Het achterbeen - De gewrichten van het achterste lidmaat - punctieplaatsen
3 belangrijke vragen over Het achterbeen - De gewrichten van het achterste lidmaat - punctieplaatsen
Hoe puncteer je het heupgewricht?
Palperen naar trochanter major van de femur en vervolgens puncteren aan de dorsale rand van de trochanter major (tussen het craniale en caudale deel van de trochanter) in mediale richting; de naald wordt horizontaal langs de femurhals verder geschoven tot in het gewricht.
Hoe puncteer je het kniegewricht?
Palperen naar de patella, de rechte patellaband en de tuberositas tibiae. Vervolgens puncteren aan de laterale of mediale zijde van de rechte patellaband tot in het ruime femoropatellaire gewricht (dat steeds in verbinding staat met de femoro-tibiale gewrichtsafdelingen). De punctieplaats situeert zich halfweg tussen de onderrand van de patella en de bovenkant van het ‘tibiaal plateau’. -
Hoe puncteer je het spronggewricht?
Aan de dorsale zijde van de sprong palperen naar de onderrand van de tibia, en vervolgens ter hoogte van de talus puncteren aan de dorsomediale zijde van de sprong, naast de strekpezen van de tenen, en (uiteraard) vermijden om daarbij de vena saphena medialis aan te prikken.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
