Samenvatting: Transplantation Immunology

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Transplantation immunology

• 1 General principles of transplantation immunology

• Na hoeveel dagen vindt de 'first set rejection' plaats, en na hoeveel de 'second set rejection'?

  De first set rejection vindt plaats na 10 tot 14 dagen, en de second set rejection vindt plaats na 3 tot 7 dagen.

• Welke rol spelen DAMP's (damage - associated molecular patterns)  in de afweer en hoe komen ze tot expressie?

  Ischemische schade die kan ontstaan tijdens de transplantatie kan er voor zorgen dat DAMP's tot expressie komen. DAMP's wekken enkele aangeboren immuunreacties op, en kunnen APC's activeren.

• 2 Adaptive immune responses to allografts

• 2.2 Recognition of alloantigens by T cells

• Waar in het lichaam vinden voornamelijk de reacties van T cellen op MHC alloantigenen plaats?

  Of er nou sprake is van directe of indirect presentatie, deze reacties vinden voornamelijk plaats in de lymfe knopen.

• 2.2.1 Direct recognition of MHC alloantigens on donor cells

• Leg negatieve en positieve selectie uit in de thymus.

  • Negatieve selectie: het elimineren van T cellen die een hoge affiniteit hebben voor zelf-MHC.
    
  • Positieve selectie: het stimuleren van T cellen die een lage affiniteit hebben voor zelf-MHC.

  Door deze 2 selecties heeft het grootste gedeelte T cellen een hoge affiniteit voor allogenisch MHC.

• Waarom kan van directe herkenning als een kruisreactie gedacht worden?

  Een T cel die is geselecteerd om zelf-MHC beperkt te zijn, kan toch aan structureel dezelfde allogenisch MHC binden om T cellen te activeren.

• Waarom kunnen T cellen MHC moleculen met zelf-peptides toch herkennen?

  De polymorfide aminozuren op het allogenische MHC molecuul alleen al zorgen ervoor dat T cellen deze moleculen toch kunnen herkennen.

• Waardoor is er zo'n hoge frequentie aan T cellen die allogenische MHC moleculen kunnen herkennen?

  • Een MHC molecuul heeft vele verschillende peptides aan zich gebonden, en theoretisch gezien kan iedere verschillende kloon T cellen weer een ander peptide herkennen.
    
  • (Zelf-peptide - allogenisch MHC) moleculen hebben niet mee gedaan bij negatieve selectie in de thymus, en daardoor zijn T cellen specifiek voor deze moleculen niet geëlimineerd.
  • Vele van de T cellen die worden geactiveerd zijn 'memory T cells' en dat snellere en krachtigere responders.

• 2.2.2 Indirect recognition of alloantigens

• Wat is 'cross presentation' of 'cross priming'?

  Het indirect herkennen van CD8 T cellen via klasse I MHC moleculen.

• 3 Activation and effector functions of alloreactive T lymphocytes

• 3.1 Activation of alloreactive T lymphocytes

• Wat kan de 'mixed lymphocyte reaction' (MLR) meten?

  De respons van T cellen op vreemde MHC moleculen kan geanalyseerd worden.

• 3.2 Role of costimulation in T cell responses to alloantigens

• Wat is de rol van costimulatie in T cel responsen?

  T cellen hebben 2 signalen nodig om geactiveerd te worden, dit 2e signaal gebeurd door middel van costimulatie. Dit is vooral geregeld door de b7 moleculen op APCs.