begripsvaliditeit met elkaar te maken hebben?

Eerst proces van B-analyse >> eerste fase is creatief - verklaring is hypothetisch.
Voorspelling moet ondubbelzinnig te onderzoeken zijn >> uitslag onderzoek naar relatie tussen test en criterium is niet open voor discussie = begripsval

Proces van begripsval (de concrete voorspelling) leidt dit tot versterking of verzwakking van theorie. Maar je kan niet bewijzen of test al of niet een bepaalde theoretische betekenis heeft.
Zowel verwerpen als accepteren van hypo's is v belang >> het geeft allebei informatie!
Als er gekozen is voor trek of nomologisch netwerk als mogelijke verklaring vh testgedrag dan >>>> begripsvalidering.

Welk onderscheid kan er gemaakt worden in begripsvaliditeit?

- Trekvalidering (in hoeverre kan testgedrag verklaard worden m.b.v. een persoonlijkheidstrek/geschiktheid? Gaat hier niet perse om een theorie)
- Nomologische validering (WEL theorie!: het testgedrag wordt verklaard uit een psychologische theorie: en dus in meer algemene psychologische termen kan worden begrepen)

Wanneer is de vraag naar de begripsvaliditeit van belang?

Wanneer het criteriumgedrag is gekozen en de criteriummaat is vastgesteld. De predictieve validatie als empirisch proces komt dus altijd na het besluit om een bepaalde criteriumprestatie te nemen als concretisering van een conceptueel criterium.

Wanneer start de fase van begripsvalidering?

Wanneer een trek (-validering) of nomologisch netwerk (validering)gekozen is als een potentiele verklaring van het testgedrag.

Waarom noemen de schrijvers het verschil tussen trekvaliditeit en nomologische validiteit eerder gradueel dan principieel?

Vaak ontbreekt een door onderzoek ondersteunde theorie over een eigenschap
Men stelt dan achteraf vast, nadat de gegevens zijn verzameld en geanalyseerd dat de test bijvoorbeeld de neiging tot agressie meet (testconstructie meer exploratief karakter)
Men maakt hierbij wel gebruik van eerder empirisch onderzoek, ook al is het gehele nomologisch netwerk nog niet onderzocht

Welke 2 soorten voorspellingen (fase van begripsvalidering) zijn er?

1. confirmerende validering (voorspelling)=dienen om de oorspronkelijke hypothese te bevestigen.
2. discriminante validering (voorspelling)=dienen om alternatieve hypothesen te verwerpen.

4. Wat is nomologische validering?

= in hoeverre kan testgedrag verklaard worden door psychologische theorie?

Tests vooral gevalideerd in termen van trekval.

Hoe is de relatie tussen testen en theorievorming in psychologie?

Testen leveren meetgegevens op, waarmee hypothesen over relaties tussen begrippen worden onderzocht ->
Op deze wijze kan een test een centrale rol spelen in de ontwikkeling van een nomologisch netwerk
Voobeeld: Via Stanford-Binet veel onderzoeksgegevens opgeleverd -> sterke bijdrage aan wat men onder intelligentie verstaat.

Op welke 2 manieren kan begripsvalidering plaatsvinden?

d.m.v. correlationeel onderzoek: obv theorie hypothesen formuleren die worden geconcretiseerd tot voorspellingen. Als ze uitkomen bevestigen ze de theoretische verwachting wat de test meet.
d.m.v. experimenteel onderzoek: bijv. om te toetsen of een test aandacht en concentratie meet, dan worden groepen gevormd obv testprestaties. Deze groepen krijgen een opdracht die aandacht en concentratie vereist. Indien geen verschillen tussen groepen -> test meet geen aandacht en concentratie

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Testtheorie | 9789031347476 | P J D Drenth, et al

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit - Begripsvalidering

Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit

Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit - Begripsvalidering

9 belangrijke vragen over Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit - Begripsvalidering

1. Leg uit waarom betekenisanalyse en begripsvaliditeit met elkaar te maken hebben?

Welk onderscheid kan er gemaakt worden in begripsvaliditeit?

Wanneer is de vraag naar de begripsvaliditeit van belang?

Wanneer start de fase van begripsvalidering?

Waarom noemen de schrijvers het verschil tussen trekvaliditeit en nomologische validiteit eerder gradueel dan principieel?

Welke 2 soorten voorspellingen (fase van begripsvalidering) zijn er?

4. Wat is nomologische validering?

Hoe is de relatie tussen testen en theorievorming in psychologie?

Op welke 2 manieren kan begripsvalidering plaatsvinden?

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit - Begripsvalidering

Validiteit en betekenis - Betekenis en begripsvaliditeit

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Historische ontwikkeling van het testen - Periode tot het verschijnen van de Binet-Simon test

Testtheorie

Evolutionary psychology : an introduction

Exploring humans an introduction to the phil…

Pia Pia Método di Papiamentu

Psychologische gespreksvoering : een basis v…

A history of europe in the twentieth century

De psychologie van arbeid en gezondheid

Onderzoekspracticum kwantitatieve data-analy…

Klinische psychologie : diagnostiek en thera…

Thema's en genres in de muziekgeschiedenis :…

Arbeid in verandering

Psychologische diagnostiek in de gezondheids…