Samenvatting: Thema 2 Dna

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 82 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Thema 2 DNA

  • 2.1 De bouw en functie van DNA

    Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • DNA bevat de informatie over een erfelijke eigenschap. Wat is een genoom? Wat gebeurt er bij meercellige organismen?

    Het geheel aan erfelijke informatie in een cel van een organisme. Bij een meercellig organismen hebben alle cellen hetzelfde genoom.
  • Wat zijn plasmiden? Hoe heet dit bij eukaryoten?

    Kort stukje DNA in prokaryoten.

    Bij eukaryoten heet dit een stukje circulair DNA.
  • Wat is de bouw van DNA?

    DNA is een nucleïnezuur dat is opgebouwd uit twee nucleotidenketens, die als een dubbele spiraal (helix) om elkaar heen liggen.
  • De twee nucleotideketens worden met elkaar verbonden door vaste basenparing. De stofstofbasen vormen vaste basenparen. Welke combinaties heeft DNA?

    1. A: adenine en T: thymine
    2. G: guanine met C: cytosine
  • Een chromosoom bevat veel genen. Wat is een gen?

    Een stuk DNA dat de informatie bevat voor de synthese (samenstelling) van een of meer eiwitten.
  • 2.2 DNA-replicatie

    Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Waarvoor is DNA-replicatie nodig?In welke fase van de celcyclus vindt DNA-replicatie plaats?Wat gebeurt er met de cellen tijdens de replicatie?

    Voor de vorming van nieuwe cellen.
    S-fase

    De dochtercellen bij de mitose krijgen hetzelfde DNA als de moedercel waaruit ze ontstaan zijn.
  • Wanneer begint de DNA-replicatie? Twee stappen.

    1. Wanneer een enzym de verbindingen verbreekt tussen de basenparen van een DNA-molecuul.
    2. De helixstructuur verdwijnt en de twee strengen van het DNA-molecuul gaan uit elkaar.
  • Wat gebeurt er tijdens de DNA-polymerase? (2/2)

    Er worden dus twee nucleotidenketens gevormd, aan elke oude één.

    Door de vaste basenparing (A met T,  C met G) ontstaan twee identieke DNA-moleculen in een helixstructuur.
  • Waarom moet het DNA eerst worden verdubbeld voordat een cel zich kan delen?Wat gebeurt er bij de deling?

    Anders krijgen de dochtercellen allebei alleen de helft van de erfelijke informatie.

    Om te verdubbelen splijt de DNA-streng waaraan beide kanten een nieuwe DNA streng begint te ontstaan. De transcriptie van het DNA. 

    Uiteindelijk krijg je twee strengen met waarvan elk één oud DNA- en één nieuw RNA- streng is.
  • Wanneer de DNA-streng eerst verdubbeld is a.d.h.v. RNA kan de cel zich delen. Dit gebeurt door mitose en meiose.Wat is de functie van mitose en die van meiose?

    Mitose wordt gebruikt voor groei en vernieuwing van kapotte cellen.

    Meiose worden geslachtscellen gevormd.
LET OP!!! Er zijn slechts 82 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Thema 2 Dna