Samenvatting: Uni Moleculaire Genetica 1 Toets 1
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van UNI moleculaire genetica 1 toets 1
-
45 235trg
Dit is een preview. Er zijn 18 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 45
Laat hier meer flashcards zien -
Wat gebeurt er in de G2- en G1-fase van de celcyclus? Of gebeurt er misschien helemaal niks???
Jawel, er gebeurt wel degelijk wat. Moet je opletten:
In de G1- en G2- fase van de celcyclus is er sprake van een hoge mate aan metabolisme in de cel. De cel groeit door bepaalde proteïnen aan te maken en celorganellen zoals mitochondria en endoplasmatische reticulums. Ook is bekend dat tijdens de interfase (weet niet waar tijdens de interfase) de centrosomen zich verdubbelen, waardoor er twee centrosomen zullen zijn (1 voor iedere pool). -
Behoort de cytokinese tot de mitotische fase van de celcyclus?
Jazeker! Hoewel de cytokinese niet tot het proces van mitose behoort, behoort de cytokinese wel tot de mitotische fase (de M-fase). -
Op welke manier worden de microtubuli die niet vast zitten aan kinetochoren langer en op welke manier worden de microtubuli die wel vastzitten aan de kinetochoren korter tijdens de anafase van de celcyclus?
De microtubuli die vastzitten aan de kinetochoren worden korter als gevolg van depolymerisatie, waardoor eiwitten in het cytoplasma terecht komen. Deze eiwitten (tubuline) worden vervolgens gebruikt om polymerisatie te veroorzaken bij de overlappende microtubuli, waardoor deze langer worden met als gevolg uitrekking van de cel. -
Welke functie hebben de centriolen in de centrosomen van een cel?
Geen functie. De microtubuli kunnen nog steeds gesynthetiseerd worden zonder centriolen. Sterker nog, planten hebben niet eens centriolen in hun centrosomen. -
Wanneer is het spoelfiguur compleet?
Als de metafase komt. De asters zijn gebonden aan het celmembraan, de non-kinetochore microtubuli hebben een interactie met elkaar aangegaan en de kinetochore microtubuli zijn gebonden aan de kinetochoren, terwijl de chromosomen zich gepositioneerd hebben op het equatoriale vlak. -
Door welke gebeurtenis worden de chromatiden tijdens de anafase uit elkaar getrokken?
De eiwitten die de chromatiden bij de centrosomen bij elkaar houden worden afgebroken met behulp van een enzym genaamd seperase. Dit heeft als gevolg dat de microtubuli de nu aparte chromosomen naar de twee polen van de cel kunnen trekken. -
Hoe werken motoreiwitten? (2 manieren)
De werking verschilt per celtype, maar over het algemeen zijn er twee verschillende manieren waarop het werkt. De 1e manier zegt dat motoreiwitten vanaf de hechtingsplaatsen van de kinetochoren in de richting van de centrosomen bewegen waarna de microtubuli depolymeriseren als het motoreiwit een bepaalde plek op de microtubuli is gepasseerd. De 2e manier zegt dat de motoreiwitten bij de polen (centrosomen) zitten en de microtubuli als het ware "binnenhengelen". De microtubuli depolymeriseren nadat ze de motoreiwitten gepasseerd zijn. Beide manieren worden aangenomen. -
Wat is aneuploïdie en wat is polyploïdie?
Aneuploïdie is een verschijnsel dat is ontstaan als gevolg van nondisjunctie. Bij aneuploïdie mist een organisme in iedere cel 1 chromosoom of heeft er 1 extra. Polyploïdie is een verschijnsel waarbij een cel van een organisme meer dan 2 sets van een chromosoom heeft (meer dan 2 homologe chromosomen). -
Mutaties ontstaan door alternaties in de structuur van chromosomen. Er zijn vier verschillende types van alternaties in de structuur van chromosomen. Noem ze alle vier.
Deletie: een deel van de chromosoomstructuur wordt er als het ware uitgeknipt, waardoor er een deel mist.
Duplicatie: het fragment dat weg is gehaald bij de deletie kan zich hechten aan zuster of nonzusterchromatide, waardoor er aan dit chromatide een fragment dubbel voorkomt.
Inversie: een fragment dat weg is gehaald bij deletie kan in omgekeerde volgorde weer worden teruggeplakt in het originele chromatide.
Translocatie: een weggeknipt fragment kan zich hechten aan een niet-homoloog chromosoom. -
Hoe worden de niet-geslachtsbepalende chrosomen ook wel genoemd?
Autosomen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden