Investeringsbeoordeling
39 belangrijke vragen over Investeringsbeoordeling
Wat versta je onder het capital budgetting-probleem? Wat valt hieronder zoal?
Dit is het geheel van:
- doelstellingen
- analyses
- rekentechnieken
- beslissingen mbt vastleggen van vermogen in activa
Investeren is het vastleggen van vermogen in activa op lange en/of korte termijn. Wat wordt hiermee bedoeld?
Korte termijn: vermogen keer binnen een jaar weer terug in de kasvorm (kasgeld of banktegoed)
Wat is het verschil tussen directe en indirecte investeringen?
Indirecte investeringen: Investeringen in geïnduceeerd nettowerkkapitaal. In samenhang met deze investeringen kunnen de directe investeringen worden beoordeeld.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is het verschil tussen uitbreidings- en vervangingsinvesteringen?
Vervangingsinvesteringen: investeringen ter vervanging van bestaande (al of niet versleten) productiemiddelen
Wat is het verschil tussen breedte- en diepte-investeringen? Welke invloed hebben deze op de arbeidsproductiviteit?
Diepte investeringen: Investeringen in productiemiddelen waarbij de arbeidsproductiviteit toeneemt.
Wat is de eigenvermogenfictie? Waarom moet deze bij de berekening van de kasstromen worden toegepast?
Welke vier regels dienen bij de berekening van de relevante kasstromen van een investeringsproject in acht te worden genomen?
- beschouw alleen de mutaties die in kasstromen van de onderneming optreden
- houd rekening met alternatieve kasstromen
- bereken de kasstromen na belasting
- laat de financieringskasstromen buiten beschouwing (het gaat immers om vrije kasstromen)
In welke drie categorieën worden de kasstromen verdeeld? Geef een toelichting op elke categorie
- Initiële kasstroom: de directe kasuitgaven die nodig zijn om het project op te starten
- Exploitatiekasstroom: kasstromen die gedurende de looptijd van het project door exploitatie van het project wordt verkregen
- Liquidatiekasstroom: kasstroom die aan het eind van de looptijd van het project door de beëindiging van het project wordt gerealiseerd
Wat is het verschil tussen conventionele en niet-conventionele projecten? Waarom is dit onderscheid relevant?
alles waar slechts 1 tekenwissel in voorkomt is conventioneel.
In welke twee soorten kunnen investeringsproblemen worden ingedeeld? Beschrijf de aard van elke soort.
- accepteer/verwerpproblemen: beoordeling van een enkel projecct op zichzelf, waarbij de vraag moet worden beantwoord of het betreffende project acceptabel is
- selectieproblemen: het doen van een keuze tussen verschillende projecten onderling omdat meer dan één project voldoet aan de financieel-economische minimumeisen
De beschikbare alternatieven kunnen worden ingedeeld in een efficiënte set en een niet-efficiënte set. Wanneer behoort een project tot de efficiënte set en wanneer tot de niet-efficiënte set?
- efficiënte set: project voldoet aan de gestelde criteria mbt het rendement en/of risico
- niet-efficiënte set: project met onaanvaardbare combinatie van rendement en risico
Hoe noem je het project uit de efficiënte set dat als beste wordt beoordeeld?
Welke twee groepen worden binnen de beoordelingsmethoden onderscheiden?
- de traditionele methoden
- de discounted cash-flow methoden
Wat versta je onder risicogecorrigeerde disconteringsvoet?
Noem twee beoordelingsmethoden die tot de traditionele methoden van investeringsbeoordeling worden gerekend.
- de methode van de terugverdientijd - pay-back-period
- de methode van de (gemiddelde) boekhoudkundige rentabiliteit
Noem de belangrijkste drie methoden die tot de discounted cashflow van investeringsbeoordeling worden gerekend.
- methode van de Interne Rentevoet (interne rendement / interne rentabiliteit)
- methode van de Netto Contante Waarde (NCW)
- annuïteitenmethode
Beschrijf hoe bij de NCW methode de netto contante waarde wordt berekend. En wat is de bruto contante waarde of rentabiliteitswaarde van het project?
Deze som noem je de Bruto Contante Waarde of Rentabiliteitswaarde van een project.
Aan welke voorwaarde moet zijn voldaan voor correcte toepassing van de NCW-methode? Hoe moet worden gehandeld indien niet aan deze voorwaarde is voldaan?
Als levensduur verschilt dan moet expliciet worden aangegeven welke kasstromen gedurende het levensduurverschil worden verwacht.
Als investeringsbedragen verschillen dan moet uitdrukkelijk van verschillende investeringsbedragen van de vergeleken projecten worden aangegeven.
Wat versta je onder de liquidatiefictie?
Wat mag je veronderstellen ten aanzien van de kasstromen als er geen aanvullende informatie beschikbaar is mbt levensduurverschillen of verschillen in investeringsbedragen?
Hoe kan je een niet-conventioneel project laten overgaan in een conventioneel project waarvan de netto contante waarde op de gebruikelijke wijze berekend kan worden?
Hoe is de interne rentevoet van een project gedefinieerd?
Hoe wordt de minimaal vereiste rentabiliteit genoemd waaraan bij acceptatie/verwerpbeslissingen de interne rentevoet wordt getoetst?
Welke impliciete veronderstelling omtrent herinvestering van de kasstromen wordt bij de IRV-methode gemaakt?
Waarom is de IRV methode niet geschikt als selectiemethode?
Hoe kan men aan het bezwaar van de IRV-methode (het herinvesteringsmechanisme) tegemoet komen?
Vergelijk de geschiktheid van de NCW-methode en de IRV-methode bij accepteer/verwerpproblemen en bij selectieproblemen
Selectieproblemen: NCW heeft geen eindwaardeberekening nodig omdat de herinvesteringsveronderstelling in het algemeen realistisch is. Alleen bij niet-conventionele projecten moeten kasstromen worden geherstructureerd. IRV methode altijd eindwaardeberekening nodig, zowel conventioneel als niet-conventioneel. NCW methode heeft voorkeur omdat deze efficiënter is.
Voegt de annuïteitenmethode nog iets toe aan de NCW-methode bij accepteer/verwerpproblemen resp. bij selectieproblemen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat?
Selectieprobleem: Nuttig want: Als looptijden verschillen en als aannemelijk is dat projecten na afloop van de levensduur identiek worden herhaald (dezelfde kasstroom en zelfde investeringsbedrag als oorspronkelijk project).
Wat versta je onder de Terugverdientijd / Pay Back Period?
Noem de voor- en nadelen van de Terugverdientijd of pay back period
nadeel: Er wordt geen rekening gehouden met kasstromen die nog worden ontvangen na het verstrijken van de periode tot aan het einde van de looptijd. En er wordt geen rekening gehouden met de tijdswaarde van geld.
Wat bedoelen ze met de economische pay back period?
Beschrijf de methode van de boekhoudkundige rentabiliteit
Welke twee bezwaren kent de boekhoudkundige rentabiliteit?
- Investeringen na tijdstip t=0 zijn moeilijk te verwerken in de noemer.
Wanneer is herinvesteren wenselijk gelet op de doelstelling van de onderneming?
Wat versta je onder de herinvesteringsquote?
Welke drie typen waardecreërende strategieën zijn te onderscheiden?
- vergroten van het operationele resultaat
- desinvesteren
- entameren (starten) van nieuwe projecten
Op welke wijze kan het risico in het investeringsbeslissingsproces worden meegenomen?
- methode van de risico-opslag in de disconteringsvoet bij de NCW-methode
- methode van het zekerheidsequivalent van kasstromen bij de NCW-methode
- methode van maximalisatie van het verwachte nut
- risicoreductie
Wat meet je met de standaarddeviatie van de kasstromen van een project?
Wanneer is een project dominant?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden