Samenvatting: Thema's Maatschappijleer ... | 9789086740505 | Bas Schuijt, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Thema's maatschappijleer : [Rechtsstaat, Parlementaire democratie, Pluriforme samenleving, Verzorgingsstaat] | 9789086740505 | Bas Schuijt; Theo Schuurman; Marian Meijer; Theo Rijpkema.
-
1 MAATSCHApPIJLEER
Dit is een preview. Er zijn 33 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat staat bij maatschappijleer centraal?
Bij maatschappijleer staat centraal dat je deel uitmaakt van de Mederlandse samenleving en kijken we wat dat precies betekent -
wat zijn de kenmerken van een parlementaire of indirecte democratie
alle nederlanders vanaf 18 jaar hebben het recht om te kiezen en om verkozen te worden-iedereen een politieke partij of vereniging mag oprichten- iedereen mag demonstreren of op een andere manier zijn mening uiten- de leden van de Staten-Generaal (het parlement oftwel de Eerste en de Tweede kamer ) gekozen worden door een geheime stemming- de wetten worden vastgesteld door de regering en de Staten-Generaal samen -
1.1.1 waarom maatschappijleer
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de vier terreinen waar wij dagelijks mee te maken hebben?
1 Nederland als rechtstaat
( Regels overheid en burger )
2 De Nederlandse parlementaire democratie
( Politiek systeem )
3 De pluriforme ( veelvormig )samenleving
( Multi Cultureel, normen, waarden, culturele verschillen, afkomst )
4 Nederlandse verzorgingsstaat
( Voorzieningen )
-
Leg uit wat er bedoelt wordt met maatschappelijk probleem voor grote groepen?
Gevolgen voor grote groepen zoals drugsprobleem, ozonlaag, wachtlijsten in het ziekenhuis. Dit zijn de kwesties waarbij we kunnen zien dat er over een langere termijn overlast gaan bezorgen. -
1.2 De kernbegrippen
Dit is een preview. Er zijn 26 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Mensen kunnen machtuitoefenen als zij machtsbronnen hebben. Noem er drie?
Geld
Functie
Geweld
-
Normen en waarden veranderen en verschillen. Waaraan ligt dit?
Plaats ( Marokko of Eindhoven )
Tijd ( 1900 of 2013 )
Groep ( Jeugd, volwassenen, moslims, school )
-
Welke vragen stel je al je wilt weten of wat geschreven is betrouwbaar is?
Worden en cijfers en andere bronvermeldingen genoemd?
Is er een onderscheid tussen feiten en meningen?
Wordt het van verschillende kanten bekeken?
-
Wat is een selectieve waarneming?
Elke informatie wordt zodanig vervormd dat deze zo veel mogelijk past in ons referentiekader -
Noem vier punten waar men op kan discrimineren?
Leeftijd
Kleur
Afkomst
Geslacht
-
1.3 Politieke partijen
Dit is een preview. Er zijn 43 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Noem vier partijen die linkse punten hebben?
1 SP ( Sociolistische partij )
2 Groen Links
3 PvdA ( Partij van de arbeid )
4 D 66 ( Politiek Partij Democraten 66 )
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden