Samenvatting: Vaste En Variabele Doelen
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Vaste en variabele doelen
-
1 Vaste en variabele kosten
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
De 3 soorten variabele kosten
1. Propotionele: lineare lijn met toename van productie/afzet, bv grondstoffen.
2. Progressieve: neemt toe namate de productie/afzet toeneemt, bv uitzendkrachten.
3. Degressieve: stijgt naarmate productie/afzet toeneemt, bv korting bij inkoop -
3 Break-evenomzet
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
Formule contributiemarge als percentage van de verkoopprijs
Break-evenomzet= P - v : P -
5 Integale fabricage kostprijs
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer zijn alle de integrale fabricage kosten gelijk aan de variabele kosten per product?
Wanneer alle productiekosten proportioneel variabel zijn. -
Voor hoe lang word de integrale kostprijs altijd vastgesteld en word deze vaak gewijzigd?
Voor een langere periode en daarna niet continue gewijzigd. -
Wat gebeurd er met de fabricage kostprijs per product naarmate de productievolume stijgt?
Die neemt af naarmate de productievolume stijgt, deze daling wordt veroorzaakt doordat de constante kosten verdeeld kunnen worden over een groter aantal geproduceerde producten. -
6 Uitval
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer vind uitval plaats?
Op het moment dat er producten worden afgekeurd. -
Aan de hand van welke kosten word er beslist of een uitval product word gerepareerd of niet?
Er word een afweging gemaakt tussen de herstelkosten en de totale kosten. -
Formule van de relatie tussen de goedgekeurde productie en het uitvalpercentage:
Goedgekeurde productie = ongekeurde productie x ( 1 - Uitvalpercentage ) -
Welke twee integrale fabricagekosten zijn er te onderscheiden als een bedrijf te maken heeft met uitval?
1. De kostprijs voordat uitval verwerkt is: De fabricagekostprijs ongekeurd
2. De kostprijs waarin de afval wel verwerkt is : De fabricagekostprijs goedgekeurd -
Wat word er met de kosten gedaan die zijn gemaakt om het product te herstellen?
Die worden aan als opslag toegerekend aan de goedgekeurde producten.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden