Startpagina / Samenvattingen / The Student's Guide to Cognitive Neuroscience / werkgeheugen-geheugen-termijn

The rememberig brain - Short-term and working memory

Q: Wat is het verschil tussen het korte termijn geheugen (STM) en het lange termijn geheugen (LTM)?

Het korte termijn geheugen (STM) is het geheugen voor informatie die op dit moment wordt onthouden en een beperkte capaciteit heeft. Het lange termijn geheugen (LTM) verwijst naar de informatie die is opgeslagen en niet noodzakelijk benaderd of bewust toegankelijk is.

Q: Neem het model van Braddeley in je hoofd. Hoe ziet het eruit? Welke drie korte termijn systemen zitten erin? Welke drie lange termijn systemen? Hoe heet het systeem dat boven deze systemen staat?

Het bovenste systeem heet central executive , en is verantwoordelijk voor het coordineren van de slave systems De middelste drie systemen zijn korte termijn systemen (ook wel: slave systems) Visuospatial sketchpad Episodic buffer Phonological loop De onderste drie systemen zijn lange termijn systemen Visual semantics Episode LTM Language

43 belangrijke vragen over The rememberig brain - Short-term and working memory

Wat is het verschil tussen het korte termijn geheugen (STM) en het lange termijn geheugen (LTM)?

Het korte termijn geheugen (STM) is het geheugen voor informatie die op dit moment wordt onthouden en een beperkte capaciteit heeft. Het lange termijn geheugen (LTM) verwijst naar de informatie die is opgeslagen en niet noodzakelijk benaderd of bewust toegankelijk is.

Wat is het kortetermijngeheugen (STM)?

Geheugen met beperkte capaciteit, voor informatie die op dit moment onthouden wordt.

Wat is het langetermijngeheugen (LTM)?

Geheugen, met inprincipe onbeperkte capaciteit, voor informatie die opgeslagen, maar mogelijk niet bewust toegankelijk is.

Wat is het fonologische kortetermijngeheugen en waardoor wordt het beïnvloed?

Kan zonder link met het langetermijngeheugen 4 items in het geheugen houden. Wordt beïnvloed door het aantal lettergrepen, de mogelijkheid om het materiaal te herhalen en door articulatoire suppressie

Hoe groot is het geheugenbereik van mensen volgens Miller?

7-2 of 7+2. Hij zag de 7 items als brokjes info in plaats van als woorden of lettergrepen.
Anderen menen dat voor deze brokjes langetermijngeheugen nodig zou zijn en dat de werkelijke capaciteit lager ligt, op ongeveer 4.

Hoe heet het wanneer men tijdens het moeten onthouden van een rij woorden zachtjes moet tellen of een woord moet herhalen om het proces te moeilijker te maken?

Articulatory Suppression.

Wat kan van invloed zijn op het geheugenbereik?

De reikwijdte is kleiner als worden polysyllabisch zijn (bijv. Skeleton, binoculair)
of wanneer ze fonologisch vergelijkbaar zijn (map, can, cap, mat)
Geheugen wordt minder als deelnemers gevraagd wordt zacht irrelevante woorden uit te spreken bij het aanleren van een lijst, de zogenaamde articulatorische onderdrukking. Bijv. 1, 2, 3 zeggen terwijl lijst leren.

Welke twee mechanismes zijn er volgens Baddeley?

Een fonologische en een herhalingsmechanisme.
Articulatory suppression verslechterd de laatst genoemde.

Waardoor wordt de capaciteit van het visuospatiële kortetermijngeheugen beïnvloed?

Door visuele objecten/locaties in plaats van kenmerken

Neem het model van Braddeley in je hoofd. Hoe ziet het eruit? Welke drie korte termijn systemen zitten erin? Welke drie lange termijn systemen? Hoe heet het systeem dat boven deze systemen staat?

Het bovenste systeem heet central executive, en is verantwoordelijk voor het coordineren van de slave systems
De middelste drie systemen zijn korte termijn systemen (ook wel: slave systems)

Visuospatial sketchpad
Episodic buffer
Phonological loop

De onderste drie systemen zijn lange termijn systemen

Visual semantics
Episode LTM
Language

Wat is articulatorische onderdrukking?

Zacht uitspreken van woorden terwijl een andere taak (meestal een geheugentaak) wordt uitgevoerd.

Wat is een probleem met de alternatieve benadering van het geheugenmodel en hoe verklaren aanhangers van de benadering dit?

Het model kan niet direct een verklaring geven voor de capacity limitation die je wel ziet in het model van Braddeley en Hitch.

Een verklaring hiervoor is dat hoe meer onderdelen van het langetermijngeheugen geactiveerd worden, hoe meer interferentie er is: daarmee ook hoe minder accuraat het resultaat is.

Welke 2 componenten zijn er volgens Baddeley nodig voor geheugentaken?

Fonologisch geheugen
repetitiemechanisme gebaseerd op subvovale articulatie dat het geheugen opfrist (belemmerd door articulatorische onderdrukking)

Samen fonologische lus en articulatorische lus. Neurologisch gezien gaat het bij deze lus om wederzijdse activering tussen processen van spraakperceptie en spraakmechanismen.

Noem twee testen die het kortetermijngeheugen testen.

Corsi Blocks (een volgorde van oplichtende blokjes die de testpersoon dan moet herhalen)

Het presenteren van een reeks objecten en dit dan kort onderbreken en vervolgens weer presenteren. Men kan zich dan afvragen: was dit object er zonet ook al? Is de reeks in dezelfde volgorde als zonet?.

In beide gevallen neemt het geheugen af na meer dan 4 objecten.

Welk hersengebied heeft te maken met individuele verschillen in visuospatiële activiteit?

Intrapariëtaal sulcus

Wanneer een combinatie van zowel kleur als bijvoorbeeld vorm onthouden moet worden van objecten in een reeks, kunnen er dan nog steeds ongeveer 4 onthouden worden voordat het geheugen afneemt?

Ja. Ondanks dat er "meer" onthouden wordt zoals kleur en vorm kunnen er nog steeds 4 objecten onthouden worden.
Er kunnen zelfs 16 eigenschappen onthouden verdeeld over 4 objecten.
Dit laat zien dat het capaciteitslimiet gerelateerd is aan visuele objecten/locaties ipv aan visuele eigenschappen.

Wat is werkgeheugen en wat is het verschil met het kortetermijngeheugen?

Het werkgeheugen is een systeem voor tijdelijke opslag en manipulatie van informatie. In tegenstelling tot het kortetermijngeheugen heeft het werkgeheugen een bredere rol bij cognitie.

Wat is de neurale grondslag van visuospatieel kortetermijngeheugen?

Onthouden van een object gedurende vertragingsperiode, activiteit in de hersengebieden betrokken bij objectperceptie
Gezicht of plaats onthouden, activiteit in delen van de ventrale stroom die gespecialiseerd zijn in het waarnemen van gezichten en plaatsen.

Wat houd het model van Baddeley en Hitch in wat betreft het werkgeheugen?

Het bestaat uit 3 soorten kortetermijngeheugen die samenwerken met het langstermijn geheugen.

Noem de onderdelen van het systeem van Baddeley en Hitch

Phonological Loop
Dit bevat een beperkte capaciteit aan fonologische opslag, samen met een mechanisme die het blijft "refreshen" (gebaseerd op subvocalen herhaling)

Visuospatial sketchpad.
Een vergelijkbaar systeem is gepositioneerd in het visuele domein en heet het visuospatial sketchpad.

Samen worden deze twee systemen ookwel "slave systems" genoemd. Ze staan in contrast met het derde onderdeel:

Central Executive
Deze coördineert de slave systems en cognitie in het algemeen.

Hierna is er nog een derde slave system aan toegevoegd:
Episodic Buffer.

Deze is toegevoegd voor het behouden en bewerken van informatie van het episodische lange termijn geheugen.

Wat doet de centrale verwerker?

Coördineren van andere systemen, specificeren van doelen en het initiëren en beëindigen van cognitieve routes

Wat is de alternatieve benadering van het Werkgeheugen model van Baddeley et al?

"to cut out the middel man" en er vanuit gaan dat er geen kortetermijn opslag is maar dat het werkgeheugen in feite gewoon de tijdelijke activatie van lange termijn geheugen is (inclusief perceptuele representaties van woorden en objecten) door een prefrontaal/executive systeem

Wat is een alternatieve benadering van het werkgeheugen?

Dat het werkgeheugen een tijdelijke activatie is van langetermijn herinneringen. Capaciteitsproblemen zijn hiermee moeilijk te verklaren.

Uit welke 3 subsystemen bestaat het model van Baddeley en Hitch (korte termijn)?

Fonologische lus: fonologische opslag met beperkte capaciteit en een verversingsmechanisme
visupatieel schetsblok
Episodische buffer: voor het onderhouden en manipuleren van info uit het episodisch langetermijngeheugen
Deze subsystemen staan in verbinding met het langetermijngeheugen.

Wat zijn de voordelen van de alternatieve benadering vn het werkgeheugen?

Het is een simpelere verklaring en het kan gebruikt worden als verklaring voor alle soorten informatie: (tast, reuk, etc) en dus niet alleen voor die waarvoor de slave systems aangenomen worden te bestaan.

Wat is een verklaring voor capaciteitsproblemen bij de alternatieve benadering van het werkgeheugen?

Meer interferentie bij het tegelijk activeren van herinneringen.

Wat is het centrale executieve systeem?

4e component van model van Baddeley en Hitch
Coördineert de subsystemen, en cognitie in het algemeen. Door bijv. Het bepalen van doelen en het initiëren en beëindigen van cognitieve routes. Deze interactie is een essentieel kenmerk van een werkgeheugen. Deze interactie is een essentieel kenmerk van een werkgeheugen.

Wie gebruikte er tijdens een onderzoek fMRI om het kortetermijngeheugen te testen?

Ranganath et al.
Zij lieten een gezicht zien (1sec) en vroegen de proefpersonen vervolgens om het gezicht in gedachten te houden (7sec) gevolgd door een test-stimulus met de vraag: is dit een andere of dezelfde?

Waar gaat het model van Baddeley van uit?

Dat informatie naar afzonderlijke systemen gaat.
Een ander systeem gaat ervanuit dat er geen KTG is, maar dat werkgeheugen slechts tijdelijke activering is van herinneringen uit het LTG door een prefrontaal executief systeem.

Heeft voordelen:
is eenvoudiger en kan werkgeheugen voor alle soorten info verklaren, niet alleen de info waarvoor een subsysteem bestaat.

Welk gebied speelt een cruciale rol bij het werkgeheugen?

de prefrontale cortex binnen de frontale lobben

Wat zou de rol van de dorsolaterale prefontale regio zijn?

Actief wanneer er actieve manipulatie nodig is?

Waar leid schade toe in de laterale prefrontale cortex?

het onvermogen om een stimulus/respons voor korte tijd in gedachten te houden.

Wat zou de rol ventrolaterale prefontale regio zijn?

Actief wanneer informatie geactiveerd, opgehaald en behouden moet worden

Waarvoor is het centrale executieve systeem in het model van baddelen een synoniem?

Het prefrontaal functioneren.

Waar zijn Rao et al. achter gekomen wat betreft individuele neuronen?

Dat ze hun reactiviteit kunnen aanpassen van object gebaseerd naar locatie gebaseerd wanneer de eisen van de taak veranderen. Ongeacht of ze gelokaliseerd zijn in de ventrolaterale of dorsolaterale regio.

Wat is een self-ordered pointing task?

Participanten moeten een nieuw object in ieder traject aanwijzen en de andere objecten tegelijkertijd onthouden

Waar bevind zich informatieverwerking volgens Goldman-Rakic?

Dorsolaterale prefrontale cortex (DLPFC): ruimtelijk werkgeheugen
Ventrolaterale prefrontale cortex (VLPFC): werkgeheugen voor objecten
Recent bewijs komt hier niet mee overeen.

Petrides alternatieve beschrijving van werkgeheugen voor die van Goldman-Rakic
Dorsolaterale en Ventrolaterale betrokken bij verschillende soorten processen. Niet gespecialiseerd in verschillende soorten materiaal.

Wat gebeurt er bij laesies aan de laterale prefrontale cortex?

Het vermogen om een stimulus/reactie in gedachten te houden gedurende een korte vertraging is verminderd.

Welk gebied in de hersenen is verantwoordelijk voor het (aan)leren van nieuwe vaardigheden en gewoonten?

Basale ganglia.

Hoe ziet het hiërarchisch model van werkgeheugen er uit?

Bovenaan: DLPCF --> actieve manipulatie van info.
Onderaan L: VLPCF -->activeren, ophalen en onderhouden van informatie uit de niet-frontale cortex
Onderaan R: posterior cortex --> opslag van informatie. (non-frontale)

Waar hebben mensen met prefrontale lesies moeite mee?

Met een werkgeheugentest, de zogenaamde self-ordered pointing task.

Wat is de self-ordered pointing task?

Taak waarbij proefpersonen bij elke test een nieuw object moeten aanwijzen en op die manier een werkgeheugen voor geselecteerde item onderhouden.
patiënten reeks van 8 woorden of afbeeldingen te zien en moesten er bij 1e proef 1 kiezen
2e proef andere kiezen dan eerste
3e proef weer een andere
als zodanig moesten ze een online record van gekozen items bijhouden en bijwerken.
Vergelijkbare studies bij apen suggereren dat het kritieke gebied de dorsolaterale prefrontale cortex is. Als mensen moeten bijhouden welke locaties gemarkeerd waren en ze moesten vermijden.

Wat ontdekte het onderzoek naar functionele beeldvorming bij mensen betreft het kortetermijnbehoud van ruimtelijke locaties?

Dat deze geassocieerd is met ventrolaterale activiteit.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

The Student's Guide to Cognitive Neuroscience | 9781848722729 | Jamie Ward

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.