Basis fysiologische concepten
26 belangrijke vragen over Basis fysiologische concepten
Hoe zorg je ervoor dat een bepaald orgaan meer/minder flow krijgt in het lichaam?
Je krijgt dan een herverdeling van de 5L cardiac output die werd verdeeld over de systemen.
Daarnaast zou je ervoor kunnen zorgen dat de totale cardiac output vomhoog gaat, dan krijgt elk orgaan meer bloed.
Hoe is de flow verdeling in het cardiovasculaire systeem?
Er is een drukverschil tussen arteriële en veneuze vaten.
Alle organen staan bloot aan hetzelfde drukverschil.
De hoeveelheid flow die door een orgaan gaat wordt dus bepaald door de relatieve weerstand van dat orgaan.
Het orgaan met de laagste weerstnad, krijgt de hoogste flow.
Hoe is het cardiovasculair systeem opgebouwd?
Tussen linker en rechterkant zit het circulatiesysteem.
Tussen rechter en linkerkant zit het pulmonale circulaite.
Als er 5L per minuut door de aorta gaat, dan gaat er ook 5 L per minuut door de pulmonaal arteriën.
In serie: flow is voeral hetzelfde
Paralllel : flow verdeelt zich over subsystemen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wanneer is iets een levend organisme?
Interactie met zijn omgeving
Aanpassen aan veranderde omstandigheden
Wat is er voor nodig om je aan tekunnen passen aan de veranderende omstandigheden, leven?
Katabolisme: afbreken van organische stoffen om energie te genereren
Anabolisme: gebruiken van energie om bepaald esubstanties op te bouwen: celwand intact blijven, potentiaalverschillen behouden, ionenpompen
Cellen hebben een mechanisme nodig om de substraten naar de cel toe te brengen en de afvalproducten weer af te voeren. Hiervoor is circulatie
Wat is een unicellulair organisme?
Wat is een multicellulair organisme met gesloten buis?
Voor simpele systemen wordt dit opgelost met kanaaltjes, dieper in kanaaltjes is er groter probleem met de uitwisseling. Dit moet ververst worden door stroming.
voor iets wat metabool atief is, volstaat dit niet, de concentratiegradiënt is veel lager als je dieper in de cel komt.
Wat is een complex organisme?
Er ontstaat een kanaaltjessysteem met een pomp die ervoor zorgt dat naar het interieur de nutriënten gevoerd worden en naar het exterieur de afvalsttofen. dit gebeurt via bloed.
Wat zijn hogere organismen?
Aparte pompen voor beide systemen
Wat is de rol van circulatie?
Snelle chemische signalen versturen, hormonen, neurotransmitters
Thermoregulatie, dissipatie van hitte
inflammatoire systemen
Uit welke componenten moet een circulatie systeem bestaan?
Buissysteem: vasculair systeem, pulmonale circulatie
Vloeistof: bleod
Welke fysische concepten spelen bij de circulatie?
Weerstand (parallel en serie)
Compliantie (bepaalt hoe hoog de druk is, de stijfheid)
Viscositeit: eigenschap van bloed, stroperigheid van het medium. Als het heel stroperig is, of juist heel los heeft invloed op de weerstand en op de stroming.
Darcy's law = flow = drukverschil / weerstand
Wet van Poiseuille
Welk verband is er tussen flow en snelheid?
Leg uit in welke richting de gemiddelde bloeddruk gaat? (richting SBP of DBP?
Welke eissen moet een vat aan voldoen om de wet van Poiseuille toe te kunnen passen
Vat: recht, constnate straal, niet vertakt
Snelheid aan de wand is nul
Laminaire flow
steady flow
Constante viscositeit
Wat is laminaire flow, wat is turbulente flow?
Naarmate je verder naar de buitenkant komt krijg je turbelente flow. geen lineair verband meer.
Wat zijn eigenschappen van de twee belangrijkste compliante systemen in ons lichaam?
- arteriële systeem is veel stijver dan het veneuze systeem
- in het veneuze systeem kun je heel veel volume kwijt, terwijl de druk laag blijft
- in het arteriële systeem krijg je bij een kleine beetje volume toename al een stijging van druk.
Hoe kun je druk in het vaatsysteem veranderen?
Wand minder compliant maken
Noem een definitie van:
zuur, base, pH, pOH.
Base: H+ acceptor
pH = -log 10 [H]
pOH = -log 10 [OH]
pH + pOH = 14
pH schaal is voor het gemak dpH
pH > 7 basische oplossingen
pH < 7 zure oplossing
Wat is de dissociatieconstante van een zuur-base reactie?
Welke buffers bevinden zich in bloed?
Niet-bicarbonaatbuffers vormen een gesloten systeem: eiwitten kunnen de bloedbaan niet gemakkelijk verlaten.
CO2 kan de weefsels wel verlaten, dit is een open buffersysteem.
Ze hebben een verschillende buffercapcaiteit bèta.
Wanneer is de buffercapaciteit het grootst?
Niet elke buffer heeft dezelfde pK waarde.
Hoe meer bufferconcentratie, des te groter de buffercapaciteit
Er is een brede range waarin de buffercapaciteit maximaal is, omdat er meerdere buffers zijn.
Leg uit dat je voor verhoging van 12 naar 24 mmol meer dan 12 mmol HCO3- moet toevoegen.
Een gedeelte van het toegevoegde bicarbonaat wordt dur ongesoupeerd door protonen afkomst van andere buffers.
Welke buffers bevinden zich in urine?
Welke invloed heeft doorbloeding op de buffercapaciteit?
Als weefsel slecht doorbloe dwordt, neemt de buffercapciteit dus ook af.
Wat is de bijdrage van longen en nieren aan de buffering van bloed?
H+ verwijderd door nier: 70 mmol/dag
zuurbelasting in ons lichaam, klein deel wordt met ontlasting uitgescheiden, groot deel wordt opgenomen .
Longen en nieren veranderen dit.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden