Samenvatting: Thema 4 (Voeding) En Vertering
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Thema 4 (Voeding) en vertering
-
4.2 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.2
Laat hier meer flashcards zien -
Voedingsstoffen zijn de bruikbare bestanddelen van voedingsstoffen. Wat zijn bouwstoffen en brandstoffen?
1. Bouwstoffen:
- voedingstoffen die worden gebruikt bij de vorming van cellen en weefsels.
- vooral voor groei en ontwikkeling lichaam en vervanging van afgestorven cellen.
2. Brandstoffen:
- voedingsstoffen die voor energie zorgen.
- energie voor beweging, regeling lichaamstemperatuur, groei, ontwikkeling en herstel. -
Noem de vier functies van eiwitten
1. Vooral bouwstoffen
2. Nodig voor transport van stoffen
3. Overbrengen van signalen van de ene cel naar de andere (celcommunicatie)
4. Nodig bij chemische reacties. -
Wat gebeurt er als er in je lichaam niet voldoende glucose beschikbaar is?
Jelichaam kan deaminozuren uit deeiwitten van je voeding of deeiwitten uit je spierenomzetten inglucose (brandstof). -
4.5 Het mechanische verteringsstelsel
Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.5
Laat hier meer flashcards zien -
Het darmkanaal is het verteringskanaal van de mens. Wat gebeurt hier er als voedsel wordt verteerd?
Moleculen uit het gekauwde voedsel zoals: eiwitten, koolhydraten en vetten worden door middel van enzymen afgebroken tot kleinere moleculen. Die worden weer via de cellen van de dunne darmwand opgenomen in het bloed. Het lichaam maakt van kleine, weer grote moleculen. -
a. Hoe ontstaat darmperistaltiek? b. Wat gebeurt er dan met de voedselbrij?
a. Door het afwisselend samentrekken van de kringspieren en de lengtespieren die zich in het darmkanaal bevinden. Hierdoor wordt de voedselbrij voortgeduwd.
b. De voedselbrij wordt door het voortduwen ook gekneed en gemengd met de verteringssappen (bevat veel enzymen) die de verteringsklieren afgeven aan de voedselbrij in het darmkanaal. -
Wat zijn twee voordelen van het toevoegen van speeksel van voedsel in je mond?
1. Het voedsel kan makkelijker doorgeslikt worden door het slijm van in speeksel zit.
2. In speeksel zit het enzym amylase die goed kan inwerken in het voedsel. -
Met de tong wordt het gekauwde voedsel naar de keelholte geduwd. Wat gebeurt er vervolgens? Noem de twee stappen.
1. Hetvoedsel in dekeelholte veroorzaaktprikkels die eenslikreflex opgang zetten.
2. Strottenhoofd beweegt omhoog en het strotklepje sluit de luchtpijp af, waardoor het voedsel alleen de slokdarm in kan. -
Waarmee wordt de neusholte afgesloten? En wat is de functie van de slokdarm?
1. Met dehuig .
2.Verbindt dekeelholte met de maag. -
Wat zet het slikken in de slokdarm in werking en waar wordt het voedsel naar getransporteerd?
Slikken in de slokdarm zet de peristaltische beweging in werking. Hierdoor kan het voedsel naar de maag worden getransporteerd. -
Kringspieren bij de in- en uitgang van de maag kunnen de maag afsluiten (maagportier) en regelen de transport van voeding. Wat doet de kringspier bij de ingang en wat doet de kringspier bij de uitgang?
Ingang: De kringspier tussen slokdarm en maag ontspant zich na het slikken. Voedsel komt in de maag.
Uitgang: De kringspier bij de uitgang (maagportier) sluit de maag af zodat het voedsel tijdelijk wordt opgeslagen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden