Betrouwbaarheid - Speciale Onderwerpen - Betrouwbaarheid en spreiding van scores

9 belangrijke vragen over Betrouwbaarheid - Speciale Onderwerpen - Betrouwbaarheid en spreiding van scores

Geven betrouwbaarheids- en validiteitscoefficienten van een test, geconstrueerd voor meting binnen populatie A, ook een adequate kwaliteitsindicatie van de test voor meting binnen polulatie B?

Nee:
  1. In een andere populatie gelden andere betrouwbaarheids- en validiteitscoefficienten.
  2. Dit heeft te maken dat de variantie van de betrouwbare scores zal varieren in verschillende polulaties (bijv rekentoets meet wel nauwkeurig rekenvaardigheden voor 12-jarigen maar is te moeilijk voor 10-jarigen).

Welk verband bestaat er tussen de betrouwbaarheid en de spreiding van betrouwbare scores en meetfouten?

Er bestaat een sterk positief verband tussen de variantie van de betrouwbare score en de betrouwbaarheid. Indien bij vaste meetfoutenvariantie de variantie van T toeneemt, doet de betrouwbaarheid dit ook.

Welke uitspraak kan worden gedaan over de meetfout en de betrouwbare scores van twee populaties ten opzichte van een enkele populatie?

De variantie van de meetfout van twee populaties zal ongeveer gelijk zijn aan de meetfout van een enkele populatie, terwijl de variantie van de betrouwbare scores wel sterk zal variëren (aangezien dit een groepskenmerk is).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat kunnen we concluderen over betrouwbaarheid en spreiding van scores? 6.4.5

Betrouwbaarheid en validiteit, die voor een specifieke test zijn vastgesteld binnen een specifieke populatie. Geven alleen voor een meting binnen die populatie een geldige aanwijzing van kwaliteit.

Er bestaat een sterk positief verband tussen de variantie van T en betrouwbaarheid rxx'

Meetfoutenvariantie, gemiddelde van gekwadrateerde standaardmeetfouten, zal weinig variëren binnen diverse populaties.

De variantie van de betrouwbare score zal wel sterk variëren, want dit is een groepskenmerk.

Waarom moet men een test alleen toepassen voor de populatie waarvoor hij is ontwikkeld? En welke kanttekening moet hierbij worden gemaakt?

Omdat per populatie de variantie van de betrouwbare scores (de S in het kwadraat (T)) sterk zal variëren. Dat is namelijk een groepskenmerk.

De kanttekening hierbij is dat bij de bovenstaande redenering er van wordt uitgegaan van een constante of in ieder geval een weinig variërende meetfoutvariantie is. Dit gaat niet op voor personen die veel gokken op een kennistest met meerkeuze items. Dan wordt de variantie aanzienlijk groter. Dit kan bij voorbeeld spelen als voor iemand een rekentoets te moeilijk is.

Welke conclusie kan je trekken over de betrouwbaarheid van het verschil wanneer wanneer zowel de betrouwbaarheid van testscore 1 als 2 laag is?

Als de betrouwbaarheid van X1 en X2 laag is, houdt dit in dat er vooral een meetfout wordt gemeten. Wanneer je vervolgens het verschil van deze testscores gaat berekenen ben je voornamelijk meetfouten van elkaar af aan het trekken. Het verschil bestaat dan vooral uit een meetfout (het is niet zo dat wanneer je meetfouten van elkaar aftrekt deze verdwijnen)

Is het een bekend gegeven dat rxx' vaak afneemt bij een afnemende variantie van de betrouwbare score en daarmee testscore ook afnemende variantie heeft?

Ja
een test bedoeld voor populatie 11 en 12 jarigen krijgt een lagere rxx' in de afzonderlijke deelpopulaties dan in de gezamenlijke populatie >> test alleen toepassen in test waarvoor hij is ontwikkeld.

Wat is een kanttekening bij de betrouwbaarheid en spreiding van scores?

Dat meetfoutenvariantie wel degelijk kan variëren, omdat de ene persoon bijvoorbeeld meer gokt dan de ander. Desondanks gaat het verband over het algemeen wel op.

Welke conclusie kan je trekken over de betrouwbaarheid van het verschil wanneer er veel covariantie bestaat tussen X1 en X2?

De betrouwbaarheid van verschilscores is ook gering als de samenhang (covariantie) van X1en X2 sterk is. Een hoge covariantie betekent dat hun betrouwbare scores veel op elkaar lijken. Als beide scores dan van elkaar worden afgetrokken, worden ook die veel op elkaar lijkende betrouwbare scores van elkaar afgetrokken, met als gevolg dat D wederom vooral uit meetfouten bestaat

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo