Inleiding communicatie en signaal overdracht

9 belangrijke vragen over Inleiding communicatie en signaal overdracht

Via welke 4 pathways kunnen cellen communiceren?

  • Endocrien
    • Lange afstand
    • afgegeven - bloedbaan - afgegeven
  • Paracrien
    • Korte afstand
    • Signaal afgeven aan nabij gelegen cellen
  • Neuronaal
    • via axonen elektrische signalen die zorgen voor de afgifte van neurotransmitter
    • Lange en korte afstand mogelijk
  • Contact afhankelijk
    • Cellen raken elkaar aan
    • Korte afstand

Welke twee hoofdtypen receptoren bevatten cellen? (+kenmerken)

  • Intracellulaire
    • hydrofoob
    • bijv. Steroide hormonen zoals cortisol, estradiol en testosteron.
    • Vormen in de cel een ligand-receptor complex door te binden aan intracellulaire receptoren.
  • Extracellulaire/celoppervlakte receptoren
    • hydrofiel

Wat zijn de 4 verschillende functies die membraaneiwitten kunnen hebben?

  • Transporters en kanalen
  • Anchors
  • Receptors
  • Enzymen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke 4 verschillende membraan geassocieerde eiwitten zijn er?

  • Transmembraan
    • volledig door het membraan heen steekt aan beide kanten een stuk uit.
  • Enkellaags verbinding
    • met alfahelix
  • Lipidegebonden
    • gebonden aan een lipide
  • Eiwitgebonden
    • gebonden aan andere transmembraan eiwit

Welke stappen treden er op nadat een extracellulair signaal molecuul bindt aan een receptoreiwit?

  • Het receptor eiwit activeert 1 of meerdere intracellulaire signaalroutes (signaling pathways)
  • Geleid door een bepaalde hoeveelheid intra-cellulaire signaalmoleculen.
    • Eiwitten of kleine messenger moleculen
  • Uiteindelijk communiceren de signaalmoleculen met specifieke effector eiwitten
  • Gedrag van de cel zal veranderen

Wat is het verschil tussen glycogeen synthase en glycogeen fosforylase?

Synthase:
  • Anabool enzym (opbouw)
  • A vorm is actief en gedefosforyleerd
  • B vorm in inactief en gefosforyleerd


fosforylase:
  • Katabool enzym (afbraak)
  • A vorm is actief en gefosforyleerd
  • B vorm in inactief en gedefosforyleerd

Wat is het effect van insuline op glycogeen metabolisme?

  • Insuline: hormoon met sterke anabole werking
  • Insuline activeert intracellulair Protein Fosfatase-1
    • Een fosfatase verwijderd fosfaat groepen
  • Actief Protein Fosfatase-1 zorgt voor
    • Bevordering glycogeen synthese door omzetting van de inactieve B-vorm van Glycogeen synthase in de actieve Avorm
    • Remming van glycogeen afbraak door omzetting van de actieve A-vorm van Glycogeen fosforylase in de inactieve Bvorm

Wat is het verschil tussen insuline vs glucagon en adrenaline?

Tegenovergestelde werking, waar insuline juist de bloedsuikerspiegel verlaagd maken deze andere twee juist suiker vrij

Wat is het effect van glucagon/adrenaline op glycogeen metabolisme?

  • Glucagon/Adrenaline activeert Protein Kinase A (PKA) d.m.v. cyclisch AMP

webkit-standard
  • Actief PKA zorgt d.m.v. proteine fosforyleringen tegelijkerijd voor:
    • Bevordering glycogeen afbraak door omzetting van de inactieve B-vorm van Glycogeen fosforylase in de actieve Avorm
    • Remming van glycogeen synthese door omzetting de actieve A-vorm van Glycogeen Synthase in de inactieve B-vorm

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo