Samenvatting: The Public Administration Theory Primer | 9780813345765 | H George Frederickson

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van The public administration theory primer | 9780813345765 | H. George Frederickson ... [et al.].

• 1 Introduction: the possibilities of theory

• Welke drie dingen moet een theorie kunnen?

  Beschrijven, verklaren en voorspellen.

• Welke dingen kunnen toegevoegd worden aan het doel van een theorie (naar beschrijven...)?

  Evalueren en verbeteren

• 3 Theories of bureaucratic politics

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is het doel van theorieën over 'bureaucratic politics'

  Verklaren van  de politieke invloed die bestuurders en besturen uitoefenen, in tegenstelling tot hun basale taak: het dienen van de politiek, onbetwist en volledig.

• 3.1 Introduction: what are theories of bureaucratic politics?

  Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat hebben deze theoretici tegen de dichotomie?

  Ze vinden dat political control een prijs betaald door het negeren van de centrale rol van de bureaucratie in de machtsstructuur van beleidssector.

• Waarom is een theorie over bureaucratic control gerechtvaardigd?

  De bureaucratie en bureaucraten zijn vaak bezig met politiek gedrag: ze verdelen vaak waarden en bepalen wie wat krijgt.

• Wat was de stelling van Gaus?

  Als een bureaucratie de wil van de staat helpt te bepalen, dan is het een politieke institutie. De bestuurskunde heeft dit lang genegeerd.

• Wat is het centrale thema van bureaucratic politics?

  Politieke macht

• 3.2 Administrative theory as political theory

  Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Welke 2 punten van kritiek had Waldo op de dichotomie?

  Hij geloofde niet dat efficientie en democratie compatibel zijn; hij geloofde dat de bestuurskunde gedreven is door een politieke filosofie.

• Welke paradox bestaat er tussen bestuurskunde en democratie?

  Het te bestuderen object van bestuurskunde is efficiëntie en ze staat aan het hart van de democratie; maar democratie is niet efficient.

• Welke kritiek heeft Waldo op Simon, t.a.v. de dichotomie?

  Waldo vindt dat Simon het probleem van de paradox verplaatst door het aanhouden van een dichotomie.