Samenvatting: Thema 6 H19
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Thema 6 H19
-
1 Thema 6 H19
Dit is een preview. Er zijn 43 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
1. Uit hoeveel lagen bestaat de wand van het spijsvertering kanaal
Die bestaat ui 5 lagen.- Mucosa (slijmvlies), epitheel met slijmproducerende cellen, kliercellen en afvoerbuizen van klieren, lamina propria mucosae, een laagje losmazig bindweefsel
- Muscularis mucosae, een laagje glad spierweefsel
- Submucosa, een dikke bindweefsellaag met bloedvaten, lymfevaten, lymfatisch weefsel, zenuwen en op sommige plaatsen ingezonken klieren
- Muscularis, bestaande uit een laag kringspieren en daarbuiten een laag lengtespieren (voor de peristaltiek)
- Serosa, het viscerale blad van het buikvlies.
-
3. Wat is de rol van de mondholte
De mondholte is een multifunctioneel orgaan.- maakt deel uit van de spijsvertering
- Maakt deel uit van de luchtwegen
- Start voedsel vertering
- belangrijk bij spreken en smaak
-
6. hoeveel speeksel klieren heb je in de mondholte en hoe heten deze
6 klieren
2x oorspeekselklier
2x onderkaak speekselklieren
2x ondertong speekselklier -
7. Wat zijn kenmerken van de tong.
De tong (lingua) is een beweeglijke dwarsgestreepte spier die aan de achterkant aan het tongbeen vastzit en aan de voorkant vrij eindigt. -
8. wat zijn kenmerken van de tongamandel
- het ligt achterin op de tongbasis ( waar de tong vastzit)
- het is lymfatisch weefsel
- het maakt deel uit van de ring van Waldeyer Hartz -
10. Wat zijn kenmerken van speeksel
- Het is kleurloos troebel vocht, en dat behalve veel water het enzym Amylase (ptyalline) bevat
- Alle speeksel klieren bij elkaar produceren ongeveer 1,5 liter speeksel per dag
- Speeksel is waterig of slijmerig, dit is afhankelijk van voedsel. Bijvoorbeeld:
"slijmerig speeksel bij taai hard voedsel om slikken makkelijk te maken.
waterig speeksel wanneer voedsel scherp, zoet,zuur of bitter is" -
11. Wat zijn de functies van speeksel
- houdt de mondholte vochtig
- lost voedingsstoffen op
- breekt zetmeel af tot 2voudige suikers (maltose)
- spoelt de mondholte schoon
- werkt bacteriedodend door lysozym
- zorgt ervoor dat voedsel een neutrale zuurgraad krijgt met een PH van 7
-
12. Hoe komt het speeksel reflex tot stand
- Wanneer je voedsel in je mond heb
- bij het ruiken, zien van voedsel
- bij het denken aan voedsel
deze onderdelen zijn onder invloed van het vegetatieve zenuwstelsel -
13. Uit welke 2 fasen bestaat het slikken.
De eerste Fase : Deze is onder invloed van je "wil" - tijdens deze fase sluit je je mond en duw je de voedselbrokken met je tong naar achteren.
De tweede fase: Deze is onder invloed van het vegetatief - Op het moment dat het voedsel de gehemeltebogen of de keelwand aanraakt, start de 2de fase ofwel de slikreflex -
14. Wat gebeurt er gelijktijding met het slikreflex
- gelijktijdig sluit het strotklepje de luchtpijp af,
- de huig sluit de neusholte af
- het strottenhoofd beweegt zich omhoog door de slikbeweging
- en ontspant een sluitspier bovenin de slokdarm.
- De keelwandspieren duwen de voedselbrok in de slokdarm.
- gelijktijdig sluit het strotklepje de luchtpijp af,
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden