Samenvatting: Urogenitaal Stelsel

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Urogenitaal stelsel

• 1 Urinewegen en geslachtorganen; bouw en functie

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Welke 2 functies heeft het urinewegstelsel?

  • Vorming  van urine in de nieren
  • Transport van urine verloopt via de urineleiders, blaas en urinebuis.

• Hoeveel bloed stroomt er dagelijks door de nieren?

  180 liter. Dit is tevens de hoeveelheid voorurine die dagelijks geproduceerd wordt waarbij er ongeveer 1,5 liter overblijft na filtratie.

• Waaruit bestaat de bouw van de nieren (renes)?

  • Nierkapsel
  • Nierschors
  • Niermerg
  • Nierbekken

  
  
  Het bloed komt de nier binnen via de nierslagader, waarna het via het niermerg terecht komt in de nierschors met nefronen. Hier vindt het zuiveringsproces plaats.  Het gefilterde bloed stroomt via de nierader naar het hart. De urine gaat via de nierkelkjes en het nierbekken via de urineleider naar de blaas.

• Hoe ziet de bouw en de werking van de nier eruit?

  Zie afbeelding
  Urinewegen bestaan uit:
  

  • twee urineleiders (ureters); zijn 20 tot 30 cm lang; transporteren urine vanuit nierbekken naar blaas dmv peristaltische bewegingen.
  • Blaas (vesica urinaria) verzameld en opslag van urine.; bij 200 tot 300 ml urine geeft blaas signaal af om te gaan plassen. Blaas kan oprekken tot 1,5 liter. 
  • Urinebuis (urethra) ; 3 cm lang bij de vrouw en 20 cm lang bij de man.

• Waaruit bestaat het vrouwelijke geslachtsorgaan:

  • Ovaria (eierstokken)
    
  • Tubae (eileiders)
  • Uterus (baarmoeder)
  • Vagina (schede)
  • Adnexa (steunweefsels verbonden aan bovengenoemde)

  Uitwendige geslachtsorganen (vulva):
  

  • Labia (schaamlippen)
  • Clitoris (kittelaar)
  • Vestibulum vaginae (voorhof)
  • Mons pubis (venusheuvel)
  • Maagdenvlies

• Waaruit bestaat het uitwendige mannelijke geslachtsorgaan:

  • Testes of gonaden (testikels) waarin de zaadcellen worden gevormd.
    
  • Scrotum (huidzakje waarin de testikels hangen)
  • Spermatozoa (zaadcellen)
  • Kanaalsysteem
  • Epididymis (bijbal) is opslagplaats voor de spermatozoa waar ook verdere rijping plaats vindt. 
  • Ductus deferens (zaadleider is ongeveer 30 cm lang en heeft een krachtige spierwand)
  • Vesiculae Seminalis (zaadblaasjes, ongeveer 5 cm lang en liggen tegen de zaadleider aan, vormen vocht en voeding voor de zaadcellen en volume aan zaadlozing)
  • Prostaat  (voorstandsklier met veel spieren, ligt om de urinebuis heen en produceert vocht voor de zaadlozing, vergroot kans op bevruchting)
  • Kliertjes van Cowper (produceren voorvocht)

• 2 Diagnostische onderzoeken urinewegen

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Noem 4 diagnostische onderzoeken van de urinewegen?

  1. Bloed onderzoek (zijn er nierfunctie stoornissen of ontstekingen)
  2. Urineonderzoek (is er sprake van nitriet, leuco's, ery's of proteinurie)
  3. Echografie (afbeeldend onderzoek naar afwijkingen in de nieren en/of de blaas)
  4. Cystoscopie (kijkonderzoek via de urinebuis naar afwijkingen van de urinebuis en/of de blaas)

• 3 Aandoeningen van de nieren, urinewegen en geslachtsorganen

  Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
  Laat hier meer flashcards zien

• Noem 7 aangeboren afwijkingen aan de nieren en urinewegen:

  1. Cystenieren: erfelijke nierziekte
  2. Verwijding van de urineleiders.
     
  3. Vernauwing van de urineleiders
  4. Verkeerde of dubbele aanleg van de urineleiders
  5. Aangeboren vormafwijkingen
  6. Verzwakte blaaswand.
  7. Epispadie is een aangeboren afwijking van het mannelijk geslachtsorgaan, waarbij de opening van de plasbuis (urethra) niet in de top van de eikel is gelegen maar ergens aan de rugzijde van de eikel of de penis.

• Noem 3 mogelijke oorzaken van acute nierinsufficiëntie:

  1. Onvoldoende bloed toevoer naar de nieren door bijv. uitdroging, trauma, obstructie bloedvaten bij de nieren.
  2. Gebruikt bepaalde geneesmiddelen.
  3. Infectieziekten zoals angina of erysipelas

• Noem 7 mogelijke oorzaken van chronische nierinsufficiëntie:

  1. Hypertensie
  2. Diabetes Mellitus
  3. Bepaalde geneesmiddelen
  4. Aangeboren aandoeningen zoals cystenieren of anatomische afwijkingen van het urinewegstelsel
  5. Artherosclerose
  6. Roken en/of ongezonde leefstijl
  7. Beschadiging van de nierfilters doordat urine zich ophoopt in het nierbekken (waternier)