Samenvatting: Thema 2

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 45 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Thema 2

  • 3 Hoofdstuk 1 K - Wat zijn psychofarmaca?

    Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe beïnvloeden psychofarmaca de hersenen?

    Psychofarmaca veranderen signalen in de hersenen, wat leidt tot:
    1. Effecten in andere hersengebieden
    2. Directe verbindingen met ruggenmerg
    3. Invloed op spieractiviteit en gedrag
  • Welke bijwerkingen kunnen optreden bij atropine gebruik?

    Enkele effecten van atropine zijn:
    1. Dikke tong
    2. Sufheid
    3. Verwarring
    4. Gevoel van opgewektheid en rustigheid bij de juiste dosis
  • 4 1.1 INNAME

    Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4
    Laat hier meer flashcards zien

  • Welke functie heeft serotonine in de hersenen?

    Serotonine wordt in het brein aangemaakt uit het essentiële aminozuur tryptofaan, dat voorkomt in:
    1. Melk
    2. Sesamzaad
    3. Belangrijk voor stemming en welzijn.
  • Waarom duurt het lang voordat medicatie in het bloed wordt opgenomen?

    Medicatie moet door verschillende organen, wat omvat:
    1. Eerst via de maag.
    2. Vaak enkele uren voor opname.
    3. Afbraak van werkzame bestanddelen vermindert effect.
  • Wat is het verband tussen bloedconcentratie van stoffen en effect in de hersenen?

    Het verband houdt in dat:
    1. Het verloop van de concentratie in het bloed invloed heeft op het effect.
    2. Tal van factoren bepalen de effecten in de hersenen.
  • Wat zijn de snelste manieren om stoffen in het bloed te laten stijgen?

    De snelste methoden omvatten:
    1. Injecteren
    2. Roken
    3. Via de neus (bijv. cocaïne)
    4. Mondgebruik (bijv. nicotinekauwgom) is trager.
  • Hoe kunnen medicijnen in tablets op verschillende manieren ‘verpakt’ worden?

    Twee verpakkingsmethoden zijn:
    1. Verpakking 1: snelle stijging in bloedspiegel (pieken en dalen).
    2. Verpakking 2: langzamere opname voor constante bloedwaarden.
  • 5 1.2 DOSERING

    Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat kan worden gezegd over de merkbaarheid van het effect van cafeïne bij doseringstoenames?

    Een relatief kleine verhoging leidt tot:
    1. Een merkbaar effect en
    2. Het maximale effect wordt snel bereikt.
  • Hoe staat cafeïne in vergelijking met alcohol in termen van benodigde dosering voor merkbare effecten?

    Cafeïne is:
    1. potenter dan alcohol,
    2. waardoor er minder nodig is voor merkbare gedragseffecten.
  • Wat is de wettelijk toegestane bloed-alcoholconcentratie (BAC) in Nederland?

    In Nederland is de wettelijke BAC:
    1. 0,5 promille, wat gelijkstaat aan
    2. 0,5 mg/ml in het bloed.
LET OP!!! Er zijn slechts 45 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Thema 2