Privaatrecht - Verbintenissenrecht - Onrechtmatige daad

7 belangrijke vragen over Privaatrecht - Verbintenissenrecht - Onrechtmatige daad

Je bent aansprakelijk voor de gevolgen van onrechtmatig handelen indien (6 eisen) :

- er sprake is van een gedraging

- de gedraging onrechtmatig is (d.w.z. inbreuk op andermans recht, in strijd met wettelijke plicht of met ongeschreven recht t.a.v. hoe het betaamt)

- de gedraging hem kan worden toegerekend

- door de gedraging vermogensschade is ontstaan

- er een causaal verband is tussen de onrechtmatige daad en de schade

- er sprake is van relativiteit (je bent t.o.v. 1 persoon aansprakelijk en ten tweede is relatief hoever de bescherming moet reiken van een bepaald voorschrift en tot hoever en van wie een schadeclaim dus redelijk is.

Een persoon is aansprakelijk voor de gevolgen van een onrechtmatig handelen indien aan een aantal eisen is voldaan, noem deze eisen.

  1. Er is sprake van een gedraging
  2. de gedraging is onrechtmatig (art. 6:162 tweede lid BW): I gedraging maakt inbreuk op subjectief recht ander (ontleent aan objectief recht; persoonlijkheidsrechten en absolute rechten), II gedraging is in strijd met wettelijke plicht. III gedraging is in strijdt met het ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt. Er is geen rechtvaardigingsgrond.
  3. de gedraging kan aan de dader worden toegerekend (toerekening)
  4. ten gevolge van de gedraging is vermogenschade ontstaan
  5. er bestaat een causaalverband tussen de onrechtmatige daad en de ontstane schade
  6. er is sprake van relativiteit (relativiteitseis)

Wanneer kan een dader van een onrechtmatige daad onder de kwalificatie van een onrechtmatigheid uitkomen?

Als hij zich kan beroepen op de rechtvaardigheidsgrond, zoals ambtelijk bevel, wettelijk voorschrift, noodweer, noodtoetstand.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Op welke grond kan het onrechtmatige karakter van de daad weggenomen worden en welke zijn dit?

De volgende rechtvaardingsgronden (art. 6:162 2e lid BW) kunnen het onrechtmatige karakter van een daad wegnemen:
  • ambtelijk bevel
  • wettelijk voorschrift
  • noodweer
  • noodtoestand

Wie moet in geval van een tekortkoming het bewijs daartoe leveren? De schuldeiser (bewijs)  of schuldenaar (ontkrachting)?

De schuldenaar moet bewijzen dat het hem niet kan worden toegerekend.

 

De schuldeiser hoeft alleen maar aan te tonen dat een prestatie niet geleverd is dus simpelweg te vertellen dat er sprake is van een tekortkoming.

Welke toekenningscriteria kent de onrechtmatige daad?

- Schuld van de dader zelf
- Een oorzaak die krachtens de wet voor rekening van de dader komt
- te wijten is aan een oorzaak die in het maatschappelijk verkeer geldende opvatting voor rekening van de dader komt.

Persoonlijke aansprakelijkheid --> gaat om het handelen van de pleger zelf.
Kwalitatieve aansprakelijkheid --> persoon staat in een bepaalde relatie tot een ander of een zaak, b.v. ouder/kind, werkgever/werknemer, bezitter van opstal en bezitter dier.

Het begrip onrechtmatig heeft betrekking op de daad. De toerekening heeft betrekking op de dader. Wanneer kan het de dader worden toegerekend?

art 6: 162 BW :

  • als het te wijten is aan de schuld van de dader
  • als het te wijten is aan een oorzaak die voor rekening van de dader komt
  • als het te wijten is aan een oorzaak die krachtens in het verkeer geldende opvattingen voor rekening van de dader komt

 

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo