Bediening vaartuig en ladingsbehandeling

28 belangrijke vragen over Bediening vaartuig en ladingsbehandeling


37. Wanneer geeft je door hoeveel lading je kan laden?

a. Tijdens het laden, afhankelijk van de waterstand
b. Voor het laden, afhankelijk van de waterstand
c. Al ruim tevoren met het afsluiten van de vracht

c. Al ruim tevoren met het afsluiten van de vracht


38. Waar is het CMNI-verdrag is geldig?

a. Alleen binnenlands vervoer
b. Alleen buitenlands vervoer
c. Zowel binnenlands als buitenlands vervoer

b. Alleen buitenlands vervoer


39. Hoe lang moet een leegverklaring worden bewaard?

a. 7 jaar
b. 12 maanden
c. 6 maanden

c. 6 maanden
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart


40. Wat is de betekenis van de GMP+ verklaring? (let op het plus-teken!)

a. Dat het ruim leeg en schoon is
b. Dat het ruim schoongespoten is
c. Dat het ruim schoon is en geschikt is voor diervoerproducten

c. Dat het ruim schoon is en geschikt is voor diervoerproducten


41. Aan wie geef je de volgorde van belading door?

a. Havenmeester
b. Kraanmachinist
c. Stuwadoor of Sjorder

b. Kraanmachinist


42. Welke naam staat er op het cognossement op naam?

a. Ontvanger
b. Schipper
c. Eigenaar

a. Ontvanger


43. Je vaart op een schip dat houtkrullen heeft geladen. Je ziet damp van de lading afkomen. Wat
kan dit zijn?

a. Wrijving van de lading
b. Vochtige lading dat verdampt
c. Broei in de lading

c. Broei in de lading


44. Hoe wordt bepaald hoeveel passagiers aan boord van een passagiersschip worden toegelaten?

a. Stabiliteitsberekening
b. Aantal aanwezige reddingsmiddelen
c. Aantal slaapplaatsen

c. Aantal slaapplaatsen


45. Een containerschip van 110m heeft 4 rijen containers aan boord en 2 hoog gestapeld. Moet er
volgens de voorschriften de stabiliteit gecontroleerd worden voor de aanvang van de reis?

a. Ja, dit moet tijdens het laden al
b. Ja, maar mag ook tijdens de reis
c. Nee, dat hoeft niet

c. Nee, dat hoeft niet


46. Welke sensor wordt gebruikt voor de beladingsmeter?

a. Druksensor
b. Bewegingscensor
c. Vochtsensor

a. Druksensor


47. Wat is verplicht in de opleiding voor het ADN-certificaat?

a. Minimaal 20 uur aanwezig zijn bij de lessen
b. Veiligheids- en redding trainingen
c. Opleiding verzorgd door goedgekeurde instantie

c. Opleiding verzorgd door goedgekeurde instantie


48. Een Nederlands schip laadt in Duitsland en vervoert de lading naar Hongarije. Hoe noemen we
dit vervoer?

a. Doorvoer
b. Wisselvervoer
c. Derde landen vervoer

c. Derde landen vervoer


49. Hoe zorg je als schipper ervoor dat je schip in goede conditie blijft?

a. Netjes in de verf houden
b. Bij storingen direct reparaties laten uitvoeren
c. Rustig varen en manoeuvreren

b. Bij storingen direct reparaties laten uitvoeren


51. Hoe lang dient een sleeptros ten minste te zijn?

a. 75m
b. 100m
c. 150m

b. 100m


52. Wat geldt voor de dode hoek voor de boeg van een leeg schip?

a. Niet meer dan 2 maal de scheepslengte of 250 m
b. Niet meer dan 350 m
c. Tussen de 350 en 500 m

a. Niet meer dan 2 maal de scheepslengte of 250m


53. Welke gegevens worden in een handmatige stabiliteitsberekening niet en in een
geautomatiseerde stabiliteitsberekening wel meegenomen?

a. Brandstof en drinkwater
b. Ankers en kettingen
c. Winst of verlies

a. Brandstof en drinkwater


54. Je bent in de opvaart op een rivier met een binnenvaartschip. Je merkt dat je voorschip steeds
dieper komt te liggen. Er is lekkage. Wat is de juiste actie?

a. Je zet het schip tegen de krib
b. Je zet het schip met het voorschip in de hang
c. Je zet het schip met het voorschip op de oord

c. Je zet het schip met het voorschip op de oord


55. Je schip ligt koplastig. Wat moet je doen om het te trimmen?

a. Ballasttank achter vullen
b. Ballastank voor vullen
c. Ballastanken zijkanten vullen

a. Ballasttank achter vullen


56. Een belangrijk fundament voor diervoerder- en voedselveiligheid is de HACCP. HACCP wordt
vertaald naar werkplannen waarin preventie, beheersing en registratie zijn onderverdeeld.
Wat valt volgens jou onder beheersing?

a. Het schriftelijk vastleggen van de staat (schoon/vies) van het ruim
b. Het voorkomen van verontreiniging door wisselvervoer
c. Het lossen bij de juiste weersomstandigheden

c. Het lossen bij de juiste weersomstandigheden

57. Welke voorschriften worden gecontroleerd aan de hand van het vaartijdenboek?

a. Exploitatiewijze; Bemanningsrusttijden; Afgelegde reis
b. Exploitatiewijze; Vaarbevoegdheid; Bemanningssterkte
c. Tijdig ingevuld vaartijdenboek; Vaarbevoegheid; Bemanningsterkte

a. Exploitatiewijze; Bemanningsrusttijden; Afgelegde reis


58. Zie foto. Je vaart op de Rijn-Schiekanaal en ziet de onderstaande
verkeerstekens. 100 m verderop kom je bij de Kruithuisbrug waar
de werkzaamheden plaatsvinden. Het gaat om het verkeersteken
B.2 “verplichting zich naar bakboordzijde van het vaarwater te
begeven’. Wat is jouw conclusie?

a. Verkeersteken B.2 is fout geplaatst. Ik meld deze fout bij de
aannemer ter plaatse
b. Verkeersteken B.2 is fout geplaatst. Ik meld deze fout bij de
vaarwegbeheerder
c. Verkeerstekens staan goed. Ik hoef geen melding te doen

b. Verkeersteken B.2 is fout geplaatst. Ik meld deze fout bij de
vaarwegbeheerder


59. Je vaart op de Waal t.h.v. Nijmegen op een volcontinu schip
(exploitatie B) en ziet dat de matroos overboord valt. Wat doe je
het eerst?

a. Reddingsboei werpen; Algemeen alarm aan
b. Melden aan verkeerspost Nijmegen; Reddingsboei werpen
c. Overige scheepvaart én verkeerspost Nijmegen inlichten

a. Reddingsboei werpen; Algemeen alarm aan


60. In welk document staan de afspraken tussen de bevrachter en de schipper bij binnenlands
vervoer in NL?

a. Cognossement
b. Charter
c. CMNI-vrachtbrief

b. Charter


61. Iemand die “deskundige passagiersvaart “ wil worden moet een training volgen. Welke eisen
zijn gesteld aan die training?

a. Deze moet minimaal 20 contacturen hebben.
b. De onderdelen “levensreddende handelingen” en “behandeling van wonden” moeten
gegeven worden.
c. Moet gegeven worden door een door de overheid erkend trainingsinstituut

c. Moet gegeven worden door een door de overheid erkend trainingsinstituut


62. Welke tekst staat er bovenaan de Controlelijst ADN?

a. Betreffende het in acht nemen van veiligheidsbepalingen en de uitvoering van de
noodzakelijke maatregelen voor het laden of lossen
b. Betreffende de veiligheid voor de directe omgeving tijdens laden en lossen van ADN
stoffen
c. Betreffende het in acht nemen van alle veiligheidsmaatregelen tijdens het laden en
lossen van gevaarlijke stoffen

a. Betreffende het in acht nemen van veiligheidsbepalingen en de uitvoering van de noodzakelijke maatregelen voor het laden of lossen


63. Met welke nauwkeurigheid moet een tachograaf aan boord kunnen registreren?

a. 15 minuten nauwkeurig
b. 10 minuten nauwkeurig
c. 5 minuten nauwkeurig

c. 5 minuten nauwkeurig


65. Welke tank heeft een ‘vrije vloeistof oppervlakte’ (VVC)?

a. Een lege tank
b. Een volle tank
c. Een halfvolle tank

c. Een halfvolle tank


66. Varend ontgassen (ventileren) wordt steeds vaker verboden. Het mag nu al niet onder
bruggen, in sluizen en in druk bewoonde gebieden. Er wordt gewerkt aan het invoeren van stof
gerelateerd verbod in de buitenlucht. Onder welk verdrag gaat straks het varend ontgassen
vallen?

a. CDNI (Verdrag inzake de verzameling, afgifte en inname van afval in de Rijn en binnenvaart)
b. CMNI (Verdrag van Boedapest inzake de overeenkomst voor het vervoer van goederen over de
binnenwateren)
c. ADN (Europese overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de
binnenwateren)

a. CDNI (Verdrag inzake de verzameling, afgifte en inname van afval in de Rijn en binnenvaart)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo