Startpagina / Samenvattingen / Class notes - Vastgoed Economie (Map) / markt-makelaardijen-concurrentie

Bedrijfstak makelaardij

11 belangrijke vragen over Bedrijfstak makelaardij

2. Een makelaardij en verzekeringsagent richten samen een dochterbedrijf op dat zich op eigen kracht gaat bezighouden met hypotheekbemiddeling. Van welke samenwerkingsvorm spreken we hier?
Franchising
Fusie
Joint-venture

C. Joint-venture. Het betreft hier een zelfstandige dochteronderneming. De makelaardij en verzekeringsagent blijven zelfstandige bedrijven, er is geen sprake van een fusie.

3. Makelaardij Meermans is met 3 personeelsleden een middelgrote makelaar in een kleine stad in de regio Achterhoek. Het aantal aanbieders is in deze markt is groot en de grootste vier aanbieders in deze stad komen niet verder dan een marktaandeel van 35%. Een bestaande concurrent adverteert met "bij ons betaalt u 0,5% courtage". Dit is een vorm van:
Interne concurrentie
Externe concurrentie
Potentiële concurrentie.

A. Interne concurrentie.
Het is interne concurrentie want het speelt zich binnen de bedrijfstak af.

4. Een aantal makelaardijen in de regio Utrechtse Heuvelrug besluit als een franchiseketen te gaan samenwerken. Welke concurrentievoordeel denken deze makelaardijen daarmee te behalen?
Het voordeel van een grotere markt.
Het voordeel van een grotere kennisvoorsprong.
Het voordeel van een gemeenschappelijke (merk) naam.

C. Het voordeel van een gemeenschappelijke (merk)naam. Dit is een hoofdreden om als franchise door het leven te gaan. De andere twee antwoorden zijn ook van toepassing op 'gewone' makelaardijen.

5. In een middelgrote gemeente zijn tien makelaardijen actief. De marktconcentratie, weergegeven met de concentratie-index C3 bedrijf 65.
Begin januari 2002 gaan de twee grootste makelaardijen in deze gemeente fuseren. Wat gebeurd er door deze fusie, ceteris paribus, met de concentratie-index C3?
Deze stijgt
Deze daalt
Deze blijft gelijk.

A. Deze stijgt.
Door de fusering van de twee grootste is er nu plaats voor de makelaardij die in grootte eerst nummer 4 was: deze wordt nu nummer 3. De C3-index als geheel stijgt hierdoor.

6. De structuur van een markt , het gedrag van de ondernemers op die markt en de resultaten waartoe dit gedrag leidt, worden in hun onderlinge samenhang gestudeerd in de SGR-methode. Daarbij staat SGR voor Structuur, Gedrag en Resultaat. Welke van de volgende gegevens is een structuurkenmerk van de markt voor bestaande koopwoningen?
De markt is niet in verschillende segmenten in te delen
Onderhandse verkopen zonder tussenkomst van een makelaar bevorderen de transparantie van deze markt.
Door het verspreiden van marktinformatie via het internet is de transparantie van deze markt toegenomen.

C.
Door het verspreiden van marktinformatie via het internet is de transparantie van deze markt toegenomen.

7. Een makelaardij en een verzekeringsagent richten samen een dochterbedrijf op dat zich volledig op eigen kracht gaat bezighouden met hypotheekbemiddeling. Van welke vorm van samenwerking is hier sprake?

1.Franchising
2.Joint venture
3.Consortium

B. Beide ondernemingen blijven zelfstandig. De dochteronderneming is een apart bedrijf.

8. Een projectontwikkelaar en een woningcorporatie gaan samen een herstructurering in specifieke projectgebieden in Midden Nederland aanpakken. Winsten of verliezen gaan beide partijen delen op 50/50-basis. Er wordt door deze projecten geen aparte dochteronderneming opgericht. Van welke vorm van samenwerking is hier sprake?
Consortium
Franchising
Joint venture

A.
Consortium. Beide partijen blijven zelfstandig, er is sprake van een tijdelijk samenwerkingsverband.

9. In een middelgrote gemeente concurreren tien makelaardijen met elkaar. In deze gemeente is de vraag naar woningen kleiner dan het aanbod. Wanneer is in deze situatie de concurrentie tussen de makelaardijen het hevigst?
Als de verschillende makelaardijen zich elk specialiseren op verschillende soorten vastgoed.
Als het volledige aanbod aan vastgoed elke week in het plaatselijke huis-aan-huisblad wordt verspreid.
Als in de naburige gemeente Zanddijk de prijzen van woningen dusdanig stijgen dat woningzoekenden in deze gemeente ook in Hopdam gaan zoeken voor een nieuwe woning.

B. Als het volledige aanbod aan vastgoed elke week in de plaatselijke huis-aan-huisblad wordt verspreid.

12.Een aantal krachten bepaalt de intensiteit van de concurrentie. Daarbij is onderscheid te maken tussen interne, externe en potentiële concurrentie. Welke van de volgende uitspraken over de concurrentie tussen makelaardijen zegt iets over de potentiële concurrentie?
Doordat de titelbescherming voor makelaars is afgeschaft, is het eenvoudiger geworden om een makelaardij te beginnen.
Door te differentiëren in het dienstenpakket proberen makelaardijen hun klanten extra service te bieden.
Door het grote aanbod aan nieuwe opgeleverde kantoorpanden zijn de prijzen onder druk komen staan.

A.
Doordat de titelbescherming voor makelaars is afgeschaft, is het eenvoudiger geworden om een makelaardij te beginnen.

13. De markt voor winkelruimte kent minder transparantie dan de kantorensector. Het aantal vragers is klein, de toetreding van nieuwe verhuurders is gering en mededelingen over prijzen worden weinig gedaan.
Waaruit blijkt de gering transparantie in de markt voor winkelruimte?
Het kleine aantal vragers
De schaarse informatie over prijzen
de geringe toetreding van nieuwe verhuurders

B. De schaarse informatie over prijzen.
Het gaat om transparantie, de doorzichtigheid, van de markt. Antwoord a meldt alleen iets over aantallen en antwoord C meldt alleen iets over toetredingsmogelijkheden tot die markt.

14. "De reactie op de leegstand in winkelruimten is dat vastgoedontwikkelaars hun te bouwen winkelcentra kritisch doorrekenen en mogelijk bescheidener gaan uitvoeren." Welk aspect van het SGR-model is in bovengenoemd citaat aan de orde?
Gedrag
Structuur
Resultaat

A. Door hun gedrag aan te passen aan de gewijzigde marktomstandigheden hopen de vastgoedontwikkelaars op minder leegstand.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Vastgoed Economie (Map)

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Bedrijfstak makelaardij

11 belangrijke vragen over Bedrijfstak makelaardij

2. Een makelaardij en verzekeringsagent richten samen een dochterbedrijf op dat zich op eigen kracht gaat bezighouden met hypotheekbemiddeling. Van welke samenwerkingsvorm spreken we hier?FranchisingFusieJoint-venture

7. Een makelaardij en een verzekeringsagent richten samen een dochterbedrijf op dat zich volledig op eigen kracht gaat bezighouden met hypotheekbemiddeling. Van welke vorm van samenwerking is hier sprake?1.Franchising2.Joint venture3.Consortium

14. "De reactie op de leegstand in winkelruimten is dat vastgoedontwikkelaars hun te bouwen winkelcentra kritisch doorrekenen en mogelijk bescheidener gaan uitvoeren." Welk aspect van het SGR-model is in bovengenoemd citaat aan de orde?GedragStructuurResultaat

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Bedrijfstak makelaardij

Class notes - Vastgoed Economie (Map)

Algemene bouwkunde voor makelaars a

Algemene bouwkunde voor makelaars b

Exploring humans an introduction to the phil…

Psychologie & sociologie : basiscursus

sheets

Leren veranderen

Overheidsfinanciën

Hoofdzaken socialezekerheidsrecht

Handboek van het Nederlandse staatsrecht

Van de BV en de NV

Socialezekerheidsrecht

2. Een makelaardij en verzekeringsagent richten samen een dochterbedrijf op dat zich op eigen kracht gaat bezighouden met hypotheekbemiddeling. Van welke samenwerkingsvorm spreken we hier?
Franchising
Fusie
Joint-venture

7. Een makelaardij en een verzekeringsagent richten samen een dochterbedrijf op dat zich volledig op eigen kracht gaat bezighouden met hypotheekbemiddeling. Van welke vorm van samenwerking is hier sprake?

1.Franchising
2.Joint venture
3.Consortium

14. "De reactie op de leegstand in winkelruimten is dat vastgoedontwikkelaars hun te bouwen winkelcentra kritisch doorrekenen en mogelijk bescheidener gaan uitvoeren." Welk aspect van het SGR-model is in bovengenoemd citaat aan de orde?
Gedrag
Structuur
Resultaat