Rechtsandeling en overeenkomst algemeen
3 belangrijke vragen over Rechtsandeling en overeenkomst algemeen
Welke 3 cumulatieve vereisten zijn er om in geval van ontbreken van de´wil´een beroep te doen op gerechtvaardigd vertrouwen ex art. 3:35 BW?
- Verklaring of gedraging van een ander gedragspartij.
- Die gedraging of gedraging moet in een bepaalde zin zijn opgevat door de wederpartij. (subjectieve element)
- In de gegeven omstandigheden mocht de wederpartij de verklaring of gedraging in die zin opvatten + art 3:11 BW vertrouwensleer. (objectieve element)
Welke uitzonderingen bestaan er op de 3 grondbeginselen van het overeenkomstenrecht?
- Vormvoorschriften ex. Art. 3:37 BW.
- Niet in strijd met goede zeden of openbare orde ex art. 3:40 BW.
- Niet in strijd met redelijkheid en billijkheid ex art. 6:2 jo 6:162 BW.
Op welke 2 manieren kan een overeenkomst worden gesloten door middel van vertegenwoordiging?
- Volmacht ex art. 3:60 BW.
- Lastgeving ex art. 7:414 BW.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden