Acting brain - Acting on objects
28 belangrijke vragen over Acting brain - Acting on objects
Ungerleider en Mishkin beschreven twee routes voor visuele verwerking. Welke routes zijn dit?
Welke aanpassing maakte Goodale en Milner in de beschrijving van deze routes?
1. De ventrale route van occipitaal naar temporaal ofwel de ''wat'' route.
2. De dorsale route van occipitaal naar pariëtaal ofwel de ''waar'' route.
Goodale en Milner beschreven de routes als ''wat'' en ''hoe'' omdat zij meer nadruk legde op output (identificatie) dan op input (identiteit versus locatie). Zij stelde dat wij niet reiken naar locaties maar naar objecten. De term sensomotorisch dekt zowel ''hoe'' als ''waar''.
Wat is een mogelijke consequentie van schade aan de ventrale route in de hersenen?
Waar legden Ungerleider en Mishkin vooral de nadruk op?
- Op outputvereisten (identificatie VS actie) dan op inputvereisten (identiteit VS locatie).
- Zij stelden dat wij niet reiken naar locaties in de ruimte, maar naar objecten.
- De term sensomotorisch dekt zowel het hoe als het waar van de dorsale stroom.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Noem een voorbeeld van disfuncie in het ventrale pad en in het dorsale pad.
Dorsaal: Optische ataxie.
Wat is een mogelijke consequentie van schade aan de dorsale route in de hersenen?
Afwijkingen tussen visuele perceptie en het zicht om te kunnen handelen vindt ook plaats bij de gewone bevolking, zoals blijkt uit sommige illusies.
Wat gebeurt er bij schade aan de dorsale route (de waar route)?
- Brievenbus met sleuf die gedraaid kon worden
- Toen de patiënt werd gevraagd om een brief te posten kon ze naar de gleuf reiken en haar hand op de juiste manier oriënteren.
- Complexere T-vormige gleuf, was ze nog steeds redelijk nauwkeurig, maar maakte ze al enkele fouten, die meestal op 90 graden waren
- Dit suggereert dat haar actie wordt aangedreven door de oriëntatie van een enkele rand. Dus de dorsale route kan verschillende randen niet adequaat integreren in hele objecten.
Wat is Optic ataxia?
Men kan wel het kopje op tafel zien staan en het herkennen als kopje, maar kan het niet grijpen, omdraaien, (ontwijken etc).
Verschillende soorten van informatie moeten gelinkt worden om sensorimotorische transformatie mogelijk te maken. Op welke 3 manieren worden deze door neuronen gecodeerd?
1. Neuronen die specifieke soorten handelingen coderen.
2. Neuronen die actierelevante eigenschappen van objecten coderen.
3. Neuronen die informatie van verschillende zintuigen coderen.
Wat is optische ataxie?
- Onvermogen om zicht te gebruiken om handelingen nauwkeurig uit te voeren, zonder fundamentele tekorten in onderscheidingsvermogen of beweging. Ontstaat door schade aan de occipitopariëtale overgang. Deze mensen kunnen niet nauwkeurig naar objecten reiken onder visuele visuele begeleiding.
- Bijv. Wanneer u handelt in de richting van de sleuf kunnen uw handen verkeerd zijn gericht of de sleuf helemaal missen.
- De tekorten waren soms beperkt tot een bepaalde hand (hand aan de andere kant van de laesie)
Noem 3 manieren waarop neuronen informatie coderen.
- Neuronen die specifieke typen van acties coderen. Bijvoorbeeld: een neuron die reageert op de "kom-hier" vinger beweging hoeft niet te vuren bij bijvoorbeeld krabben.
- Neuronen die actie-relevante eigenschappen van objecten coderen. Neuronen in een bepaald gebied van de parietele lob genaamd de anterior intraparietal area (AIP) reageren selectief op bepaalde vormen (cilinder, vierkant etc) grootte
- Neuronen die sensorische informatie coderen over verschillende modaliteiten.
Wat is een mogelijk gevolg van schade aan de linker pariëtaalkwab?
Waar kunnen actietekorten afhankelijk van zijn?
- Patiënt met beschadiging aan dorsale stroom afwijking naar rechts als gevraagd wordt naar het midden te wijzen
- Staaf tussen duim en wijsvinger te pakken kunnen ze dit in het midden van de staaf.
In dit geval kan het grijpen leiden tot een efficiëntere verwerking van de objectcoördinaten dan het bereiken.
Noem een aantal evolutionaire ontwikkelingen die hebben bijgedragen aan de vaardigheid om gereedschappen te gebruiken.
De ontwikkeling van de handen zelf, de duim is langer geworden waardoor je betere grip en precisie kan uitoefenen.
Als laatste is er de overeenkomstige ontwikkeling van het brein aangaande de hoeveelheid ruimte er moest komen om de handen te kunnen vertegenwoordigen.
Wat bedoelde Gibson met het woord affordances?
Uitgaand van affordances kunnen mensen nog steeds gereedschappen (in de brede zin) hanteren, zonder de semantische kennis nodig te hebben.
Wat verstaan we onder het woord "tool" (gereedschap)
Op welke 4 manieren worden gereedschappen (en andere objecten) vertegenwoordigd in de hersenen?
- Een opgeslagen visueel beeld van de vorm van het object dat uitgerekend is door de visuele ventrale stroom. (of inferotemporale cortex, IT, bij apen.)
- Een semantische weergave van het object wat gelinkt is aan de medial (midden) en anterior (voorste) temporale lobben.
- Een volume-weergave van het stuk gereedschap die zowel visuele en motorische componenten gerelateerd aan de -letterlijke vertaling boek, onduidelijk- "Kom hier"/inhalige/grijpbeweging. Dit kan corresponderen met de AIP zone in de parietele lobben.
- Een motorisch gebaseerd component die de conventionele gebaren opslaat die geassocieerd worden met dat stuk gereedschap.
Wat is het anterieur intrapariëtaal gebied (AIP)?
Wat is Ideomotor apraxia?
Wat zijn Affordances? (Gibson)
Zoals een lichtknop impliceert indrukken, een scherpe punt impliceert je snijden.
Hoe kunnen fantoomledematen worden verklaard?
De aard van het fantoom verschilt van patiënt tot patiënt
- Sommige melden dat ze het fantoom kunnen bewegen (cortex weet niet dat ledemaat weg is en blijft commando's sturen)
- Ledemaat onbeweeglijk en pijnlijk (kan verband houden met de vraag of het ledemaat voor amputatie verlamd was)
Welke gevolgen hebben schade aan de dorsale en ventrale route voor het handelen?
Schade aan de dorsale route: sommige patiënten met schade aan de pariëtaalkwab hebben problemen met het hanteren van objecten, hoewel ze geen problemen hebben met het herkennen ervan.
- Schade aan het occipitopariëtale knooppunt: dit kan resulteren in optische ataxie: patiënten zijn, ondanks aanwijzingen, niet in staat om accuraat naar objecten te reiken.
Op welke niveaus in de hersenen worden gereedschappen in de hersenen weergegeven?
- Visuele weergave van de vorm van het object wordt berekend door de visuele ventrale stroom
- semantische representatie van het object, gekoppeld aan de mediale en voorste temporaalkwabben
- een representatie van het volume van het gereedschap, met een visuele en een bewegingscomponent met het oog op het vastpakken
- Een bewegingscomponent die de gebruikelijke handbewegingen die bij het gereedschap horen opslaat.
Waar ligt de opslag voor het hanteren van objecten?
Op welke 3 manieren kan het model van semantische representaties aangepast worden bij het maken van bewegingen?
Door semantische kennis op te breken in afzonderlijke opslagplaatsen met een afzonderlijke, verminderde, opslag van functionele kennis
(B): een directe route van objecten naar actie
Door uit te gaan van een directe route van de structurele beschrijving van objecten naar handelingen, die geheel aan het semantisch geheugen voorbijgaat.
(C ): affordances
Een mogelijkheid is het bestaan van een mechanisme dat zintuiglijke en motorische eigenschappen van objecten koppelt, onafhankelijk van hun normale gebruik. Bij een handgreep hoort bijvoorbeeld grijpen, bij een scherpe kant snijden. Gibson noemt dit affordances.
Wat bleek uit de studie van Ramachandran over fantoomledenmaten?
Toonde aan dat sensorische (aanraking en visie) en motorische informatie sterk geïntegreerd is in de hersenen.
Wat is ideomotorische apraxie?
Sommige patiënten kunnen het gebruik van objecten gebaren ondanks een slecht begrip en naamvermogen voor die objecten. Dit kan op drie manieren worden uitgelegd:
- Gefractioneerde semantische kennis.
- Directe koppelingen tussen opgeslagen object- en actievoorstellingen.
- Vergoedingen met betrekking tot niet-willekeurige correspondenties tussen visuele kenmerken en motorische commando's.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden