Omgaan met verschillen - Groepsprocessen in de onderbouw

19 belangrijke vragen over Omgaan met verschillen - Groepsprocessen in de onderbouw

Wanneer mist een kind het gemeenschapsmodel en wat is hier het gevolg van?

Als een kind alleen opgroeit mist het broers/zussenverband.
Gevolg: Kan brutaal zijn.

Op welk niveau's werk je handelingsgericht?

  • Leerlingniveau
  • Groepsniveau
  • Schoolniveau
  • Bestuursniveau

Hoe ga je te werk bij een sociogram?

Waarnemen: Door individueel de kinderen sociaal-emotionele of taakgerichte vragen te stellen:
    • Met wie wil je trakteren?
    • Met wie speel je graag?
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe ga je te werk met een sociogram bij jonge kinderen?


Met foto's:
  1. Benoemen
  2. Paarsgewijs vergelijken
  3. Beoordelingsschaal

Welke opvallende groepsrelaties komen er uit?

  • Paren (duo's)
  • Marginalen (wil bij iedereen horen)
  • Kliekjes (vaste groepjes)
  • Slangrelaties (elkaar kiezen onderling, onduidelijk)
  • Sterpositie (wordt door iedereen gekozen)

In welke groep kun je de klas verdelen na benoeming? (Gronlund, 1971)

  1. Gewone kinderen (gemiddelde score) en eilandjes (neutraal)
  2. Sterren/populaire kinderen (veel +scores)
  3. Niet-populaire kinderen; verstotenen (veel -scores)

Waarvoor is een sociogram een goed hulpmiddel?

Om de sociale verbindingen en relaties in de klas helder te krijgen. Tijdig signaleren is belangrijk om onder andere pesten tegen te gaan.

Begrijpen: Wat gebeurt er binnen afzienbare tijd als je een stel kinderen bij elkaar zet?

Er ontstaan drie sociale statusgroepen:
  • Populaire kinderen
  • Kinderen die erbuiten vallen
  • Middenmoot

Hoe is de verhouding binnen de drie sociale statusgroepen?


De meeste kinderen zijn gemiddeld; niet populair en niet afgewezen.
  • Populair: 15%
  • Niet opvallend/redelijk populair: 55%
  • Niet populair: 30%

Welke soorten populaire kinderen/populariteitshiërarchieën zijn er? (Adcock en Segal)

  • Koninginnen/koningen (regelaars, druk)
  • Gravinnen/graven (fantasierijk, rustig)
  • Moeder-oversten/abten (fantasierijk, spelen met één rustige leerling)

Welke soorten 'gewone' kinderen zijn er?

  • Leenvrouwen: spelen met een populair kind
  • Dienstmeisjes: doen mee met anderen
  • Eenzame eilandjes: introvert, niet weerbaar

Wat zijn niet-populaire kinderen?

  • Verstotenen: extravert, sociaal angstig
  • Pesters en gepeste.

Welke soorten niet-populaire kinderen zijn er?

  • Rebellen: bazig, ondeugend, niet luisteren
  • Struikrovers: agressief, pesters

Wat zijn kenmerken van pesters?

  • Vaak lichamelijk wat groter
  • Pocht graag
  • Pest als er geen volwassene in de buurt is
  • Heeft hekel aan regels
  • Probeert zich onder straf uit te praten
  • Is tegendraads
  • Relatie met ouders vanaf babytijd slecht
  • Vaak struikrover/ ambivalent gehecht kind
  • Twijfel aan zichzelf

Waardoor onderkennen leerkrachten ernst en en omvang vaak niet?


  • Samenzwering om te zwijgen
  • Omstandersdilemma
  • Neiging slachtoffer de schuld te geven

Welke aspecten van morele ontwikkeling zijn vaak verstoord bij pesters en gepesten?

  • Schuld en schaamte
  • Empathie
    • Inschatten dat je gedrag invloed heeft op welzijn van anderen.
  • Redeneren
    • Vooraf nadenken over welk gedrag het beste zou zijn.
  • Afweging van verschillende aspecten van gedrag.
  • Vaardigheden
    • Voornemen in concreet gedrag om kunnen zetten.

Welke maatregelen neem je in de klas?

  • Elk neutraal of introvert kind iedere dag één maal publiek positief benoemen.
  • Elk onpopulair kind onder 4 ogen positief benoemen.
  • Kringgesprek: serieuze aandacht voor elk kind hebben.
  • Gerichte preventieve SOVA-lessen.
  • Onpopulaire kinderen gericht koppelen aan populair kind.
  • Rollenspelen bevorderen met 2 stel dezelfde kleren.

Welke maatregelen neem je bij pesten in de klas?

  • Veilig pedagogisch klimaat ( er zijn).
  • Duidelijke regels en grenzen stellen en houden.
  • Signalen serieus nemen en pester op heterdaad (laten) betrappen.
  • Gepest kind regelmatig publiek positief benoemen.
  • Pester apart positieve aandacht geven.
  • Extra aandacht geven aan SOVA ( in groepsplan).
  • Communicatie met de ouders.

Wat kenmerkt rollenspel binnen fase 5: handelen?

  • Gevoelens en gedachten omzetten in handelingen
  • Kleuters hebben macht over de situatie die ze verbeelden( competentie-ervaring)
  • Doen zoals volwassenen zich gedragen
  • Gevoelens verwerken en verwoorden
  • Leren perspectief nemen
  • Van spontaan tot (bege)leiden naar de zone van de naaste ontwikkeling

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo