Startpagina / Samenvattingen / Thema 3: Nieuwvorming / o2-hemostase-pathway

Fysiologie - Hemostase

Q: Wanneer wordt het extrinsieke pathway geactiveerd en hoe leidt het tot bloedstolling?

Bij weefselschade komt tissue factor (VII ) vrij. Dit zorgt voor de conversie van factor X-> Xa. Hierdoor wordt pro-trombine (II) omgezet in trombine (IIa). Trombine zet fibrinogeen om tot fibrine. Kort: 7-10-2-fibrine

25 belangrijke vragen over Fysiologie - Hemostase

Wat zijn de drie basisprocessen van de hemostase?

1- verandering van de vaatwand (trauma)
2- verandering in viscositeit van het bloed
3- veranderingen in het stroompatroon van het bloed

Welke vier basale processen vinden er plaats bij de hemostase?

1- vaatwand reactie - contractie
2- primaire hemostase ofwel bloedstelping
3- secundaire hemostase ofwel bloedstolling
4- opruimen van het stolsel ofwel fibrinolyse

Wat gebeurt er tijdens de primaire hemostase?

Bij de primaire hemostase spelen vooral de bloedplaatjes een grote rol.
- er vindt adhesie aan het oppervlak plaats
- bloedplaatjes veranderen van vorm; pseudopod-vorm
- inhoud van de 'dense body's' wordt vrijgegeven
- contractie van de vaatwand

Welke twee belangrijkste stoffen bevat de 'dense body' inhoud?

Fibrinogeen, Ca2+

Hoe zou je het proces van vorming van een fibrinenetwerk basaal kunnen omschrijven?

Fibrinogeen wordt door trombine omgezet in een fibrinenetwerk.
Trombine ontstaat uit een pro-enzym, namelijk pro-trombine.

Wat gebeurt er tijdens de secundaire hemostase?

Er worden verschillende reacties op gang gebracht:
- extrinsieke pathway
- intrinsieke pathway
- fibrine vorming

Hoe wordt een fibrinenetwerk scheikundig gezien gevormd?

De dimeren van fibrinogeen worden omgezet in een polymeer fibrine. De vorming van S-bruggen tussen de polymeren wordt gestimuleerd door fibrinu stimulerende factor (XIII).

Wanneer wordt het extrinsieke pathway geactiveerd en hoe leidt het tot bloedstolling?

Bij weefselschade komt tissue factor (VII) vrij.
Dit zorgt voor de conversie van factor X-> Xa.
Hierdoor wordt pro-trombine (II) omgezet in trombine (IIa).
Trombine zet fibrinogeen om tot fibrine.

Kort: 7-10-2-fibrine

Wanneer wordt het intrinsieke pathway geactiveerd en hoe leidt dit tot bloedstolling?

Wanneer de vaatwand beschadigd raakt, komt XII vrij.
XII -> XIIa wat zorgt voor XI -> XIa
XIa zorgt voor IX -> IXa
Vanaf dit punt loopt het hetzelfde als bij de extrinsieke pathway;
X -> Xa wat protrombine (II) om zet in trombine (IIa).
Trombine zet op zijn beurt fibrinogeen om in fibrine.

Kort: 12-11-9-10-2-fibrine

Wat is de belangrijkste katalysator van de hemostase?

Ca2+ ionen!

Waar worden de verschillende stollingsfactoren geproduceerd?

Lever: factoren II, VII, IX en X --> vitamine K afhankelijk
Vaatwand: factor VIII
Nier: Von Willebrand factor

Welk pro-enzym en welk bijbehorend enzym zorgen door de fibrinolyse?

Plasmigogeen zorgt voor de omzetting van het actieve enzym plasmine. De nieren produceren plasmineactivator.

Wat is hemofilie (A/B)?

In het geval van hemofilie ontbreekt er een bepaalde stollingsfactor waardoor de bloedstolling niet kan plaatsvinden. Dit is een X-recessieve aandoening.
Vroeger overleden patiënten snel; bij een val op het hoofd ontstond een hersenbloeding die niet te stelpen was.
In het geval van type A ontbreekt Fibrine Stabiliserende Factor (factor VIII) , bij type B is dit IX; de intrinsieke pathway wordt onderbroken.
Hemofilie A komt veel vaker voor dan hemofilie B.

Wat gebeurt er wanneer een patiënt met hemofilie B een extern trauma oploopt?

Dit zal op de normale manier stollen. Echter alleen de intrinsieke pathway wordt onderbroken door de deficiëntie van factor IX.

Op welke drie manieren wordt de doorstroming van het bloed verhoogd (bij inspanning)?

- aantal open capillairen wordt vergroot
- alle capillairen zetten uit
- pulmonaire slagaderlijke druk wordt vergroot

Hoe komt het dat lucht in de alveoli een andere samenstelling heeft als de buitenlucht?

- de alveolaire lucht wordt maar gedeeltelijk vervangen bij ademhaling
- constante resorptie van O2 naar het pulmonaire bloed
- constante afgifte van CO2 vanuit pulmonaire bloed
- lucht wordt bevochtigd wanneer deze het lichaam in komt

Hoe wordt voorkomen dat de waarden van de alveolaire lucht sterk schommelen?

Bij iedere ademhaling wordt maar 1/7e deel van de longinhoud vervangen door atmosferische lucht.

Wat geeft de ventilatie-perfusieratio weer?

De verhouding tussen mate van ventilatie en doorbloeding (perfusie) van een bepaald gebied.

Hoe wordt de ventilatie/perfusie verhouding bewaard wanneer de PCO2 in de alveoli stijgt?

- bronchiën verwijden
- verhoging van alveolaire ventilatie

Hoe wordt de ventilatie/perfusie verhouding bewaard wanneer de PO2 in de alveoli daalt?

- vasoconstrictie
- perfusie (doorbloeding) daalt

Door welke twee factoren wordt de pO2 in de interstituele vloeistof beïnvloed?

- weefselmetabolisme; hoog metabolisme -> lage pO2
- bloedstroming; hoge bloedstromng -> hogere pO2

Waardoor heeft de dissociatiecurve van O2/hemoglobine een S-vorm?

De S-vorm wordt veroorzaakt doordat O2 sterker bindt aan hemoglobine wanneer er meerdere O2 moleculen worden gebonden.Wanneer een mol zuurstof bindt aan hemoglobine, neemt de affiniteit van hemoglobine voor O2 steeds verder toe tot hij verzadigd is. Aan alle vier de heemgroepen kunnen vier mol O2 binden.

Wanneer verschuift de dissociatiecurve van O2/hemoglobine naar rechts?

- temperatuur toename
- verlaagde pH

Wat houden het Bohr-effect en het Haldane-effect in?

- Bohr-effect: wanneer er een verhoging van CO2 in het bloed is, zal er O2 worden losgelaten van hemoglobine
- Haldane-effect: wanneer O2 bindt aan hemoglobine, wordt CO2 losgelaten.

Hoe past het lichaam zich aan bij een lager zuurstofgehalte in de lucht? (op hoogte bv)

- toename pulmonaire ventilatie
- toename van diffusiecap. van de longen
- toename erytrocyten
- weefsels passen zich aan en kunnen O2 bij lage PO2 gebruiken

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Thema 3: Nieuwvorming

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding