Adam Smith economie in de Middeleeuwen
10 belangrijke vragen over Adam Smith economie in de Middeleeuwen
Wat zijn de karakteristieken van de mercantilistische stroming die tussen 1500 en 1750 opkwam?
- Internationale handel als een zero-sum game
- De welvaart van een natie hangt af van de hoeveelheid goed en zilver van een natie
- Een centrale rol voor de staat om internationale handel aan te moedigen is omdat ze daardoor een handelsoverschot krijgen. Dit waren protectionistische beleidsvoeringen die de bedrijfsman en de staat beschermden.
Wat zijn de 4 karakteristieken van de Franse school van fysiocratisme die opkwam tussen 1750-1780 en geleid werd door Francois Quesnay?
- natuurlijke wetten regelen de economie
- de oorsprong van rijkdom ligt in de landbouw
- de onderlinge verbondenheid van de economie gezien als een circulaire stroom
- geen rol voor de staat: laissez faire, laissez passer
Wat zijn de vier kenmerken van het boek van Adam Smith: An Inquiry into the nature and causes of the wealth of nations?
- onderwerp: wat bepaalt economische groei? Hoe kunnen we economische groei aanmoedigen?
- een brede, tussen verschillende sectoren, discipline: encyclopedische benadering
- een contextuele (gebaseerd op empirische observaties) eerder dan een abstracte theoretische benadering
- geloofde dat de economie wordt bestuurd door meer universele regels (zoals in de natuurlijke, de wet van zwaartekracht)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is de kern van het boek van Adam Smith, the Wealth of Nations?
Wat zijn de implicaties die Adam Smith beschrijft in zijn boek?
Wat zijn de drie rollen van de overheid volgens Adam Smith?
- Het voorkomen van handelsmonopolies
- Het beperkt houden van de internationale handel door infant industries
- het bevoorradigen van publieke goederen: nationale defentie, regels en wetten, wegen, scholen noem maar op.
Wat zijn de drie belangrijke determinanten van economische groei?
- De stijging van het inkomen per hoofd. Dit hangt af van de accumulatie van kapitaal, want dit is wat bepaalt:
- arbeidsverdeling, die de productiviteit van arbeid bepaald
- het aantal productieve werkers die ook echt werkt
Smith was kritisch over de mercantilistische ideeën over een positieve handelsbalans. Noem drie dingen waar Smith het niet mee eens was.
- Een land zijn welvaart wordt niet bepaald door de hoeveelheid goud en zilver het bezit maar door de stroom van goederen en diensten.
- Het gaat niet om export, maar om import (niet productie maar consumptie is het doel)
- Internationale handel doet elk land goed want het kan voordelen halen uit lagere kosten overzee die ontstaan door speculatie (absolute voorsprong argument)
Wat bepaalt de waarde van een product volgens Smith? Hij maakte hier een onderscheid tussen korte en lange termijn. Wat houdt dit onderscheid in?
Lange termijn: relatieve prijzen (natuurlijke prijzen) worden bepaald door het aanbod (maar problematisch omdat Smith niet altijd uitgegaan is van constante productiekosten per eenheid)
Op welke twee manieren meten we de productiekosten van een goed?
- De arbeidskosten theorie. In een primitieve maatschappij wordt dit als een probleem gezien wanneer arbeid meer dan één dimensie heeft
- Een kosten van productietheorie met meer dan één productiefactor. (relevant in een geavanceerde economie). Heeft een consistente theorie over lonen, rente, en landhuur - die Smith niet kon geven.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden