Samenvatting: Tussentoets Literatuurgeschiedenis

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Tussentoets Literatuurgeschiedenis

• 1 Het overkoepelende gedeelte

• Wat is de tijdlijn van de literatuurgeschiedenis?

  • Oudheid
    
  • Middeleeuwen
  • Renaissance
  • Verlichting
  • Romantiek en realisme
  • Nieuwe tijd

• 2 Oudheid

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn de belangrijkste kenmerken van de pp? (oudheid)

  • Grieken en Romeinen
  • Christendom
  • Bijbelverhalen
  • Mythologie
  • Komedies en tragedies (kenmerken!)
  • Openluchttheaters
  • Hiernamaals  (volgens Grieks/Romeinse mythologie en volgens Christendom)

• Wat zijn de belangrijkste verhalen van de pp? (oudheid)

  3.2 Homerus: Ilias en Odyssee (Trojaanse oorlog en vervolg)
  
  3.3 Sophocles: Koning Oedipus (gebaseerd op Oedipus-mythe)
  
  3.4 Ovidius: Metamorfosen (verzameling verhalen over mythische figuren die een gedaanteverwisseling ondergaan)
  
  3.5 Bijbelverhalen: Oude Testament en Nieuwe Testament

• 2.1 Geschiedenis

  Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat voor volk zijn de Romeinen?

  Een volk wat alle gebruiken overneemt van andere volken en ze vervolgens aanpassen of verbeteren. Dit namen ze meestal over van de Grieken.

• Wat voor volk zijn de Grieken?

  Een volk wat geloofden in meerdere goden. Deze woonden volgens hen op Olympus. De top van deze berg is vaak in nevelen gehuld, vandaar dat de mensen hun nooit konden zien.

• Waar werd Jezus geboren en wat deed hij nog meer?

  Jezus werd geboren in Bethlehem en verrichtte volgens de Bijbelverhalen talloze wonderen. Hij genas zieken, verjoeg demonen en liep over water.

• Wat voor 'literatuur' maakten de Grieken vooral?

  De oude Grieken schreven vooral over mensen: het heldendicht was een populair genre. Ook in de Griekse toneelstukken stond de mens centraal. Vaak ging het om tragedies waarin het slecht afliep met de hoofdpersoon, maar de Grieken maakten ook komedies, waarin de spot werd gedreven met allerlei menselijke dwaasheden.

• Wat voor 'literatuur' maakten de Romeinen vooral?

  De Romeinen waren aanvankelijk wat meer gericht op aardse zaken: hun teksten gingen vooral over geschiedenis, recht en staatsinrichting. Geleidelijk ontwikkelden zich echter een literatuur, in de theaters werden tragedies en komedies gespeeld, die uit het Grieks waren vertaald of die naar Grieks voorbeeld waren gemaakt. Ook ontstonden er Romeinse heldendichten, als tegenhanger van de Griekse.

• Wat voor typische wezens zitten er vaak in mythologische verhalen?

  In het algemeen wemelt het in de mythologische verhalen van de verliefde, jaloerse en wraakzuchtige typen. 

• Waar ga je volgens de Grieks/Romeinse mythologie na je dood naartoe?

  Volgens de Grieks/Romeinse mythologie ging je na je dood naar de onderwereld, waar Hades heerste. De poort van de onderwereld werd bewaakt door de driekoppige hond Cerberus. Die kwispelde blij met zijn staart als hij nieuwe bewoners zag, maar vrat iedereen op die de onderwereld probeerde te verlaten. Als je de poort gepasseerd was, moest je de Styx oversteken. De veerman Charon, die de doden tegen betaling van een obool (een munt) met zijn bootje overzette.